5.7 Grammatica zinsdelen: bwb CONA

• Nederlands
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

N

E

D

E

R

L

A

N

D

S

Programma

• Lezen in je boek
  Verwerkingsopdracht, welke? Hoor je vrijdag.
• Spreekbeurt 
  Onderwerp?
• 5.7 Grammatica zinsdelen (bwb)
  opdracht 3-8
  Je weet hoe je de bijwoordelijke bepaling vindt. 

Welk boek ben je aan het lezen voor de verwerkingsopdracht?

Lekker lezen

Spreekbeurt

Onderwerp?

Vaste volgorde zinsdelen benoemen

1. persoonsvorm(en) onderstrepen

2. zinsdeelstrepen (enkele + dubbele bij samengestelde zin)

3. werkwoordelijk of naamwoordelijk gezegde

4. onderwerp

5. lijdend voorwerp

6. meewerkend voorwerp

7. bijwoordelijke bepaling

Zinsdelen benoemen in de vaste volgorde:

De bewoners van Nieuwpoort waren al meerdere malen met klachten op het bureau gekomen. 

1. persoonsvorm(en) onderstrepen

2. zinsdeelstrepen (enkele + dubbele bij samengestelde zin)

3. werkwoordelijk of naamwoordelijk gezegde

4. onderwerp

5. lijdend voorwerp

6. meewerkend voorwerp

7. bijwoordelijke bepaling

Bijwoordelijke bepaling

(bwb)

Nadat je de zin in vaste volgorde hebt ontleed blijven er soms zinsdelen over. Alle zinsdelen die je overhoudt noem je bijwoordelijke bepaling. We noemen de bijwoordelijke bepaling ook wel de ‘prullenbak’. 

Een bwb zegt iets over het gezegde of de hele zin. De bwb geeft vaak antwoord op vragen als: 

wanneer, waar hoe... 

Voorbeeld, blz. 121

Tijdens de wedstrijd /heeft / Luuk / zijn enkel / lelijk /verstuikt.

bwb                        /  wg /    o   /           lv          /       bwb    /   wg

Ontleden

De bewoners van Nieuwpoort waren al meerdere malen met klachten op het bureau gekomen. 

Ontleden

De bewoners van Nieuwpoort (o) /waren (wg) /al meerdere malen (bwb - hoeveelheid)/ met klachten (bwb - oorzaak/reden)/ op het bureau (bwb - plaats) /gekomen (wg).

Let op: het lv begint nooit met een voorzetsel!

 

Verschillende bijwoordelijke bepalingen

(2e klas lesstof)

VWO moet de verschillende soorten bwb's kunnen herkennen. 

Let op bij bwb!

• Er kunnen geen, één of meerdere bwb in een zin voorkomen.
• Een bwb die uit een aantal woorden bestaat, begint vaak met een voorzetsel. Bijvoorbeeld: op de kast
• Ook woorden die  geen duidelijke vraag beantwoorden, zijn bwb. Bijvoorbeeld: niet, misschien, ook, hopelijk

Wat?	§ 5.7 Grammatica zinsdelen: opdrachten 3-8
Hoe?	Online Ta!ent , leerwerkboek B + schrift
Tijd?	Tot einde les
Hulp?	Boek, theorie online, klasgenoot, CONA
Resultaat?	Huiswerk
Leerdoel?	Zinsdeel benoemen: pv t/m bijwoordelijke bepaling
Klaar?	Daltontaak, lezen, huiswerk

Wat weet je nu?

§5.7 Grammatica zinsdelen: bijwoordelijke bepaling (bwb)

Einde van de les

                         Uit Ta!ent