Deel van...

Deze les 
Start nieuw hoofdstuk
Voorkennis ophalen breuken
Zelf aan de slag met de basis
1 / 79
next
Slide 1: Slide
WiskundeVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 5Leerroute 6

This lesson contains 79 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Deze les 
Start nieuw hoofdstuk
Voorkennis ophalen breuken
Zelf aan de slag met de basis

Slide 1 - Slide

Doelen van het hoofdstuk
De teller en noemer in een breuk benoemen.
De breuk noemen bij een context.
De waarde van een breuk geven.
Breuken vergelijken (<, >, =)
Breuken vereenvoudigen
Rekenen met gelijknamige breuken (+ en -)
Breuken gelijknamig maken
Ongelijknamige breuken optellen en van elkaar afhalen
Breuken vermenigvuldigen met een geheel getal
Breuken vermenigvuldigen met een andere breuk.
Procenten, breuken en waarde naar elkaar omschrijven
Percentage van een aantal berekenen
Het percentage berekenen bij een aantal

Slide 2 - Slide

teller en noemer
Teller en Noemer
De teller telt het aantal stukken dat jij hebt.


De noemer noemt hoeveel delen er in totaal zijn.

Slide 3 - Slide

Waarde van breuken
Tips voor omrekenen:

- Rekenmachine
(deelsom)

- Euro's 
(bijv. 1 euro verdelen over 4 personen = €0,25)

Slide 4 - Slide

Groter dan of Kleiner dan
Er zijn tekens voor is groter dan en is kleiner dan.

Het teken > betekent groter dan
Het teken < betekent kleiner dan




Slide 5 - Slide

Groter dan of Kleiner dan
Het teken > betekent groter dan
Het teken < betekent kleiner dan




52
53

Slide 6 - Slide

Groter dan of Kleiner dan
Het teken > betekent groter dan
Het teken < betekent kleiner dan




21
41

Slide 7 - Slide

Groter dan of Kleiner dan
Het teken > betekent groter dan
Het teken < betekent kleiner dan




72
83
72=0,285...
83=0,375

Slide 8 - Slide

Gelijkwaardige breuken
Boven en onder blijven in verhouding






31=6[?]
83=24[?]
41=[?]3
5[?]=208

Slide 9 - Slide

Zelf aan de slag 
Wat? Maken 2.1A + 2.1B t/m opgave 4
Hoe? Zelfstandig in Learnbeat
Hoelang? tot einde les
Volume? Zacht overleg
Klaar? Nakijken.
Daarna klaar? Gynzy -->                   

Herkennen en noteren van breuken
Vergelijken van ongelijknamige breuken
Gelijkwaardig maken van breuken
Plaatsen van een breuk op de getallenlijn
Plaatsen van een gemengde breuk op de getallenlijn
              

Slide 10 - Slide

Deze les 
Bespreken toets
Uitleg vereenvoudigen
Zelf aan de slag

Slide 11 - Slide

Toets bespreken - 1
A. Welke plaats hoort bij de coördinaten (17, 4)?
Axel
B. Geef de coördinaten van de plaats Hoek.
(13, 6)
C. Welke plaats ligt ten noordoosten van Oostburg?
Breskens
D. Naar welke windrichting moet je als je van Cadzand naar Oostburg kijkt?
Zuidoost

E. Teken op het kaartje de koershoek van Sluis (1, 6) naar Eeklo (6, 1).
Meet de koershoek. Vul het aantal graden hieronder in.
137

Slide 12 - Slide

Toets bespreken - 2
A. Zoals je in het ontwerp kunt aflezen, wordt de houten vlonder 1103 cm lang.
Vul in: 1103 cm = 11,03 m
B. Hoeveel planken heb je nodig voor de hele vlonder?
1103 : 15 = 73,53...
Dat zijn dus 74 planken.
C. Vul de verhoudingstabel verder in om de schaal te berekenen.
Meet eerst de breedte in de tekening.
                                                D. 1 : 25
E. Op het ontwerp van de tuin zie je dat het tuinhuisje in het echt 192 cm breed is. Gebruik de verhoudingstabel om de breedte in de tekening te berekenen.
Begin met de schaal die je bij C hebt gevonden.

Tekening cm
10
1
Echt cm
250
25

Slide 13 - Slide

Toets bespreken - 2
C. Vul de verhoudingstabel verder in om de schaal te berekenen.
Meet eerst de breedte in de tekening.
                                                D. 1 : 25



E. Op het ontwerp van de tuin zie je dat het tuinhuisje in het echt 192 cm breed is. Gebruik de verhoudingstabel om de breedte in de tekening te berekenen.

