1.4 Aan het werk

1.4 Aan het werk
Blz. 31 in je leerwerkboek
1 / 15
next
Slide 1: Slide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

This lesson contains 15 slides, with text slides and 1 video.

Items in this lesson

1.4 Aan het werk
Blz. 31 in je leerwerkboek

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Aan het einde van de paragraaf
  • weet je dat in de 19e eeuw veel mensen in de landbouwsector werkten of ander arbeidsintensief werk deden. 
  • kun je uitleggen waarom geld een steeds belangrijkere rol is gaan spelen bij het produceren van goederen.
  • weet je welke factoren belangrijk zijn voor de vestiging van industrie en andere bedrijven.
  • kun je uitleggen hoe er steeds meer werk komt in de dienstensector. 

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag!
Maak individueel opdracht 1 op blz. 31 van je leerwerkboek.

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Lezen en markeren
We lezen klassikaal het stukje 'veel handwerk' op blz. 32 en markeren de belangrijkste stukjes. 

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Uitleg
In welke sector werken de mensen op de foto's?

Het type werk dat deze mensen doen noemen we:
arbeidsintensief. 

In welke landen is de primaire sector vaak nog erg groot?

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag!
Maak individueel opdracht 2 t/m 4 op blz. 32 van je leerwerkboek.

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Lezen en markeren
We lezen klassikaal de stukjes 'machines nemen het werk over' en 'waarom daar?' op blz. 33 en 34 en markeren de belangrijkste stukjes. 

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Uitleg Machines nemen het werk over.
Door de komst van machines is kapitaal (geld) belangrijk om iets te kunnen produceren. Deze manier van produceren heet daarom:
kapitaalintensief
In welke sector werken de mensen op de foto?
Hoe wordt deze sector ook wel genoemd?

Slide 8 - Slide

Welke twee grondstoffen waren nodig voor stoommachines? 
- ijzer en steenkool.

IJzer is een: metaal
Steenkool is een: brandstof
Welke twee typen mijnbouw zijn er?
- dagbouw en schachtbouw

Uitleg waarom daar?
Fabrieken in de 19e eeuw stonden vaak bij havens en steenkoolmijnen.

Als je zoekt naar een goede plek voor je bedrijf let je op de:
vestigingsplaatsfactoren: zoals dicht bij de klant, goede bereikbaarheid en een land met lage lonen. 

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag!
Maak individueel opdracht 5 t/m 8 op blz. 33 en 34 van je leerwerkboek.

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

SO
Dinsdag 14 november begrippen SO 1.4. 
Je leert de begrippen van paragraaf 1.4.

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Lezen en markeren
We lezen klassikaal de stukjes 'dienstverlenende beroepen' op blz. 35 en markeren de belangrijkste stukjes. 

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Uitleg Dienstverlenende beroepen
Mensen die werken in de tertiaire sector verlenen een dienst, zoals een zorgmedewerker of weerman.

Vaak zien we dat in rijke landen veel mensen een baan hebben in de dienstensector.


Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Slide 14 - Video

This item has no instructions

Aan de slag!
Maak individueel opdracht 9 op blz. 35 van je leerwerkboek.

Slide 15 - Slide

This item has no instructions