H3 UNIT 2 Texas

PLANNING
Newsround                         10 min
Grammar                              15 min
Kahoot                                  10 min
Homework                           15 min
1 / 47
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 47 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

PLANNING
Newsround                         10 min
Grammar                              15 min
Kahoot                                  10 min
Homework                           15 min

Slide 1 - Slide

PLANNING
Wordweb                             5 min
Places to visit                     5 min
Texas groups                    20 min
JFK                                         10 min
Homework                          10 min

Slide 2 - Slide

GOAL
Aan het einde van de les hebben we wat meer geleerd over Texas en JFK

Samenwerken tijdens opdrachten doen we zachtjes. 

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Mind map

Slide 5 - Video

Texas
- What is the climate?
- What is this part of Texas known for?
- Are there famous landmarks / celbrities?
- What is the Texas culture like?

timer
10:00

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Homework U2/L1-2
Do: 
exc. 1 t/m 3 (page 54-55)
exc 1 t/m 6 (page 56-58)

Study:
Words + grammar (page 88-89)

Next lesson:
Past Simple vs Past Perfect

Slide 10 - Slide

GOAL
- After this lesson you can use, form and understand the past simple tense.
- After this lesson you can use, form and understand the past perfect tense.
- After this lesson you can use the two tenses in a sentence together.

Slide 11 - Slide

PLANNING
Newsround                         10 min
Grammar                              15 min
Kahoot                                  10 min
Homework                           15 min

Slide 12 - Slide

When do you use a past perfect?

Slide 13 - Open question

Grammar: Past simple
PAST SIMPLE

Slide 14 - Slide

Past Simple
What
Past simple
When
To say that something happened in the past.
How/Form
Add –ed OR an irregular form.
Signal words
Yesterday, last week, last month, two days ago, four days ago, months ago, a second ago, etc.
Examples
He walked her home last night.
I talked to him on the phone yesterday.
She tried to close her book but a fly got caught in between the pages.

Slide 15 - Slide

Past Perfect
Had + 3rd form (irregular verbs) /verb + ed (regular verbs)
Earlier action in the past:
I had cleaned the table before he came in.
Before he came in, I had cleaned the table.
He came in after I had cleaned the table.

  • Earlier action/First action in the past = past perfect
  • Later action/Second action in the past = past simple

               past perfect                       past simple                                                          
______________X___________________X_______________________________now

Slide 16 - Slide

Past perfect
Form: had + past participle (3e rijtje): had eaten, had left


Use: 2 moments in the past: Simple Past and Past Perfect
The first action gets the past perfect. The second action gets the past simple.





Slide 17 - Slide

past simple & past perfect

Slide 18 - Slide

Time for a quiz!

Slide 19 - Slide

De Past Perfect
gebeurde eerst,
daarna de Past simple
A
waar
B
niet waar

Slide 20 - Quiz

Past Simple <> Past Perfect
Before we ____ (to go) to the party, we _____ (to go) to the cinema.
A
went / went
B
had gone / had gone
C
went / had gone
D
had gone / went

Slide 21 - Quiz

Past simple / past perfect:
__________ (to phone) Angie before he __________ ( to go) to London?
A
Did he phone - went
B
Did he phoned - gone
C
Did he phone - had gone
D
Had he phoned - went

Slide 22 - Quiz

Past simple / past perfect:
The storm _______ (to destroy) the sandcastle that we _______ (to build).
A
destroys - build
B
had destroyed - built
C
destroyed - had build
D
destroyed - had built

Slide 23 - Quiz

Past Simple <> Past Perfect
After Richard _____ (to study) biology, he _____ (to study) maths.
A
studied / studied
B
had studied / had studied
C
studied / had studied
D
had studied / studied

Slide 24 - Quiz

Past simple / past perfect:
The waiter __________ (to bring) the drink that I _______ (to order).
A
bring - order
B
had brought - ordered
C
brought - had ordered
D
brings - was ordering

Slide 25 - Quiz

Past Simple <> Past Perfect
Before Clark _____ (to call) the police, Sue _____ (to call) the fire department.
A
called / called
B
had called / had called
C
called / had called
D
had called / called

Slide 26 - Quiz

Slide 27 - Slide

Homework U2/L1-2
Unit 2 - lesson 2 (page 59-60
Exc. 7 t/m 11
Extra: 12+13

Oefenen kwizl Past simple/past particle

Next lesson:
Speaking + toetsbespreking

Slide 28 - Slide

GOAL
- Understand your mistakes in the test
- Work and learn the expressions from this chapter

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide

Homework U2/L3
Unit 2 - lesson 3 (page 59-60
Exc. 2-3-5-6-8-9
Extra: 10-11

Oefenen kwizl
Past simple/past particle

Next lesson:
The passive

Slide 31 - Slide

GOAL
You will understand what to do for next week's test and where you can practice.