F. Geef voor elke hoek aan om welke soort hoek het gaat.







G. Meet hoek C met je geodriehoek op het werkblad. 
.. graden
Tekening cm
10
1
Echt cm
250
25

Slide 14 - Slide

Toets bespreken - 3


A. Hoeveel meter is de slinger lang? Vul in: 14,27 km = 14 270 m
B. Elke vlag is zo'n 18 cm lang. Vul in: 18 cm = 0,18 m
C. Deze slinger was 23,65 km (= 23 650 m) lang
Voor elke 5 meter van de slinger heeft de heer Van Leeuwen 40 velletjes papier gebruikt.
Reken met de verhoudingstabel uit hoeveel vellen papier hij in totaal heeft gebruikt.

Slide 15 - Slide

Gelijkwaardige breuken
Boven en onder blijven in verhouding






31=6[?]
83=24[?]
41=[?]3
5[?]=208

Slide 16 - Slide

vereenvoudigen

Slide 17 - Slide

breuken vereenvoudigen

Slide 18 - Slide

Breuken vereenvoudigen
Als een soort verhoudingstabel

Slide 19 - Slide

Vereenvoudigen met helen
Vereenvoudigen door:

  • Delen door hetzelfde getal
  • Helen eruit halen
=23

Slide 20 - Slide

Vereenvoudig deze breuken
Schrijf ze in je schrift.
186=
219=
208=
418=
1240=
628=

Slide 21 - Slide

Zelf aan de slag 
Wat? afmaken 2.1B
Hoe? Zelfstandig in Learnbeat
Hoelang? tot einde les
Volume? Zacht overleg
Klaar? Nakijken.
2.1A afmaken
Daarna klaar? Gynzy -->                   

Herkennen en noteren van breuken
Vergelijken van ongelijknamige breuken
Gelijkwaardig maken van breuken
Plaatsen van een breuk op de getallenlijn
Plaatsen van een gemengde breuk op de getallenlijn
              

Slide 22 - Slide

Deze les 
Herhalen vereenvoudigen
Berekenen met gelijknamige breuken
Zelf aan de slag 

Slide 23 - Slide

Vereenvoudigen
3212
4035
4510
1824
1548
924

Slide 24 - Slide

Gelijknamige breuken
Gelijknamig = gelijke noemer
51en52
72en74
85en87

Slide 25 - Slide

Gelijknamige breuken - optellen
Noemers zijn en blijven gelijk.
Tellers tel je op.



Vereenvoudig zo nodig het antwoord.
Haal zo nodig de helen eruit.
51+52=
74+75=
285+187=

Slide 26 - Slide

Gelijknamige breuken - eraf halen
Noemers zijn en blijven gelijk.
Tellers haal je van elkaar af.



Vereenvoudig zo nodig het antwoord.
5251=
7674=
8785=

Slide 27 - Slide

Gelijknamige breuken - eraf halen (nu met helen)
Noemers zijn en blijven gelijk.
Tellers haal je van elkaar af.



Vereenvoudig zo nodig het antwoord.
Haal zo nodig de helen eruit.
15451=
17476=
381185=

Slide 28 - Slide

Zelf aan de slag 
Wat? Maken 2.2A + B
Hoe? Zelfstandig in Learnbeat
Hoelang? tot einde les
Volume? Zacht overleg
Klaar? Nakijken.
2.1A+B afmaken.
Daarna klaar? Gynzy -->                   
PLENDA:
2.1A+B + 2.2A+B
Herkennen en noteren van breuken
Vergelijken van ongelijknamige breuken
Gelijkwaardig maken van breuken
Plaatsen van een breuk op de getallenlijn
Plaatsen van een gemengde breuk op de getallenlijn
              

Slide 29 - Slide

Deze les 
Herhalen gelijkwaardig en gelijknamig
Uitleg gelijknamig maken
Zelf aan de slag

Slide 30 - Slide

Gelijkwaardige breuken
Boven en onder blijven in verhouding






31=6[?]
83=24[?]
41=[?]3
5[?]=208

Slide 31 - Slide

Gelijknamige breuken
Gelijknamig = gelijke noemer
51en52
72en74
85en87

Slide 32 - Slide

Gelijknamig maken
Om breuken bij elkaar op te tellen of af te trekken moet de breuk gelijknamig zijn.

Slide 33 - Slide

Maak de volgende breuken gelijknamig
Zet ze in je schrift.
51en103
43en87
52en87
43en32

Slide 34 - Slide

Zelf aan de slag 
Wat? Maken 2.3A
Hoe? Zelfstandig in Learnbeat
Hoelang? tot einde les
Volume? Zacht overleg
Klaar? Nakijken.
2.1A+B afmaken.
Daarna klaar? Gynzy -->                   
Vereenvoudigen van een eenvoudige breuk
Gelijknamig maken van breuken
Gelijkwaardig maken van breuken
Vereenvoudigen van een breuk
Optellen met gelijknamige breuken door de hele heen
Aftrekken met gelijknamige breuken door de hele heen

Slide 35 - Slide

Deze les 
Herhalen gelijknamig maken
Uitleg optellen ongelijknamig
Zelf aan de slag

Slide 36 - Slide

Ongelijknamige breuken optellen

Slide 37 - Slide

Slide 38 - Slide

Ongelijknamige breuken optellen
stap 1:  gelijknamig maken.

