AEV7 06.05.2025

Welkom!
06.05.2025
1 / 29
next
Slide 1: Slide
AndersMBOStudiejaar 1

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 150 min

Items in this lesson

Welkom!
06.05.2025

Slide 1 - Slide

Planning
  • Terugblik
  • Herhaling
  • Verder les 1 
  • Nieuwsbegrip 
  • (Nieuws)

Slide 2 - Slide

Terugblik
  • Hoe gaat het?
  • Bespreken leestekst ''Koningsdag'' 

Slide 3 - Slide

Herhaling
  • Bekijk blz. 103
  • Op welke manieren kun je vragen stellen?
  • Welke vraagwoorden ken je?  

Slide 4 - Slide

Les 1
  • Maak tweetallen
  • Bekijk opdr. 5
  • Bekijk samen de situatie 
  • Oefen het gesprek
  • Klaar? Draai de rollen om  

Slide 5 - Slide

Les 1
  • Lees de tekst van opdracht 6
  • Ga met een andere cursist in gesprek
  • Schrijf de informatie op
  • Controleer samen

Slide 6 - Slide

Les 1
  • Bekijk opdracht 7 
  • Waar gaat de opdracht over?
  • Wat kun je op een kaart schrijven als iemand is overleden?
  • Tip: bekijk de tekst uit opdracht 1
  • Schrijf in tweetallen een kaartje
  • Bespreken

Slide 7 - Slide

Les 1
  • Bekijk opdr. 8
  • Bekijk het formulier 
  • Vul het formulier in over jezelf 

Slide 8 - Slide

Les 1
  • Maak tweetallen
  • Bekijk jullie teksten
  • Wat is anders? Wat is hetzelfde?
  • Is de tekst goed?  

Slide 9 - Slide

Les 1
  • Pak een papier 
  • Je gaat je medecursisten interviewen
  • Schrijf vragen op. 
  • Gebruik de verschillende manieren waarop je vragen kan stellen.
  • Loop door de klas
  • Schrijf de antwoorden op
  • Bespreken

Slide 10 - Slide

Taalwijzer
  • Uitlegvideo: 2.5 + 2.15 

Slide 11 - Slide

Taalwijzer
  • Het voltooid deelwoord (blz. 108)
  • Voorbeeld?
  • Heb gewerkt 
  • Twee werkwoorden 
  • --> eerste is vaak hebben (soms zijn)
  • Het tweede werkwoord --> voltooid deelwoord 
  • Staat aan het einde van de zin
  • Begint met ge- / eindigt op t of d

Slide 12 - Slide

Taalwijzer
  • Stappenplan voltooid deelwoord:
  • 1. Kijk naar het hele werkwoord en haal -en weg en maak de ik-vorm. 
  • --> stoppen --> -en: stopp --> ik-vorm: stop
  • 2. Kijk naar de laatste letter.
  • Laatste letter een s, f, t, k, ch of p? (ezelsbruggetje: 't kofschip)
  • JA: voltooid deelwoord krijgt een t
  • NEE: voltooid deelwoord krijgt een d
  • 3. Zet ge- voor de ik-vorm en zet een t of d aan het einde. 

Slide 13 - Slide

Taalwijzer
  • Let op!! Staat er al een t of d in de ik-vorm? Dan komt er geen extra t of d in het voltooid deelwoord: 
  • sporten--> ik-vorm: sport --> heb gesportt x fout! --> heb gesport goed  
  • baden --> ik vorm: baad --> heb gebaadd x fout! --> heb gebaad goed

Slide 14 - Slide

Taalwijzer
  • Sommige werkwoorden zijn ook onregelmatig:
  • Bijvoorbeeld: lezen / eten / gaan / zijn
  • lezen --> hebben + gelezen
  • eten --> hebben + gegeten
  • gaan --> zijn + gegaan
  • zijn --> zijn + geweest 

Slide 15 - Slide

reizen
A
heb gereisd
B
heb gereist

Slide 16 - Quiz

fietsen
A
heb gefietsd
B
heb gefietst

Slide 17 - Quiz

maaien
A
heb gemaaid
B
heb gemaait

Slide 18 - Quiz

vissen
A
heb gevisd
B
heb gevist

Slide 19 - Quiz

luisteren
A
heb geluisterd
B
heb geluistert

Slide 20 - Quiz

werken
A
heb gewerkd
B
heb gewerkt

Slide 21 - Quiz

pakken
A
heb gepakd
B
heb gepakt

Slide 22 - Quiz

ruilen
A
heb geruild
B
heb geruilt

Slide 23 - Quiz

halen
A
heb gehaald
B
heb gehaalt

Slide 24 - Quiz

groeten
A
heb gegroed
B
heb gegroet

Slide 25 - Quiz

Les 1
- Samen oefenen (opdr. 11)
- Oefenen werkblad 
- Bespreken

Slide 26 - Slide

Nieuwsbegrip
  • Bekijk de video van het Jeugdjournaal 
  • Lees de tekst ''Game tegen oorsuizen wint prijs''
  • Welke woorden ken je nog niet?
  • Onderstreep de woorden --> bespreken

Slide 27 - Slide

Nieuwsbegrip
  • Opdr. 1: klassikaal
  • Opdr. 2: zelfstandig
  • Wat betekent ''inleiding''? 
  • Bespreken
  • Opdr. 3: in tweetallen
  • Bespreken

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Video