Week 3 - Les 2


Week 3 - Lesson 2
Periode 2
1 / 23
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson


Week 3 - Lesson 2
Periode 2

Slide 1 - Slide

Planning
Lesdoelen: Beheersen woorden §3.2, begrijpen Future Tense

1) Overhoren woorden §3.2
2) Uitleg Future Tense (PreSi, PreCo, Going To, FuSi)
3) LessonUp opdracht
4) Afmaken §3.2 opdr 2 + 4 t/m 11
5) Maken Test Jezelf §3.2

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Link

Planning
Lesdoelen: Beheersen woorden §3.2, begrijpen Future Tense

1) Overhoren woorden §3.2
2) Uitleg Future Tense (PreSi, PreCo, Going To, FuSi)
3) LessonUp opdracht
4) Afmaken §3.2 opdr 2 + 4 t/m 11
5) Maken Test Jezelf §3.2

Slide 4 - Slide

Future Tenses
Future Simple = will + werkwoord 
Be going to = am/is/are + going to + werkwoord
present continuous = am/is/are + werkwoord + ing
Present Simple = werkwoord / werkwoord + (e)s

Slide 5 - Slide

Future Simple
1) Bij voorspellingen zonder bewijs (gebaseerd op gevoel)
2) Bij beloftes en verzoeken
3) Bij beslissingen op het moment van spreken

(+) = will + hele werkwoord
I think it will rain later today.
(-) = will not / won't + hele werkwoord
I promise that I won't bother you anymore.
(?) = Will/Shall + onderwerp + hele werkwoord
Listen to me, I will go to the supermarket now and I will be back later.

Slide 6 - Slide

Be Going To
1) voor dingen die je in de toekomst van plan bent
2) voorspellingen gebaseerd op bewijs (horen, zien, ruiken, voelen, proeven)

(+) am/is/are + going to + werkwoord
I am going to visit my friends in England next summer holiday.
(-) am not/is not/are not + going to  + werkwoord
It isn't going to rain later today, the weatherman said so!
(?) am/is/are + onderwerp + going to + werkwoord
Are you going to study to become a nurse?

Slide 7 - Slide

Present Continuous
1) geplande afspraken in de nabije toekomst (staat zo goed als vast)

(+) am/is/are + werkwoord + ing
Bob is driving to Berlin tomorrow.
(-) am not/is not/are not + werkwoord + ing
I am not going anywhere today.
(?) am/is/are + onderwerp + werkwoord + ing
Are you flying to Spain next week?

Slide 8 - Slide

Present Simple
1) Tijdschemas / Toekomstige feiten

(+) I/you/we/they = ww
He/She/It = ww+s / ww+es
Our train leaves at 8 pm. 
(-) don't + ww / doesn't + ww
We don't have English on Monday.
(?) Do/Does + onderwerp + ww
Does your bus go every half hour?

Slide 9 - Slide

Oefening 1
Zet de onderstaande zinnen in de future. Kies tussen:
Present Simple, Present Continuous, Will, Be going to

Type alleen de werkwoorden

Slide 10 - Slide

The train _____ at 11.45 (to leave)

Slide 11 - Open question

We _____ dinner at a nice restaurant on Saturday, but we haven't booked a table yet. (to have)

Slide 12 - Open question

On Sunday at 8 o'clock I _____ my friend. (to meet)

Slide 13 - Open question

Wait! I _____ you to the station. (to drive)

Slide 14 - Open question

Look at the clouds - it _____ in a few minutes. (to rain)

Slide 15 - Open question

Oefening 2
Zet de zinnen in de juiste volgorde. Zet hierbij ook het werkwoord tussen haakjes in de juiste vorm van de toekomst.

Slide 16 - Slide

to my parents / (to go) / tomorrow. / we

Slide 17 - Open question

at 8:45. / lesson / English / The / (to start)

Slide 18 - Open question

Harry / (to be) / in 2050 / old / how / ?

Slide 19 - Open question

This time / we / to York. / (to drive) / tomorrow

Slide 20 - Open question

I have my ticket, / I / (to fly) / to Spain / tomorrow.

Slide 21 - Open question

Planning
Lesdoelen: Beheersen woorden §3.2, begrijpen Future Tense

1) Overhoren woorden §3.2
2) Uitleg Future Tense (PreSi, PreCo, Going To, FuSi)
3) LessonUp opdracht
4) Afmaken §3.2 opdr 2 + 4 t/m 11
5) Maken Test Jezelf §3.2

Slide 22 - Slide

Homework
Huiswerk volgende week:
1) Maken opdr 2 t/m 8 + 10 van §3.2
2) Maken Test Jezelf §3.2
3) Maken LessonUp opdrachten week 3
Huiswerk volgende les:
1) Leren woorden §3.2

Slide 23 - Slide