Bijv.  1/2  +  1/3   =   3/6  +  2/6   

stap 2: Optellen

3/6 + 2/6 = 5/6

Slide 39 - Slide

Altijd goed kijken
stap 1:  gelijknamig maken.                               Stap 3: Vereenvoudigen en                                                                                                                          helen eruit halen


stap 2: Optellen


5442+5445=
97+65=
5442+5445=5487
5487=15433=11811

Slide 40 - Slide

Even oefenen
Maak deze oefening in je schrift
61+54=
43+52=
32+53=

Slide 41 - Slide

Zelf aan de slag 
Wat? Maken 2.3A + 2.3B t/m opgave 3
Hoe? Zelfstandig in Learnbeat
Hoelang? tot einde les
Volume? Zacht overleg
Klaar? Nakijken.
Daarna klaar? Gynzy -->                   
Vereenvoudigen van een eenvoudige breuk
Gelijknamig maken van breuken
Gelijkwaardig maken van breuken
Vereenvoudigen van een breuk
Optellen met gelijknamige breuken door de hele heen
Aftrekken met gelijknamige breuken door de hele heen

Slide 42 - Slide

Deze les 
Herhalen optellen ongelijknamig
Uitleg van elkaar afhalen ongelijknamig
Zelf aan de slag

Slide 43 - Slide

Slide 44 - Slide

Altijd goed kijken
stap 1:  gelijknamig maken.                               Stap 3: Vereenvoudigen en                                                                                                                          helen eruit halen


stap 2: Optellen


5442+5445=
97+65=
5442+5445=5487
5487=15433=11811

Slide 45 - Slide

Slide 46 - Slide

Van elkaar afhalen
stap 1:  gelijknamig maken.                                       stap 2: Berekenen             







20162015=201

Slide 47 - Slide

Van elkaar afhalen - met helen
stap 1:  gelijknamig maken.                                       stap 2: Helen erin (lenen)            



stap 3: Berekenen                                                          stap 4: Vereenvoudigen

24282418=
16143=12442418=
2410=
125

Slide 48 - Slide

Even oefenen
Maak deze oefening in je schrift
16154=
4352=
232154=

Slide 49 - Slide

Zelf aan de slag 
Wat? Maken 2.3A + 2.3B 
Hoe? Zelfstandig in Learnbeat
Hoelang? tot einde les
Volume? Zacht overleg
Klaar? Nakijken.
Daarna klaar? Gynzy -->                   
Vereenvoudigen van een eenvoudige breuk
Gelijknamig maken van breuken
Gelijkwaardig maken van breuken
Vereenvoudigen van een breuk
Optellen met gelijknamige breuken door de hele heen
Aftrekken met gelijknamige breuken door de hele heen

Slide 50 - Slide

Deze les 
Uitleg vermenigvuldigen
Zelf aan de slag

Slide 51 - Slide

Wat is deel van €50,-
21
A
2
B
25
C
50
D
75

Slide 52 - Quiz

Wat is deel van €120,-
101
A
10
B
12
C
60
D
120

Slide 53 - Quiz

Wat is deel van €120,-
103
A
3
B
10
C
12
D
36

Slide 54 - Quiz

Breuk × heel getal
Vaak als verhaaltje

bijv. met        deel van €200,-

De berekening is eigenlijk een keersom:        × 200 =
52
52

Slide 55 - Slide



Manier 1

1/5 deel = 200 : 5 = 40
2/5 deel = 40 × 2 = 80


Manier 2

2 × 200 = 400
400 : 5 = 80 
52200=
Manier 2
× teller
: noemer

Manier 1
: noemer
× teller

Slide 56 - Slide

Even oefenen
Maak deze oefening in je schrift
6518=
4316=
3221=

Slide 57 - Slide

Breuk × breuk
noemernoemertellerteller
stap 1 Bereken
stap 2
Vereenvoudig

Slide 58 - Slide

5243=
noemernoemertellerteller
3243=
53107=
6594=

Slide 59 - Slide

Zelf aan de slag 
Wat? Maken 2.3C
Hoe? Zelfstandig in Learnbeat
Hoelang? tot einde les
Volume? Zacht overleg
Klaar? Nakijken.
Daarna klaar? Gynzy -->                   
Optellen met ongelijknamige breuken
Aftrekken met ongelijknamige breuken
Vermenigvuldigen van een heel getal met een stambreuk
Vermenigvuldigen met een breuk
Vermenigvuldigen met twee breuken
PLENDA:
2.3A+B+C

