4.2 Organismen ordenen

B2: Het ordenen van Organismen
Th2: Ordening
1 / 28
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 3

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

B2: Het ordenen van Organismen
Th2: Ordening

Slide 1 - Slide

Doelstelling
  • Je kan organismen indelen door te kijken naar gemeenschappelijke kenmerken
  • Je kan de kenmerken noemen van de cellen van bacteriën, schimmels, planten en dieren.

Slide 2 - Slide

Wat zijn de verschillen tussen een plantencel en een dierlijke cel?

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

ordenen
Om te bepalen of een organisme een bacterie, een plant, een dier of een schimmel is:

kijk naar de cellen.

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Opdracht: Tekenen
  • Teken op een tekenpapier een cel van een bacterie, een schimmel, een plant en een dier (de 4 rijken).
  • Geef de onderdelen die hetzelfde zijn dezelfde kleur.
  • Noteer ernaast de onderdelen van elke cel.
  • Noem bij elke cel of ze een celkern, celwand,  bladgroenkorrels, cytoplasma, celmembraan en/of vacuole hebben.

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Samenvatting: Bacteriën
  • Celwand
  • Geen celkern
  • Altijd 1-cellig

Slide 9 - Slide

                     Schimmels



  • Celwand
  • Celkern
  • Geen  bladgroenkorrels

Slide 10 - Slide

Planten
  • Celwand
  • Celkern
  • Bladgroenkorrels

Slide 11 - Slide

Dieren
  • Geen celwand
  • Celkern
  • Geen bladgroenkorrels

Slide 12 - Slide

ordening
Ezelsbruggetje:
De Rijke Student Komt Op Feestjes Geheid

Domein, Rijk, Stam, Klasse, Orde, Familie, Geslacht,
Soort en Ras.

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Indelen van organismen

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Neadertaler                          
        Homo sapiens                                        

Slide 17 - Slide

Soort

  • Organismen die onderling vruchtbare nakomelingen krijgen

Populatie

  • Een groep organismen van dezelfde soort in een bepaald gebied

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

En dan nu....

Lees en markeer B2

Maak de opdrachten 1 t/m 4 + 6 t/m 8

Slide 21 - Slide

De afbeelding is van coccen. Coccen zijn eencellige organismen zonder kern. Tot welk rijk behoren coccen?
A
Bacteriën
B
Schimmels
C
Planten
D
Dieren

Slide 22 - Quiz

In welk rijk of welke andere rijken komen eencellige organismen voor?
A
Bacteriën
B
Bacteriën en Schimmels
C
Bacteriën, schimmels en planten
D
Bacteriën, schimmels, planten en dieren

Slide 23 - Quiz

Welke beweringen zijn juist?
1. De cellen van schimmels hebben een celkern
2. Om de cellen van schimmels bevinden zich celwanden
A
1
B
2
C
1 en 2
D
geen één

Slide 24 - Quiz

Juist of onjuist:
Organismen behoren tot één soort als ze erg veel op elkaar lijken
A
Juist
B
Onjuist

Slide 25 - Quiz

Organismen behoren tot één soort als ze samen vruchtbare nakomelingen kunnen voortbrengen
A
juist
B
onjuist

Slide 26 - Quiz

Persen en siamezen zijn 2 kattenrassen.
Een pers en een siamees zijn 2 verschillende soorten
A
juist
B
onjuist

Slide 27 - Quiz

Een pers en een siamees kat kunnen vruchtbare nakomelingen krijgen
A
juist
B
onjuist

Slide 28 - Quiz