Werkwoordspelling: verleden tijd van sterke en zwakke werkwoorden les 3

• Nederlands
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Welkom!

1. Ga rustig zitten
   
2. Leg je boek, laptop en schrift op tafel
3. Wacht rustig tot ik start

Terugblik vorige les

- Uitleg + oefenen met de spelling van de persoonsvorm verleden tijd

- Methode online/ boek

Klassikaal nakijken opdracht 1, 2 en 3

Leerdoelen 

1.  Ik kan de pvvt van zwakke werkwoorden in het enkelvoud juist spellen.
   
2.  Ik kan de pvvt van zwakke werkwoorden in het meervoud juist spellen.
   

1.  Ik kan de pvvt van sterke werkwoorden in het enkelvoud juist spellen.
2.  Ik kan de pvvt van sterke werkwoorden in het meervoud juist spellen.
   

Sterk of zwak?

DENKEN

1. Sterk werkwoord
2. Zwak werkwoord

tennissen

1. Sterk werkwoord
2. Zwak werkwoord

sterk werkwoord

zwak werkwoord

Persoonsvorm verleden tijd zwakke werkwoorden

Voorbeelden

hele ww= Fietsen

Stam      = Fiets

-> Fietste(n

hele ww= Geloven

stam      = Gelov

-> Geloofde(n)

Persoonsvorm verleden tijd sterke werkwoorden

- Het werkwoord verandert van klank in de verleden tijd.

- Je schrijft wat je hoort.

Voorbeelden sterke werkwoorden:

Vliegen - Vlogen

Lopen - Liepen

Roepen - riepen

Alle tijden in een stroomschema:

Welk woord is hier de persoonsvorm?
De hond wordt door de buurman uitgelaten.

kleven (vt)
Nog altijd […] de kauwgom aan mijn schoen.

Faxen (vt)
De meeste bedrijven [...] niet meer met hun klanten.

Sterk of zwak?

BIJTEN

1. sterk
2. zwak

Sterk of zwak?
verhuizen

1. sterk
2. zwak

Wij verhui....... (vt) vroeger met regelmaat.

https:

Evaluatie les m.b.v. Padlet:

1. Open de link via It's learning berichten. 

2. Stel online een vraag die nog niet beantwoord is.

3. Weet jij het antwoord?

->Je kunt op vragen van klasgenoten antwoord geven!

https:

link naar padlet naar It's sturen:

https://padlet.com/hzuidgeest/uj6gjvmsp2h4

Huiswerk: 

ma. 23-09 maak de opdrachten volgens de planner: week 38 af.

Schuif je stoel aan en tot morgen!

Persoonsvorm tegenwoordige tijd

Persoonsvorm verleden tijd