This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Zelfstandig naamwoord
Noem het ZN/de ZN'en van de zin.
Slide 1 - Slide
Theebladeren worden met de hand geplukt en tot twintig uur lang gedroogd in de zon.
Slide 2 - Open question
Een mix van thee bestaat uit meer dan veertig soorten en kan verschillende smaken hebben, zoals sinaasappel, pepermunt, framboos of drop.
Slide 3 - Open question
Thee wordt in papieren zakjes verpakt en in kartonnen doosjes bewaard. Lust jij thee en van welke smaak houd je?
Slide 4 - Open question
Noem de hulpwerkwoorden
Slide 5 - Slide
Theebladeren worden met de hand geplukt en tot twintig uur lang gedroogd in de zon.
Slide 6 - Open question
Thee wordt in papieren zakjes verpakt en in kartonnen doosjes bewaard. Lust jij thee en van welke smaak houd je?
Slide 7 - Open question
Theebladeren worden met de hand geplukt en tot twintig uur lang gedroogd in de zon. Welk woordsoort is geplukt?
Slide 8 - Open question
Noem de voorzetsels
Slide 9 - Slide
Theebladeren worden met de hand geplukt en tot twintig uur lang gedroogd in de zon.
Slide 10 - Open question
Een mix van thee bestaat uit meer dan veertig soorten en kan verschillende smaken hebben, zoals sinaasappel, pepermunt, framboos of drop.
Slide 11 - Open question
Thee wordt in papieren zakjes verpakt en in kartonnen doosjes bewaard. Lust jij thee en van welke smaak houd je?
Slide 12 - Open question
Noem de stoffelijke bijvoeglijke naamwoorden
Slide 13 - Slide
Thee wordt in papieren zakjes verpakt en in kartonnen doosjes bewaard. Lust jij thee en van welke smaak houd je?
Slide 14 - Open question
Een mix van thee bestaat uit meer dan veertig soorten en kan verschillende smaken hebben, zoals sinaasappel, pepermunt, framboos of drop. Welk woordsoort is verschillende?
Slide 15 - Open question
Lust jij thee en van welke smaak houd je? Noem de persoonlijk voornaamwoorden
Slide 16 - Open question
Wij drinken thuis elke ochtend verse sinaasappelsap. Mijn moeder drinkt dagelijks koffie. Noem de persoonvormen
Slide 17 - Open question
Wij drinken thuis elke ochtend verse sinaasappelsap. Mijn moeder drinkt dagelijks koffie. Noem het werkwoordelijke gezegde van beide zinnen.
Slide 18 - Open question
Wij drinken thuis elke ochtend verse sinaasappelsap. Mijn moeder drinkt dagelijks koffie. Noem het lijdend voorwerp.
Slide 19 - Open question
Woord 1
Slide 20 - Open question
woord 2
Slide 21 - Open question
Woord 3
Slide 22 - Open question
Zin 1
Slide 23 - Open question
Zin 2
Slide 24 - Open question
Zin 3
Slide 25 - Open question
Noem het bezittelijk voornaamwoord. Door die nare film en haar verhalen over de bio-industrie ben ik vegetariër geworden.
Slide 26 - Open question
Noem het hulpwerkwoord. Door die nare film en haar verhalen over de bio-industrie ben ik vegetariër geworden.
Slide 27 - Open question
Noem het hulpwerkwoord. Wij hebben veel Nederlandse champignons naar het buitenland geëxporteerd.