Examentraining Rekenen, meten en schatten

Examentraining 6-5-25
Rekenen
Meten
Schatten
1 / 42
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 4

This lesson contains 42 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Examentraining 6-5-25
Rekenen
Meten
Schatten

Slide 1 - Slide

Vuistregels
* negen vuistregels (belangrijkste: aantal Nederlanders).
* je gebruikt ze als er geen aanvullende informatie is gegeven.

bijv. Er zijn 20.000.000 honden in Nederland. Hoeveel honden zijn dat per Nederlander?

Slide 2 - Slide

 Metriek stelsel
* uit je hoofd leren!!
* mee oefenen!!
* veel omrekenen in examen

Slide 3 - Slide

Eenheden van gewicht
* uit je hoofd leren
* mee oefenen
* veel omrekenen in examen

Slide 4 - Slide

Eenheden van tijd
* uit je hoofd leren
* mee oefenen
* veel omrekenen in examen

3,7 uur is 3 uur en 0,7 deel van een uur
0,7 x 60 minuten = 42 minuten
dus 3 uur en 42 minuten

Slide 5 - Slide

Eenheden van tijd

Slide 6 - Slide

Eenheden van tijd

Slide 7 - Slide

 Eenheden van snelheid
* uit je hoofd leren
* mee oefenen
* veel omrekenen in examen

of 

Slide 8 - Slide

Tijd en snelheid

TIJD = AFSTAND : SNELHEID

Mette loopt 12,2 km met een snelheid van 1,4 m/s. 

Hoe lang doet Mette hier over?


Slide 9 - Slide

Tijd en snelheid

TIJD = AFSTAND : SNELHEID

Let op! De eenheden zijn nog niet gelijk!

Mette loopt 12,2 km met een snelheid van 1,4 m/s. 

Hoe lang doet Mette hier over?

12,2 km = 12200 m 
(rekenen met eenheden komt VAAK voor, zorg dat je dat heel goed weet).


Slide 10 - Slide

Tijd en snelheid

TIJD = AFSTAND : SNELHEID



Mette loopt 12,2 km met een snelheid van 1,4 m/s. 

Hoeveel uur doet Mette over deze afstand? Rond af op één decimaal.

12200 m en 1,4 m/s
12200 : 1,4 = 8714,3... seconden
8714,3... (niet afronden!) : 3600 (aantal seconden per uur) = 2,4 uur


Slide 11 - Slide

Tijd en snelheid

AFSTAND = TIJD x SNELHEID

Martijn fietst met een snelheid van 19,8 km/u.
Hij is 1 uur en 4 minuten onderweg. 

Wat is de afstand?

Slide 12 - Slide

Tijd en snelheid

AFSTAND = TIJD x SNELHEID

LET OP! Je moet altijd goed kijken naar de eenheden. 
1 uur en 4 minuten is niet gelijk aan 1,4 uur.

Martijn fietst met een snelheid van 19,8 km/u.
Hij is 1 uur en 4 minuten onderweg. 

4 : 60 = 0,066... (niet afronden!)
+ 1 = 1,066.... uur 

Slide 13 - Slide

Tijd en snelheid

AFSTAND = TIJD x SNELHEID

LET OP! Je moet altijd goed kijken naar de eenheden. 
1 uur en 4 minuten is niet gelijk aan 1,4 uur.

Martijn fietst met een snelheid van 19,8 km/u.
Hij is 1 uur en 4 minuten onderweg. 

1,066.... uur x 19,8 = 21,12 km 

Slide 14 - Slide

Tijd en snelheid

SNELHEID = AFSTAND : TIJD

AANTAL METER PER één SEC

AANTAL KILOMETER PER één UUR
Jula fietst 2,4 km in 14 minuten.

Hoeveel m/s is dit?


Slide 15 - Slide

Tijd en snelheid

SNELHEID = AFSTAND : TIJD

AANTAL METER PER één SEC

AANTAL KILOMETER PER één UUR
Jula fietst 2,4 km in 14 minuten.

Meter en seconden zijn de eenheden waar je naartoe moet.

2400 m 
14 x 60 = 840 seconden

2400 in 840 seconden
2400 : 840 = 2,9 m/s


Slide 16 - Slide

Verhoudingen
verhoudingstabel
 
wat je onder doet doe je ook boven

de verhouding tussen iets bij water en limonade 1:7
-> omrekenen naar percentage

Slide 17 - Slide

Welke kattenbrokken zijn in verhouding het voordeligst?

