Tips voor het eindexamen wiskunde

De laatste tips voor het 
eindexamen wiskunde

1 / 11
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo k, g, t, mavoLeerjaar 4

This lesson contains 11 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

De laatste tips voor het 
eindexamen wiskunde

Slide 1 - Slide



  • potlood 
  • pen
  • rekenmachine
  • geodriehoek 
  • passer 
  • gum



  • puntenslijper 
  • markeer stiften
  • lineaal
  • kleurpotloden
  • koershoekmeter


Dit neem je mee:
Dit kan je ook meenemen:

Slide 2 - Slide

   Als je het examen krijgt:
  • zorg dat je rekenmachine goed staat: op 'd' of 'deg',
  • blader het examen door,
  • markeer woorden als: in twee decimalen, in cm nauwkeurig,
  • begin met de vragen waarvan je zeker weet dat je ze kan maken, sla de moeilijke vragen eerst over.




Slide 3 - Slide

   Tijdens het examen:
  • schrijf met pen, teken met potlood,
  • zet op elk blaadje je naam,
  • nummer je blaadjes,
  • lever altijd de bijlagen in,
  • let op de tijd.


Slide 4 - Slide




  • altijd met potlood,
  • een rechte lijn langs een lineaal,
  • een cirkel en een zzz driehoek  met passer,
  • bij een parabool, een kwadratisch verband en een wortel verband eerst punten in het assenstelsel, daarna een vloeiende lijn.



  • bij assenstelsels, schrijf bij de assen waar het over gaat en zorg voor gelijke stapgrootte op een as,
  • bij grafieken, schrijf er bij waar de grafiek over gaat,
  • Je hoeft níet met schrikkeljaren te rekenen, tenzij het erbij staat.


Teken...
Let op..
een driehoek waarvan 3 zijden bekend zijn

Slide 5 - Slide




  • schrijf overal je berekening bij op,  behalve bij grafieken en meer-  keuze vragen,
  • tussendoor niet afronden, schrijf  een tussen-uitkomst met puntjes  (3,24...) en laat het getal op je  rekenmachine staan,
  • let op op hoeveel decimalen je moet afronden.
 


  • bij inklemmen altijd 1 getal boven en 1 getal onder de juiste uitkomst,
  • bij de balansmethode, eerst  letters naar links, dan getallen  naar rechts en als laatst delen  door het getal voor de letter,
  • schrijf  bij berekeningen met de sinus, cosinus en  tangens altijd de deling op.  

Berekeningen:
Let op...

Slide 6 - Slide

  In de opgave:
  • Toon aan dat: laat met een berekening zien dat je op het getal uitkomt. 
  • In de 20ste maand: bereken het verschil tussen de 19e en 20ste maand
  • Bij sos, cas, toa: maak altijd een schets van de rechthoekige driehoek en zet alle gegevens is de schets
  • toename met %: exponentiele groei dus: 


B=begingetalgroeifactort

Slide 7 - Slide

   De uitwerkingen:
  • streep de berekening door als je het vervangt door wat anders (we mogen alleen de eerste berekening beoordelen),
  • streep de berekening niet door als je het niet vervangt door wat anders (misschien zit er nog iets bij wat punten oplevert),
  • het aantal punten geeft ongeveer aan hoeveel stappen er gemaakt moeten worden,
  • als er een uitwerkbijlage bij de vraag zit, gebruik deze dan ook.


Slide 8 - Slide

   Antwoord:
  • geef altijd antwoord op de vraag (lees de vraag nog even goed door), je laatste zin beginnen met dus....
  • let op de afronding (cijfers achter de komma),
  • let op eenheden (bv. km cm gram km/u).


Slide 9 - Slide

  Tot slot:
  • check of je rekenmachine op 'd' of 'deg' staat
  • lees de vraag goed door
  • als je een vraag niet snapt, sla hem over. Maak eerst de vragen die je wel snapt 


Slide 10 - Slide


Succes met leren en met het examen 

Slide 11 - Slide