schrikkeldag

Lezen
1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Lezen

Slide 1 - Slide

Na deze les:
  • Hebben Keano en Samuel hun presentatie gegeven.
  • Heb je extra uitleg gekregen over het naamwoordelijk gezegde.
  • Weet je je huiswerk en weet je waar je morgen aan kunt werken (zelfstandig werken op het mavo plein)

Slide 2 - Slide

Koppelwerkwoorden:

Koppelwerkwoorden worden gebruikt om een relatie) te leggen tussen het onderwerp van de zin en de rest van de zin, met name het naamwoordelijk gezegde. Hier zijn enkele veelvoorkomende koppelwerkwoorden in het Nederlands:





1. zijn
2. worden
3. blijven
4. lijken
5. blijken
6. schijnen



Slide 3 - Slide

Naamwoordelijk gezegde:
Als er een koppelwerkwoord in de zin staat, dan heeft de zin een naamwoordelijk gezegde (NWG)  
Voorbeeld:

De boom is prachtig  (nwg: is prachtig) (is koppelt prachtig aan de boom, is geeft geen handeling aan maar koppelt een eigenschap aan het onderwerp)

De boom is ziek geworden (nwg: is ziek geworden) ( Is geworden koppelt ziek aan het onderwerp, is geworden geeft geen handeling aan, maar koppelt een toestand aan het onderwerp)




Slide 4 - Slide

Naamwoordelijk/ werkwoordelijk gezegde
Een werkwoordelijk gezegde geeft een handeling aan, er wordt iets gedaan, er gebeurt iets, bijvoorbeeld:
Het schilderij is opgehangen. (het werkwoord is, is hier een hulpwerkwoord)

Bij een naamwoordelijk gezegde is er geen handeling maar er is sprake van een eigenschap die zich koppelt aan een zelfstandig naamwoord in de zin. Bijvoorbeeld:
Het schilderij is mooi. (het werkwoord is, is hier een koppelwerkwoord)

Slide 5 - Slide

Meer voorbeelden met uitleg:
1. De soep is smakelijk.
o Uitleg: "Smakelijk" beschrijft de eigenschap van de soep na het koppelwerkwoord "is."
2. Haar verhaal lijkt ongelooflijk.
o Uitleg: "Ongelooflijk" beschrijft de eigenschap van haar verhaal na het koppelwerkwoord "lijkt."
3. De bloemen in de tuin zijn prachtig.
• Uitleg: "Prachtig" beschrijft de eigenschap van de bloemen in de tuin na het koppelwerkwoord "zijn."




Slide 6 - Slide

NWG of WWG
De taart is erg lekker
A
NWG
B
WWG

Slide 7 - Quiz

Luuk blijft bij zijn oma logeren
A
NWG
B
WWG

Slide 8 - Quiz

Het verhaal wordt steeds spannender.
A
NWG
B
WWG

Slide 9 - Quiz

De brug wordt volgende week gerepareerd.
A
NWG
B
WWG

Slide 10 - Quiz

Zinsontleding:
Wij hebben het de strenge docent vriendelijk gevraagd.
Heb jij hem die leugen verteld?

(werkwoordelijk gezegde/persoonsvorm/ onderwerp/ lijdend voorwerp/ meewerkend voorwerp

Slide 11 - Open question

Je huiswerk was 9.1 en 9.2
Hoe is dat gegaan?

Slide 12 - Slide

Vrijdag:
Zelfstandig werken op het mavo plein:

Werk aan je boekopdracht (een week uitstel)
Maak al je huiswerk voor de volgende les

Slide 13 - Slide

Huiswerk en werk voor op het mavoplein
9.1 / 9.2 en 9.3 in je boek af
Werken aan je boekopdracht

Slide 14 - Slide