autisme pedagogiek

Docent in het Voortgezet Onderwijs
ASS
1 / 17
next
Slide 1: Slide
FransHBOStudiejaar 3

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 8 min

Items in this lesson

Docent in het Voortgezet Onderwijs
ASS

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Autisme

Slide 3 - Mind map

Schrijf
ASS wordt vier keer vaker vastgesteld bij jongens dan bij meisjes
A
Waar
B
Niet waar

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

Een ander woord voor autisme is een informatieverwerkingsstoornis.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

Kinderen met ASS hebben moeite om de context te gebruiken bij het begrijpen van bedoelingen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Kinderen met ASS hebben moeite om de context te gebruiken bij het begrijpen van bedoelingen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

Docent in het Voortgezet Onderwijs
ASS - Kenmerken
Hoe ervaart een kind met ASS de wereld?







Overprikkeling

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Docent in het Voortgezet Onderwijs
ASS
Wat is Autisme Spectrum Stoornis (ASS)?
  • Dé autist bestaat niet

Slide 9 - Slide

ASS is een diagnose die pas sinds 2013 bestaat. Hiervoor werden diagnoses als PDD-NOS, klassiek autisme en Asperger gegeven. Tegenwoordig vallen deze drie onder het containerbegrip ASS.
De diagnose ASS geeft dus aan dat iemand een kenmerken binnen het spectrum heeft. Na onderzoek volgt een persoonlijke "streepjescode". Deze kan zich dus op verschillende manieren uiten. In 2013 is in de DSM-5 vastgesteld hoe de diagnose ASS vastgesteld kan worden.

Autisme - terminologie
  • De term ASS (Autisme Spectrum Stoornis) omvat alle vormen van autisme sinds 2014
syndroom van Kanner

syndroom van Asperger
PDD-NOS (Pervasive Developmental Disorder-Not Otherwise Specified)
MCDD (Multiple Complex Developmental Disorder)
ASS --> aangeboren stoornis
--> veel meer prikkels (min of meer) bewust waargenomen dan bij andere mensen
--> zenuwstelsel heeft een te hoog alertheidsniveau

 









Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Autisme - terminologie
  • Comorbiditeit: ADHD (ca. 30%), OCD (Obsessive Compulsive Disorder), angst en depressieve stoornis of Tourette, maar ook vaak met hoogbegaafheid.
  • 1% van de Nederlandse bevolking lijdt aan ASS – Verhouding: jongens/meisjes is 4:1
  • 10% van de mensen met ASS heeft een savant, een specifieke bezigheid waar ze onwaarschijnlijk goed in zijn.









Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Autisme – kenmerken en verschijningsvormen in de klas

Onder meer:

o Problemen op sociaal gebied/minder goed ontwikkelde sociale intuïtie
o Moeite met (onverwachte) verandering
o Dingen heel letterlijk nemen
o Eerlijk en recht door zee
o Goed in analyseren
o Niet graag over koetjes en kalfjes praten
o Moeite met het bewaren van overzicht
o Loyaal


o Buiten vaste kaders kunnen denken
o Nauwkeurig
o Over- of juist ongevoelig voor zintuiglijke prikkels
o Heel intensief bezig zijn met een beperkt aantal onderwerpen
o Hyperfocus
o Tragere informatieverwerking

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Docent in het Voortgezet Onderwijs
ASS - Kenmerken en gevolgen voor in de klas
Moeilijk contact maken; oogcontact
Gebrekkige centrale coherentie
Gebrekkige executieve functies; plannen, prioriteiten, emoties..
Context moeilijk
Gezichtsuitdrukkingen
Verandering is moeilijk
Aandacht verdelen 
Stress
Zwak werkgeheugen

Nadelen

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Docent in het Voortgezet Onderwijs
ASS - Kenmerken en gevolgen voor in de klas
Focus
Eerlijk
Visueel goed geheugen (fotografisch)
Afspraak = afspraak
Opmerkzaam; verandering en details
Onderzoekend
Beleefd
Kunnen goed alleen zijn

Nauwkeurig


Voordelen

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Autisme – Aanbevolen aanpak(ken) en ondersteuning in de klas

  • Laat merken dat je vertrouwen hebt in de leerling 
  • Biedt structuur 
  • Wees zakelijk in de benadering (niet emotioneel)
  • Ondersteun groepsvorming 
  • Wees zeer concreet in je bewoordingen
  • Handelingsplan kan uitkomst bieden
  • Betrek ook de ouders hierbij

Tips:   
-Vast maatje 
-Vast contactpersoon
-Regelmatige evaluatie

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Docent in het Voortgezet Onderwijs
ASS - Leerkrachtgedrag
Afsluitende tips voor docenten

Do's
Don't's
  • Integrale aanpak; steun thuis, leerling, eventuele behandelaar.
  • Creëer een rustige en veilige omgeving
  • Geef structuur en voorspelbaarheid
  • Kondig veranderingen vroegtijdig aan
  • Visualiseer uitleg
  • Noem naam voordat je leerling aanspreekt
  • Herhaal instructie
  • Taken in kleine stappen uitleggen
  • Sluit aan bij interesses van de leerling; dit verhoogt de motivatie.
  • Communicatie; wees duidelijk.
  • Geef complimenten.
  • Straffen
  • Discussies aangaan
  • Tot samenwerking dwingen
  • Ongewenst aanraken
  • Werkdruk verhogen
  • Pas op met grapjes maken

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Bronnen
 Geerts, W., & Van Kralingen, R. (2020). Handboek voor leraren. Coutinho.


Horeweg, A. (2015/2018). Gedragsproblemen in de klas in het voortgezet onderwijs. Lannoo. 

Nederlandse vereniging voor autisme (z.d.). Hoe kan ik autisme herkennen? Geraadpleegd op 14 december 2021, van https://www.autisme.nl/over-autisme/wat-is-autisme/hoe-kan-ik-autisme-herkennen 

Slide 17 - Slide

This item has no instructions