4V_T1_BS5

T1 Inleiding in de biologie
BS 5
4V
27-9-22
D. Everaerts
1 / 19
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

T1 Inleiding in de biologie
BS 5
4V
27-9-22
D. Everaerts

Slide 1 - Slide

Doel van vandaag:
- Deze week leer je wat concentratie, diffusie en osmose

Slide 2 - Slide

Wat is concentratie?

Slide 3 - Open question

Concentratie
  • Hoeveelheid opgeloste stof in bepaalde hoeveelheid oplosmiddel

  • Stel: ik heb 2 gram suiker in 8 gram water opgelost. Dan heb ik een oplossing van 20% suiker. 
    Totale hoeveelheid = 2 + 8 gram
     Massapercetage =  Deel/geheel * 100 = 2/10 * 100 = 20% 

Slide 4 - Slide

Nu jullie.
Je maakt een 20 gr. keukenzout oplossing van 5%. Hoeveel gram zout en hoeveel gram water heb je nodig?

Slide 5 - Open question

Je maakt een 20 gr. keukenzout oplossing van 5%. Hoeveel gram zout en hoeveel gram water heb je nodig?
- Totale hoeveelheid = 20 gram 
- Daarvan moet 5% bestaan uit keukenzout. Dus reken 5% uit van 20 gram. 
- 5% van 20gram = 1 gram

1 gram keukenzout en 19 gram water. 
gram
20
procent
100
5

Slide 6 - Slide

Diffusie
  • Verplaatsing van stof van een plaats met hoge concentratie naar een plaats met lage concentratie van die stof. 

  • Hoe snel dat gebeurt, noem je de diffusiesnelheid
      die hangt af van de temperatuur en medium (water of lucht)

Slide 7 - Slide

Diffusie

Slide 8 - Slide

Diffusie 

Slide 9 - Slide

Geef een voorbeeld van diffusie

Slide 10 - Open question

In de cel
- Diffusie vindt ook plaats in en buiten de cel. 
- Maar er zit iets om de cel heen

- Namelijk het Celmembraan
- Bestaat uit fosfolipiden & poriën
- En is dus semipermeabel, kleine
stoffen kunnen erdoor, grote niet. 


Slide 11 - Slide

Semi-permeabel membraan
- Watermoleculen
   passen erdoor heen

- Suiker moleculen
   niet


Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Wat gebeurt er?

Slide 14 - Open question

Slide 15 - Slide

Osmose 
  • Het proces van diffusie van water door een semi-permeabel membraan, noem je osmose. 
Water kan er door heen, maar glucose niet..
Dus water gaat zich verplaatsen om de concentratie glucose 'gelijk' te maken. 

  • Osmotische waarde: hoeveelheid opgeloste deeltjes 

Slide 16 - Slide

Waar gaat het water heen?
A
Naar 1
B
Naar 2
C
Blijft zo

Slide 17 - Quiz

v

Slide 18 - Slide

Mededelingen
  1. HW staat in Magister
  2. Bereid het practicum van morgen voor (classroom)
  3. Zorg dat je een geodriehoek meeneemt volgende week 

Slide 19 - Slide