Huiswerkopdrachten hoofdstuk 3 klimaat

Huiswerkopdrachten hoofdstuk 3 klimaat
Maak deze opdrachten ter voorbereiding op de uitleg.
De antwoorden zijn altijd te vinden in de paragraaf.
1 / 43
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 43 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Huiswerkopdrachten hoofdstuk 3 klimaat
Maak deze opdrachten ter voorbereiding op de uitleg.
De antwoorden zijn altijd te vinden in de paragraaf.

Slide 1 - Slide

Huiswerkopdrachten 3.1
dia 3 tot en met dia 8

De antwoorden zijn te vinden in de tekst van de paragraaf.

Slide 2 - Slide

Wat is het verschil tussen het weer en het klimaat? Tip: gebruik de begrippenlijst om het antwoord te vinden.

Slide 3 - Open question

Welke vier klimaten komen voor op lage breedte? Benoem deze klimaten vanaf de evenaar.

Slide 4 - Open question

Welke overeenkomst is er tussen de klimaten op lage breedte? En welk belangrijk verschil is er tussen de klimaten op lage breedte?

Slide 5 - Open question

Welke vier klimaten komen voor op hoge breedte?

Slide 6 - Open question

Welke overeenkomst is er tussen de klimaten op hoge breedte? Welke twee belangrijke verschillen zijn er tussen de klimaten op hoge breedte?

Slide 7 - Open question

Waardoor komt het dat een hooggebergteklimaat zowel op lage- als op hoge breedte kan voorkomen?

Slide 8 - Open question

Huiswerkopdrachten 3.2
dia 10 tot en met 16

De antwoorden zijn te vinden in de tekst van de paragraaf.

Slide 9 - Slide

Wat is een atmosfeer en waarom is de atmosfeer zo belangrijk voor de aarde? Tip: gebruik de begrippenlijst.

Slide 10 - Open question

Hoe komt het dat zonnestralen indirect de lucht op aarde verwarmen?

Slide 11 - Open question

Hoe komt het dat het steeds kouder wordt naarmate je hoger in de atmosfeer bent?


Slide 12 - Open question

Waardoor komt het dat in de ochtend en vlak voor zonsondergang de zon minder krachtig is?

Slide 13 - Open question

Hoe komt het dat gebieden bij de evenaar veel meer warmte krijgen als gebieden bij de polen?

Slide 14 - Open question

Leg uit waarom zand sneller opwarmt en afkoelt dan water.

Slide 15 - Open question

Leg uit waarom het hoog op een berg kouder is dan beneden in het dal.

Slide 16 - Open question

Huiswerkopdrachten 3.3
dia 18 tot en met 23

De antwoorden zijn terug te vinden in de tekst van de paragraaf.

Slide 17 - Slide

Waardoor ontstaat op aarde het verschil tussen dag en nacht?

Slide 18 - Open question

Waardoor heeft het noordelijk halfrond tussen maart en september een hogere zonnestand?

Slide 19 - Open question

Wat is het verschil in seizoenen tussen het noordelijk- en het zuidelijk halfrond?

Slide 20 - Open question

Hoe komt het dat er geen seizoenen zijn rond de evenaar?

Slide 21 - Open question

Welk gevolg heeft de schuine stand van de aardas voor de daglengte boven de poolcirkel (66,5°)?

Slide 22 - Open question

Wat is het verschil tussen een pooldag en een poolnacht? Tip: gebruik de begrippenlijst.


Slide 23 - Open question

Huiswerkopdrachten 3.4
dia 25 tot en met 30

De antwoorden zijn terug te vinden in de tekst van de paragraaf

Slide 24 - Slide

Wat is het verschil tussen de korte waterkringloop en de grote waterkringloop? Tip: gebruik de begrippenlijst.

Slide 25 - Open question

Welke vormen kan water aannemen tijdens de waterkringloop?

Slide 26 - Open question

Hoe is de werking van de grote waterkringloop? Begin het verhaal bij verdamping van zeewater door opwarming door de zon.

Slide 27 - Open question

Hoe ontstaat neerslag?

Slide 28 - Open question

Op welke drie manieren kan neerslag gevormd worden op aarde?

Slide 29 - Open question


Slide 30 - Open question

Huiswerkopdrachten 3.5
dia 32 tot en met dia 37

De antwoorden zijn terug te vinden in de tekst van de paragraaf.

Slide 31 - Slide

Leg uit waardoor Nederland in de winter een zachter klimaat heeft dan Rusland.

Slide 32 - Open question

Leg het verschil uit tussen aanlandige wind en aflandige wind. Tip: gebruik de begrippenlijst.

Slide 33 - Open question

Welke invloed heeft een aanlandige wind op het land?

Slide 34 - Open question

Welke invloed heeft een aflandige wind op het land?

Slide 35 - Open question

Leg uit op welke manier de zeestroom voor de Nederlandse kust effect heeft op het klimaat.

Slide 36 - Open question

Leg het verschil uit tussen de maximumtemperatuur en de minimumtemperatuur.

Slide 37 - Open question

Huiswerkopdrachten 3.6
dia 39 tot en met dia 43 

De antwoorden vind je in de tekst van de paragraaf.

Slide 38 - Slide

Welke drie oorzaken zorgen voor verschillen in klimaat binnen Nederland?

Slide 39 - Open question

Hoeveel graden is in Nederland de temperatuur gestegen sinds 1907? Is dit meer of minder dan de wereldwijde gemiddelde temperatuurstijging?

Slide 40 - Open question

Welke drie oorzaken zijn er voor de gemiddelde temperatuurstijging in Nederland? Welke van deze drie heeft de meeste invloed?

Slide 41 - Open question

Leg het begrip klimaatcrisis uit.

Slide 42 - Open question

Noteer twee gevolgen van klimaatverandering in Nederland.

Slide 43 - Open question