Wet van Ohm

1) Surf naar LessonUp.app

2) Vul de pincode in die linksonder 
    in het scherm staat.
WELKOM BIJ DE LES OVER DE
WET VAN OHM
1 / 15
next
Slide 1: Slide
TechniekMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

1) Surf naar LessonUp.app

2) Vul de pincode in die linksonder 
    in het scherm staat.
WELKOM BIJ DE LES OVER DE
WET VAN OHM

Slide 1 - Slide

1) Surf naar LessonUp.app

2) Vul de pincode in die linksonder 
    in het scherm staat.
WELKOM BIJ DE LES OVER DE
WET VAN OHM

Slide 2 - Slide

Wet van Ohm
Lesdoel:
Jullie kunnen na deze uitleg met ons hulpmiddel (poster) elke opgave van  de wet van Ohm uitrekenen.

Doelgroep: 
vmbo KB, leerjaar 3

Door: Thor, Cornel en Jelle

Slide 3 - Slide


Wat heb je nodig?

  • Rekenmachine óf 
  • Pen & papier
  • Poster (hulpmiddel)
  • Je gezond verstand :-)

Slide 4 - Slide

Wet van Ohm
De relatie tussen spanning, stroomsterkte en weerstand.

Vernoemd naar Georg Ohm, een Duitse natuurkundige.


Slide 5 - Slide

Wat is spanning?


De spanning geeft het energieverschil tussen 2 punten aan. Hoe hoger het energieverschil, hoe hoger de
spanning en hoe sneller de elektronen dus van punt 1
naar punt 2 kunnen bewegen.
Meeteenheid
=
Volt (V)

Grootheid
=
"U"

Slide 6 - Slide

Wat is stroomsterkte?


De stroomsterkte geeft aan hoe 'sterk' de stroom is, oftewel hoeveel lading (dus hoeveel elektronen) er elke seconde door een draad heen bewegen.
Meeteenheid
=
Ampère (A)

Grootheid
=
"I"

Slide 7 - Slide

Wat is weerstand?


In elk materiaal kost het voor elektronen een bepaalde
hoeveelheid energie om er doorheen te bewegen. Elk
materiaal heeft namelijk zijn eigen weerstand.
Meeteenheid 
Ohm (Ω)

Grootheid
=
"R"
   

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Johan heeft een lampje. Dit lampje is geschikt voor 12 Volt. Met de multimeter meet je de weerstand van dit lampje op. Het blijkt 120 Ohm te zijn.

Hoeveel stroom loopt er door dit lampje als er 12 Volt op staan?
A
10 A
B
0,1 mA
C
100 mA
D
0,01 A

Slide 10 - Quiz

Je hebt voor een apparaat een nieuwe zekering gekocht. Op het doosje van deze smeltzekering staat een hoop informatie:

Je twijfelt of deze waardes wel kloppen en je gebruikt een multimeter om de weerstand op te meten. Welke waarde* verwacht je te zien?
A
5 Ω
B
150 Ω
C
500 Ω
D
50 mΩ

Slide 11 - Quiz

Een LED met een weerstand van 150 Ohm gaat vanaf 20 milliampère pas branden.

Hoeveel Volt is daar voor nodig?
A
3 Volt
B
12 Volt
C
7,5 Volt
D
3000 Volt

Slide 12 - Quiz

In een verwarmingsketel zit een verwarmingselement. De weerstand van dit element heb je gemeten: de multimeter geeft 51.11111 Ohm aan.

Hoe hoog is de stroom door dit door dit element als je met de voltmeter aangeeft dat er 230 volt op de ketel staat?

A
45 A
B
0,9 A
C
0,2 A
D
4,5 A

Slide 13 - Quiz

Einde van de les!
Je hebt vandaag geleerd:
  • Wat de wet van Ohm inhoudt.
  • De verschillen tussen spanning,     stroomsterkte en weerstand.
  • Opgaves maken m.b.v. poster en   rekenhulp.

Volgende les:
Vermogen (W) in relatie tot de wet van Ohm

Slide 14 - Slide

Graag horen wij jullie mening!


Zou je dit korte reflectieformulier voor ons willen invullen over de les die je zojuist hebt gevolgd?

Slide 15 - Slide