Aan het eind van deze deelopdracht:
kun je kennis van het sociaal-emotioneel, adaptief en cognitief vermogen van de verschillende doelgroepen in de VT (verpleeghuis en thuiszorg) toepassen op een casus.
kun je de basisprincipes van de verpleegkundige zorg gericht op de chronische zorgvrager, revaliderende, geriatrische en psychogeriatrische zorgvrager toepassen op een casus.
heb je kennis van de ontwikkeling en de verschillende levensfasen van zorgvragers en de levensvragen die hierbij een rol spelen voor doelgroepen in de VT.
kun je kennis over de verschillende vormen van dementie als ziektebeeld met verschillende stadia en kenmerkende gedragingen en gedragsproblematiek (zoals agressie, onbegrepen gedrag) overbrengen.
kun je de verschillende methodieken (zoals het ABC-model en het 9-stappenplan) toepassen.
heb je kennis van psychische en psychiatrische ziektebeelden en stoornissen gericht op de zorgvrager in de VT.
Weet je wat psychosociale problemen zijn. Kun je omgangsadviezen geven bij psychogeriatrische problemen.
Kun je activiteiten inventariseren, plannen, uitvoeren en evalueren. Kun je de individuele zorgvrager betrekken bij deelname aan een groepsopdracht.Kun je groepsprocessen observeren en begeleiden. Kun je groepen begeleiden. Kun je samenwerken met zorgvragers, vrijwilligers, familie en verschillende disciplines.