Slide 32 - Slide

Tips: LISTENING/WATCHING
Lees de tips over hoe jij beter luisteropdrachten kan maken tijdens de kijk- en luistertoets.

Maak daarna luisteropdrachten (via de link).

Slide 33 - Slide

Tip 1:Oriënteren / voorspellen
Vóór je gaat luisteren en kijken kun je je oriënteren op het onderwerp door al na te denken over wat voor soort fragment het is.
Bijvoorbeeld: een gesprek, een interview, een (nieuws)bericht, een verhaal of reclame.
Als je de vragen en de antwoorden bekijkt, zie je waarover het gaat. Vraag jezelf af wat je al van het onderwerp weet. Vaak krijg je bij een kijktoets een inleiding die je op weg helpt.

Slide 34 - Slide

Tip 2:De hoofdlijnen begrijpen

Probeer niet elk woord uit de tekst te begrijpen, maar let op de hoofdlijnen.

Gebruik de context en je gezonde verstand om het juiste antwoord te vinden.

Slide 35 - Slide

Tip 3: Eerst de vraag lezen


Lees eerst de vraag voor je gaat luisteren.
Je weet dan waar je op moet letten tijdens het luisteren.

Slide 36 - Slide

Tip 4: Kijk welke soorten vragen jij hebt
Elke soort vraag pak je op zijn eigen manier aan.
True / false vragen: vaak zit de keuze tussen waar of niet waar in één woord. Het goed lezen van de zin is dus extra belangrijk.
Open vragen geven je geen keuzeantwoorden, maar je moet zelf een antwoord bedenken. Kijk dan heel goed naar wat er gevraagd wordt en schrijf niet te veel of te weinig op.
Multiplechoicevragen geven je de keuze uit drie of meer antwoorden. Kijk goed naar de verschillen tussen de antwoorden. Soms valt één antwoord al af omdat je weet dat dat niet kan kloppen.

Slide 37 - Slide

Tip 5: Onbekende woorden 
Als je een woord niet kent kun je het fragment vaak toch begrijpen omdat je de betekenis van het woord kunt raden. 
Uit de context, dat is de rest van de zin en de andere zinnen eromheen, kun je vaak al opmaken wat een woord kan betekenen.
• Let op voorbeelden. Die beginnen vaak met: for example, such as, think of, especially.
• Lijkt het woord op een Nederlands woord? Competition lijkt bijvoorbeeld erg op competitie.

Slide 38 - Slide

Tip 6: Blijven luisteren

Als je in het begin van het fragment een woord hoort dat ook in een van de antwoordopties staat, denk je soms dat je het antwoord al weet. Maar....

Blijf dan toch tot het eind geconcentreerd luisteren! Soms is zo’n woord een afleider en hoor je het juiste antwoord pas op het eind.

Slide 39 - Slide

Samengevat:
Loop deze stappen door tijdens luisteropdrachten:
1. Lees voordat je gaat luisteren de vraag en de antwoordmogelijkheden door. 
2. Bedenk welk antwoord je het meest en welk antwoord je het minst logisch vindt.
3. Luister (aandachtig!) dan naar het fragment.
4. In de pauze na het fragment vul je direct een antwoord in en begin je opnieuw met stap 1.

Slide 40 - Slide

Meer oefenen? 
Easy=Makkelijk,gemiddeld (Elementary A2 listening): klik hier

Challenging=Uitdagend (Intermediate B1 listening): klik hier

Slide 41 - Slide

Homework U2/L3
Practice listening:
Studiewijzer in Magister

Next lesson:
Listening test

Slide 42 - Slide

UNIT  1 - Lesson 1
Exc. 1 t/m 4 (page 54-55)

Done? Lesson 2
Exc. 2 t/m 5 (page 56-57)

Slide 43 - Slide

UNIT 2 - Lesson 2
Reading 10 min.
Newsround 10 min.
Timeline 10 min.
Homework 20 min.


Slide 44 - Slide

Past Perfect

had + past particle (= voltooid deelwoord)
(3e rijtje onregelmatige ww. page 283)

Geeft aan dat iets vóór een bepaald moment / gebeurtenis in het verleden heeft plaats gevonden.
Deze gebruik je dan ook vaak i.c.m. past simple

Slide 45 - Slide

Slide 46 - Slide

Take out your chromebook and open Kwizl:

H3: All Right 2021 - Listening - Unit 1-2

Done? Readtheory/exc. Magister 

Slide 47 - Slide