Slide 60 - Slide

Deze les 
Herhalen

Slide 61 - Slide

Deze les 
Herhalen

Slide 62 - Slide

Deze les 
SO Breuken

Slide 63 - Slide

Deze les 
Uitleg procenten

Slide 64 - Slide

Procenten
Procent = van 100

50% = 50 van 100 =              = 0,5


10050

Slide 65 - Slide

25%
75%
40%
60%
 1 
4
0,25
 3 
 4
 2 
 5
 3 
 5
0,4
0,75
0,6
 40 100
 25 100
 75 100
 60 100

Slide 66 - Drag question

Zelf aan de slag 
Wat? Maken 5.5A
Hoe? Zelfstandig in Learnbeat
Hoelang? tot 12:15
Volume? Zacht overleg
Klaar? Nakijken.
Daarna klaar? Gynzy --> 
Tafels
Vergelijken breuken 
Breuken op getallenlijn
Vereenvoudigen
Optellen en aftrekken met gelijknamige breuken

Slide 67 - Slide

Deze les 
- Uitleg percentage van totaal (10 min)
- Zelf aan de slag (tot 13:30)
- Afsluiting (5 min)
Do 30 mei Lesuur 1 Wiskunde 
Laptop in tas
Tafel leeg

Slide 68 - Slide

Percentage van een aantal
Procent = van 100
100% = het totaal

Verhoudingstabel gebruiken:

Percentage (%)
100
Aantal ...

Slide 69 - Slide

Percentage van een aantal
Voorbeeld
Op een school zitten 400 kinderen.
30% van de kinderen heeft blond haar.
Hoeveel kinderen hebben blond haar?

Percentage (%)
100
30
Aantal kinderen
400

Slide 70 - Slide

Percentage van een aantal
Voorbeeld
Op een school zitten 400 kinderen.
30% van de kinderen heeft blond haar.
Hoeveel kinderen hebben blond haar?

Percentage (%)
100
1
30
Aantal kinderen
400

Slide 71 - Slide

Percentage van een aantal
Voorbeeld
Op een school zitten 400 kinderen.
30% van de kinderen heeft blond haar.
Hoeveel kinderen hebben blond haar?

Percentage (%)
100
1
30
Aantal kinderen
400
4

Slide 72 - Slide

Percentage van een aantal
Voorbeeld
Op een school zitten 400 kinderen.
30% van de kinderen heeft blond haar.
Hoeveel kinderen hebben blond haar?

Percentage (%)
100
1
30
Aantal kinderen
400
4
120

Slide 73 - Slide

Percentage van een aantal - even oefenen
A. Op een sportclub met 450 leden heeft 60% meegedaan met de wedstrijd.
Hoeveel leden hebben meegedaan met de wedstrijd?

B. Niek wilt een nieuwe iPhone kopen voor €730,-.
Zijn moeder biedt aan 27% te betalen als hij de rest zelf spaart.
Hoeveel euro gaat zijn moeder betalen?

Slide 74 - Slide

Zelf aan de slag 
Wat? Maken 5.5B
Hoe? Zelfstandig in Learnbeat
Hoelang? tot 9:20
Volume? Zacht overleg
Klaar? Nakijken.
Daarna klaar? Gynzy --> 
Tafels
Vergelijken breuken 
Breuken op getallenlijn
Vereenvoudigen
Optellen en aftrekken met gelijknamige breuken
PLENDA:
Di 4 juni
5.5A + 5.5B

Slide 75 - Slide

Deze les 
- Zelf aan de slag (tot 12:15)
- Afsluiting (5 min)
Di 4 juni Lesuur 4 Wiskunde 
Laptop in tas
Tafel leeg

Slide 76 - Slide

Zelf aan de slag 
Wat? Maken 5.6C
Hoe? Zelfstandig in Learnbeat
Hoelang? tot 12:15
Volume? Zacht overleg
Klaar? Nakijken.
Maken 5.6B
Daarna klaar? Gynzy --> 
Tafels
Vergelijken breuken 
Breuken op getallenlijn
Vereenvoudigen
Optellen en aftrekken met gelijknamige breuken

Slide 77 - Slide

Deze les 
- Toets H5 (tot 9:20)
- Afsluiting (5 min)
Do 6 juni Lesuur 1 Wiskunde 
Laptop op tafel
Learnbeat open

Slide 78 - Slide

Zelf aan de slag 
Wat? Toets H5
Hoe? Zelfstandig in Learnbeat
Hoelang? tot 9:20
Volume? STIL t/m laatste inleveren
Klaar?  Gynzy --> 
Vlakke figuren
Tafels

Slide 79 - Slide