M1 17/03

Bonjour
Aujourd'hui c'est lundi, 
le 22 mars 2021
1 / 20
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Bonjour
Aujourd'hui c'est lundi, 
le 22 mars 2021

Slide 1 - Slide

Aujourd'hui ...

Thuis:
- 4.2 lire (helemaal afmaken)
- Bookwidget
- Apprendre 1-3



   

Slide 2 - Slide

Aujourd'hui ...

À l’école : 
- Répéter les verbes
- Corriger exercice 8F, p. 20
- Grammaire 2 
- Exercice 16A
   

Slide 3 - Slide

On répète

Slide 4 - Slide

Nous ... (danser)

Slide 5 - Open question

Tu ... (avoir)

Slide 6 - Open question

On ... (avoir)

Slide 7 - Open question

Je ... (être)

Slide 8 - Open question

Nous ... (être)

Slide 9 - Open question

Je ... (aller)

Slide 10 - Open question

On ... (aller)

Slide 11 - Open question

Exercice 8F, p. 20

Slide 12 - Slide

Het bijvoeglijk naamwoord
Een bijvoeglijk naamwoord zegt iets over een zelfstandig naamwoord.

De rode auto  -  De mooie fiets  -  De kleine trui

Slide 13 - Slide

Het bijvoeglijk naamwoord
In het Frans wordt het bijvoeglijk naamwoord aangepast aan het zelfstandig naamwoord.


                                                                            
Mannelijk enkelvoud
-
Vrouwelijk enkelvoud
e
Mannelijk meervoud
s
Vrouwelijk meervoud
es

Slide 14 - Slide

Het bijvoeglijk naamwoord
Un grand garçon            - een grote jongen

Une grande soeur          - een grote zus

Deux grands frères       - twee grote broers

Les grandes tantes       - de grote tantes
Mannelijk enkelvoud
-
Vrouwelijk enkelvoud
e
Mannelijk meervoud
s
Vrouwelijk meervoud
es

Slide 15 - Slide

Het bijvoeglijk naamwoord
Let op!

Als het bijvoeglijk naamwoord al eindigt op een e komt er niet nog een e bij als het zelfstandig naamwoord vrouwelijk is. 

une question difficile / une question difficilee

Slide 16 - Slide

Het bijvoeglijk naamwoord
Let op!

Als het bijvoeglijk naamwoord al eindigt op een komt er niet nog een bij als het zelfstandig naamwoord vrouwelijk is. 

un garçon français / un garçon françaiss

Slide 17 - Slide

Exercice 16A, p. 25

Slide 18 - Slide

Quizlet live

Slide 19 - Slide

Les devoirs

Leren : apprendre 1 t/m 4



Slide 20 - Slide