What is LessonUp
Search
Channels
AI tools
Beta
Log in
Register
‹
Return to search
Op Reis naar Griekenland E5
Op Reis naar Griekenland
E5 niveau
1 / 18
next
Slide 1:
Slide
Begrijpend lezen
Basisschool
Groep 5
This lesson contains
18 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
45 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Op Reis naar Griekenland
E5 niveau
Slide 1 - Slide
Wat doet Karel op de boot?
Slide 2 - Slide
Wat doet Karel op de boot?
A
Hij eet een ijsje
B
Hij ontmoet een zeehond die jongleert met schelpen
C
Hij slaapt
D
Hij zwemt in de zee
Slide 3 - Quiz
Waarom vindt Karel het vliegtuig spannend?
Slide 4 - Slide
Waarom vindt Karel het vliegtuig spannend?
A
Omdat het vliegtuig oud is
B
Omdat hij nog nooit gevlogen heeft
C
Omdat het vliegtuig schommelt in de lucht
D
Omdat hij alleen moet vliegen
Slide 5 - Quiz
Wat doet Karel samen met zijn oma?
Slide 6 - Slide
Wat kreeg iedereen bij de ingang?
A
Hij gaat vissen
B
Hij maakt een vlieger
C
Hij wandelt door het dorp
D
Hij bakt koekjes en kookt Grieks eten
Slide 7 - Quiz
Wat zegt de piloot tegen Karel in het vliegtuig?
Slide 8 - Slide
Wat kon je doen in het speellokaal?
A
“Maak je geen zorgen, we zijn er zo!”
B
“Je moet nu slapen.”
C
“We gaan terug naar huis.”
D
“Pas op, we vallen!”
Slide 9 - Quiz
Wat doet Karel ’s avonds op het eiland?
Slide 10 - Slide
Wat doet Karel ’s avonds op het eiland?
A
Hij kijkt tv met opa en oma
B
Hij speelt verstoppertje
C
Hij kijkt naar de sterren en luistert naar de krekels
D
Hij schrijft een brief naar huis
Slide 11 - Quiz
Naar wie verwijst het woord “ze” in de zin: “Ze kijken naar de sterren en luisteren naar de krekels”?
Slide 12 - Open question
Naar wie verwijst het woord “hij” in de zin: “Hij ontmoet een zeehond die kan jongleren met schelpen”
Slide 13 - Open question
Wat is volgens jou de belangrijkste boodschap of het belangrijkste onderwerp van deze tekst?
zelf nadenken!
Slide 14 - Slide
Waarom klapte iedereen voor Mila?
A
Karel vindt het eng om met de trein en het vliegtuig te reizen.
B
Karel beleeft een avontuurlijke en gezellige vakantie bij zijn opa en oma in Griekenland.
C
Karel leert hoe je koekjes bakt en druiven plukt.
D
Karel wil graag verhuizen naar Griekenland.
Slide 15 - Quiz
Welke dieren ontmoet Karel tijdens zijn reis, en waar ontmoet hij ze?
Slide 16 - Open question
Naar wie verwijst “ze” in deze zin: “Ze lachte en knikte” (laatste alinea)?
Slide 17 - Slide
Hoe weet je dat Karel een fijne vakantie heeft gehad? Noem twee dingen uit de tekst die dat laten zien.
Slide 18 - Open question
More lessons like this
Het Grote Zomerfeest E5
11 days ago
- Lesson with
21 slides
Begrijpend lezen
Basisschool
Groep 5
Révisions examen chapitre 1
November 2022
- Lesson with
36 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 2,3
Readification
February 2024
- Lesson with
27 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
Zomerquiz 2324 1e les
August 2023
- Lesson with
34 slides
schrijfopdracht dagboek
March 2025
- Lesson with
16 slides
Taal
Basisschool
Groep 6
Test: VERWIJSWOORDEN en SIGNAALWOORDEN
October 2023
- Lesson with
13 slides
Nederlands
Lager onderwijs
§4.1 In Athene wordt de democratie ingevoerd
October 2020
- Lesson with
16 slides
Geschiedenis
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Nieuwsquiz 2023
October 2023
- Lesson with
17 slides
Aardrijkskunde
Middelbare school
havo
Leerjaar 5