§3.3 - Horen

§3.3 - Horen
Leerdoel: Je leert hoe je oren gebouwd zijn en welke geluiden je kunt horen.
1 / 30
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare school

This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes, text slides and 5 videos.

Items in this lesson

§3.3 - Horen
Leerdoel: Je leert hoe je oren gebouwd zijn en welke geluiden je kunt horen.

Slide 1 - Slide

Hoe werkt deze 'les op afstand'
1. Zorg ervoor dat je voordat je start de paragraaf hebt gelezen
2. De leerdoelen van de paragrafen komen in deze Lesson Up aan bod
3. Bekijk alle uitlegdia's en uitlegvideo's
4. Controleer jezelf door de vragen en oefeningen tussendoor te doen
5. Maak de opdrachten uit het werkboek, kijk ze na en lever in
6. Bekijk de leerdoelen van de paragraaf nog een keer
7. Kun je geen antwoord geven op de vragen, bekijk de uitlegdia`s nog een keer
8. Geef aan (vraag in laatste dia's) of er extra ondersteuning nodig is van mij tijdens een contactmoment
9. Tip, volg de les met je telefoon, zodat je de foto-opdrachten eenvoudig kunt uploaden.

Slide 2 - Slide

0

Slide 3 - Video


Welke onderdelen vind je in het uitwendige oor?
A
oorschelp, gehoorgang en trommelvlies
B
oorschelp, gehoorgang en oorsmeerkliertjes
C
oorschelp en oorsmeerkliertjes
D
oorschelp en gehoorgang

Slide 4 - Quiz


Welke onderdelen vind je in het middenoor?
A
trommelvlies, gehoorbeentjes en trommelholte
B
trommelvlies en gehoorbeentjes
C
trommelvlies, gehoorbeentjes en gehoorgang
D
gehoorgang, trommelvlies, trommelholte en gehoorbeentjes

Slide 5 - Quiz


Welke onderdelen vind je in het binnenoor?
A
trommelholte, slakkenhuis en gehoorzenuw
B
slakkenhuis, evenwichtsorgaan en gehoorzenuw
C
slakkenhuis, buis van Eustachius, evenwichtsorgaan en gehoorzenuw
D
slakkenhuis en buis van Eustachius

Slide 6 - Quiz

Geluid is trillende lucht.
De weg :
Oorschelp -> 
Gehoorgang -> 
Trommelvlies -> Gehoorbeentjes -> 
Slakkenhuis

Slide 7 - Slide

Doen!
Maak en kijk na met een andere kleur opdracht 3, 5, 6 en 7

Slide 8 - Slide

Maak een foto van je gemaakte en nagekeken werkboekopdrachten (blz. 121)

Slide 9 - Open question

Wat is de weg van het geluid naar je hersenen?
-->
-->
-->
-->
-->
-->
gehoorbeentjes trillen
vocht in het slakkenhuis trilt
zintuigcellen zetten prikkel om in impulsen
impulsen gaan naar hersenen
geluid zorgt voor trillingen in de lucht
trommelvlies gaat trillen

Slide 10 - Drag question

In het slakkenhuis zetten de zintuigecellen de trillingen om in impulsen.

Impulsen gaan via de gehoorzenuw naar de hersenen.

Slide 11 - Slide


In welk deel van het oor liggen de gehoorzintuigcellen?
A
trommelvlies
B
trommelholte
C
gehoorzenuw
D
slakkenhuis

Slide 12 - Quiz

0

Slide 13 - Video

Gehoorbereik
  • Mensen horen tussen de 20 en 20000 Hertz.
  • Het gehoorbereik verschil per diersoort.
  • Als je ouder wordt slijten de haartjes van de zintuigcellen.        Je hoort geen hoge tonen meer. 

Slide 14 - Slide

Geluidsniveau
Bij een hard geluid zijn er sterkere geluidstrillingen dan bij een zacht geluid. 

Je meet geluidssterkte in decibel.

Slide 15 - Slide

0

Slide 16 - Video

0

Slide 17 - Video

Doen!
Maak en kijk na met een andere kleur opdracht 8 t/m 12.

Slide 18 - Slide

Maak een foto van je gemaakte en nagekeken werkboekopdrachten (blz. 122-123)

Slide 19 - Open question

Welk deel van het oor beschadigd door langdurige overbelasting?
A
trommelvlies
B
gehoorbeentjes
C
trommelholte
D
trilhaartjes in het slakkenhuis

Slide 20 - Quiz

Slikken

  • Bij slikken of gapen, gaat via de buis van Eustachius lucht  van de trommelholte  naar de keelholte of andersom.

Slide 21 - Slide

Wat is de functie van de buis van Eustachius? (zoek op in je tekstboek)

Slide 22 - Open question

Je trommelvlies trilt goed als de lucht in de gehoorgang even hard drukt als de lucht in de trommelholte.

Slide 23 - Slide

Doen!
Maak en kijk na met een andere kleur opdracht 16 en 17.

Slide 24 - Slide

Maak een foto van je gemaakte en nagekeken werkboekopdrachten (blz. 124)

Slide 25 - Open question

Je evenwichtsorgaan
- Gevoelig voor bewegingen in je lichaam.

- Drie halvecirkelvormige kanalen met vloeistof. De kanalen nemen beweging waar en de vloeistof prikkelt de zintuigcellen.

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Video

Doen!
Maak en kijk na met een andere kleur opdracht 18 t/m 20.

Slide 28 - Slide

Maak een foto van je gemaakte en nagekeken werkboekopdrachten (blz. 124)

Slide 29 - Open question

Heb je nog een vraag aan je docent over deze paragraaf, nadat je alles gedaan hebt?
A
Ja
B
Nee

Slide 30 - Quiz