Herhaling H6 - les 2

Herhaling H6
Lesplanning
  1. Herhaling §6.4  & schakelingen tekenen
  2. Voorbereiden toets
  3. Afsluiting
Volgende week maandag CP
1 / 14
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Herhaling H6
Lesplanning
  1. Herhaling §6.4  & schakelingen tekenen
  2. Voorbereiden toets
  3. Afsluiting
Volgende week maandag CP

Slide 1 - Slide

Maandag 31 mei & woensdag 2 juni

De meterkast
- lekstroom
- overbelasting
- kortsluiting
Zekeringen
De zekering schakelt de stroom uit wanneer deze te hoog wordt door overbelasting of kortsluiting.
kWh-meter
De energiemeter of kWh-meter meet het energieverbruik.
Groep
Een aantal stopcontacten en lichtpunten zit samen op één groep. Vanuit de meterkast loopt een aparte leiding voor elke groep.
Aardlekschakelaar
De aardlekschakelaar schakelt de stroom uit bij lekstroom.
Hoofdkabel

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Kortsluiting of overbelasting?
A
Kortsluiting
B
Overbelasting

Slide 3 - Quiz

This item has no instructions

Als meerdere apparaten op één stopcontact aangesloten worden, dan wordt de stroomsterkte door elk apparaat kleiner.
A
waar
B
niet waar

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

Er is een zekering doorgeslagen, wat is een mogelijke oorzaak?
A
overbelasting
B
De buurman zit aan de aardleiding
C
kapotte lamp
D
de nul draad is kapot

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

Bij kortsluiting wordt de stroom afgesloten door:
A
door de energie maatschappij
B
zekering
C
aardlekschakelaar
D
aarderail

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

De maximale stroomsterkte in een groep van een huisinstallatie is:
A
10 A
B
16 A
C
25 A
D
36 A

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

Door een verdeling in groepen kun je meer elektrische apparaten aansluiten.
A
waar
B
niet waar

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions




Schakelingen tekenen


Teken een schakeling met:
  • twee batterijen van 1,5V in serie geschakeld;
  • twee lampjes (3,0 V) die branden op een spanning van 3,0 V;
  • een ampèremeter die de stroom door één van de lampjes meet;
  • een voltmeter die de spanning over één van de lampjes meet;
  • een schakelaar waarmee je beide lampjes tegelijkertijd aan en uit kan zetten.

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Je zet de schakelaar een minuut of 10 in de gesloten stand. Leg uit dat de batterij dan leeg loopt.

Slide 10 - Open question

This item has no instructions

Drie verschillende lampen worden parallel aangesloten op een wisselspanning van 230 volt.
Door lamp 1 gaat een stroomsterkte van 120 mA; door lamp 2 gaat een stroomsterkte van 230 mA. De spanningsbron levert een stroom van 0,550 A.
Hoe groot is de stroomsterkte door lamp 3?
A
120 mA
B
200 mA
C
350 mA
D
550 mA

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

Drie verschillende lampen worden parallel aangesloten op een wisselspanning van 230 volt.
Door lamp 1 gaat een stroomsterkte van 120 mA; door lamp 2 gaat een stroomsterkte van 230 mA. De spanningsbron levert een stroom van 0,550 A.
Lamp 2 gaat kapot. Hoe groot is de stroomsterkte die de bron dan levert?

Slide 12 - Open question

This item has no instructions

Aan de slag - groep op school
Voorbereiden toets:
  • Oefentoets in je (digitale) boek 
  • Samenvatten
  • Opgaven nogmaals maken

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Slide 14 - Video

This item has no instructions