Herhaling H10 B2b

• Wiskunde
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 2

Herhaling H10 

Welke doorsnede hoort bij welke letter? 

A:               B:           C: 

1

2

3

Welke doorsnede hoort bij I?

1. doorsnede 1
2. doorsnede 2
3. doorsnede 3

Vraag 1 

Combineer de letters met het cijfer van de doorsnede. 

A 

B

C 

D 

Als je de taart met een mes horizontaal gaat
doorsnijden zoals op het plaatje hiernaast.
Dan is de doorsnede een ……….

1. cirkel
2. rechthoek
3. vierkant
4. driehoek

Als je de taart langs de rode lijn hebt doorgesneden
zoals op het plaatje hiernaast. Dan is de doorsnede
een ……….

1. cirkel
2. rechthoek
3. vierkant
4. driehoek

De doorsnede van het gekleurde vak hiernaast
heeft de vorm van een ……………...

1. vierkant
2. rechthoek
3. driehoek
4. cirkel

De balk hiernaast kun je op verschillende
manieren doorsnijden. Welke vorm kan doorsnede
nooit hebben?

1. vierkant
2. rechthoek
3. driehoek
4. cirkel

Bij welke van deze figuren komt geen driehoekige
doorsnede voor?

1. 1
2. 2
3. 3
4. 4

De twee doorsneden in deze figuren
zijn hetzelfde.

1. juist
2. onjuist

De twee doorsneden in deze figuren
zijn hetzelfde.

1. juist
2. onjuist

De twee doorsneden in deze figuren
zijn hetzelfde.

1. juist
2. onjuist

Welke vorm heeft de doorsnede van figuur 1 en
de doorsnede van figuur twee?

Vierkant

Rechthoek

Driehoek

Van welke ruimtefiguur kan de
doorsnede een vierkant of rechthoek
zijn?

1. 1
2. 2
3. 3
4. 4

Van welke ruimtefiguur kan de
doorsnede een driehoek zijn?

1. 1
2. 2
3. 3
4. 4

Van welke ruimtefiguur kan de
doorsnede een cirkel zijn?

1. 1
2. 2
3. 3
4. 4

Welke letter moet er
bij het hoekpunt
boven
hoekpunt A staan?

1. E
2. C
3. D
4. G

-

Als ik grensvlak BCGF op ware grootte teken, dan wordt deze 5 cm breed en 4 cm hoog.

1. Waar
2. Niet waar

Teken het vlak ABFE

met zijde EM op 

ware grootte. 

Meet zijde EM.

Teken doorsnede 

EMNHE op ware

grootte.