Slide 18 - Open question

Welke databundel is naar verhouding het goedkoopste?

Slide 19 - Open question

Voorbeeldvraag

Slide 20 - Slide

Grote getallen

tien - honderd - duizend - miljoen - miljard- biljoen

Slide 21 - Slide

 Macht
- gebruik op de rekenmachine -> 
- gebruik in een formule -> machtsverband

Let op: waar staat de t?

Slide 22 - Slide

Wetenschappelijke notatie
7900000 = 7,9 x 106
0,0000000409 = 4,09 x 10-8

Let op: afgerond op een decimaal

Slide 23 - Slide

Wetenschappelijke notatie

Slide 24 - Slide

Welke gegevens krijg je?

timer
5:00

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Past bij dit hele hoofdstuk
Kijk goed welke gegevens je hebt gekregen. 


timer
8:00

Slide 27 - Slide

Past bij dit hele hoofdstuk
Belangrijk om te onthouden

Inhoud = oppervlakte x hoogte
Hier wil je een hoogte weten.

Hoogte = inhoud : oppervlakte
(denk aan: 6 = 2 x 3 dus 3 = 6 :2)


Slide 28 - Slide

Past bij dit hele hoofdstuk

Slide 29 - Slide

Afronden
  • mensen en dieren -> logisch nadenken
-> gewone afrondregels!!
  • geld -> twee decimalen
  • contant afronden op 0,05
  • hoeken op hele graden
  • procenten -> een decimaal

  • Soms staat erbij hoeveel decimalen je moet geven.

Slide 30 - Slide

Aantal vragen samen

Slide 31 - Slide

Algemene tips
Zie mail meneer Kroes
In dit hoofdstuk is het vooral belangrijk om te kijken naar:

- wat is precies de vraag?
- zijn de eenheden gelijk?
- heb je op de juiste manier afgerond?
- heb ik niet tussendoor afgerond?

Slide 32 - Slide

Vraagstructuur





Gegevens + instructiewoord + belangrijke info                 ARCEREN


Vraag: Bereken hoeveel euro de ether waard was. 2 decimalen.





______
______
______
______
timer
3:00

Slide 33 - Slide

Antwoordstructuur





Vraag: Bereken hoeveel euro de ether waard was. 2 decimalen.

Antwoord:         1104 : 1,2378 = 891,904...                     
                               Dus de ether is €891,90 waard        




______
______
______

Slide 34 - Slide

Snelheid berekenen
  • Bereken de afstand in meters
  • Bereken de tijd in secondes
  • Bereken de snelheid in m/s   =>   meters : secondes = ... m/s
  • Bereken de snelheid in km/u   =>   m/s x 3,6 = km/u

Johan schaats 45 km. Hij doet daar 1:35:46 uur over.
Bereken de snelheid in km/u.  Rond af op één decimaal.

Slide 35 - Slide

Snelheid berekenen


Johan schaats 45 km. Hij doet daar 1:35:46 uur over.
Bereken de snelheid in km/u.  Rond af op één decimaal.
timer
5:00

Slide 36 - Slide

Snelheid berekenen
Johan schaats 45 km. Hij doet daar 1:35:46 uur over.
Bereken de snelheid in km/u. Rond af op één decimaal.

45 km = 45 000 m 
3600 + 35 x 60 + 46 = 5746 sec
45 000 : 5746 = 7,831... m/s (nooit afronden!)
7,831.... x 3,6 = 28,2 km/u

Slide 37 - Slide

Mike fietst een afstand van 16 km in 19:18,3 minuten
Bereken de gemiddelde snelheid van Mike in km/u.

timer
5:00

Slide 38 - Slide

Mike fietst een afstand van 16 km in 19:18,3 minuten
Bereken de gemiddelde snelheid van Mike.  
  • Tijd in sec = 19   60 + 18,3 = 1140 + 18,3 = 1158,3 
  •  
                             
  • Snelheid=(16   3600) : 1158,3
       Snelheid=49,7 km/h 

afstand in km
16
?
tijd in sec.
1158,3
3600

Slide 39 - Slide

Bereken hoeveel kg zelfrijzend bakmeel ik nodig heb voor 240 cupcakes

Slide 40 - Slide

240 : 12 = 20 keer zoveel
150 x 20 = 3000 g zelfrijzend bakmeel.
= 3 kg

Slide 41 - Slide

Oefenen
- lucifers
- ogen
- vierdaagse
- giro d'italia
- parkeervergunningen
- gotthardtunnel

Slide 42 - Slide