2HV leerdoelcheck par. 2.3

Morene
Gletsjerpoort
Glaciaal
 Verwering
1 / 26
next
Slide 1: Drag question
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Morene
Gletsjerpoort
Glaciaal
 Verwering

Slide 1 - Drag question

V-dal
U-dal
Hydro-elektriciteit
Bovenloop

Slide 2 - Drag question

Stroomgebied van de Rijn!

Slide 3 - Slide

waar erosie? en waar sedimentatie?

Slide 4 - Slide

De Bovenrijnse Laagvlakte
  • Natuurlijke bochten in de een rivier = meanders. 

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

De Bovenrijnse Laagvlakte
  • Natuurlijke bochten in de een rivier = meanders. 
  • In de buitenbocht stroomt het water sneller dan in de binnenbocht. . 

Slide 7 - Slide

De Bovenrijnse Laagvlakte
  • Natuurlijke bochten in de een rivier = meanders. 
  • In de buitenbocht stroomt het water sneller dan in de binnenbocht. 
  • In de buitenbocht wordt materiaal meegenomen, in de binnenbocht wordt het neergelegd. 

Slide 8 - Slide

De Bovenrijnse Laagvlakte
  • Natuurlijke bochten in de een rivier = meanders. 
  • In de buitenbocht stroomt het water sneller dan in de binnenbocht. 
  • In de buitenbocht wordt materiaal meegenomen, in de binnenbocht wordt het neergelegd. 
  • hoefijzermeren. 

Slide 9 - Slide

stroomgebied van de Rijn en de Maas

Slide 10 - Slide

stroomgebied van de Rijn en de Maas
gebied dat afwatert op de rivier.

 (al het water dat daar valt komt uiteindelijk via zij stromen in de grote rivier terecht)

Slide 11 - Slide

Hier stroomt het water het snelst
A
Middenloop
B
Benedenloop
C
Bovenloop
D
Achterloop

Slide 12 - Quiz

Het slingeren van een rivier heet
A
Meanderen
B
Rivierslinger
C
Erosie
D
Sedimentatie

Slide 13 - Quiz

Waar vindt erosie plaats en waar sedimentatie?
A
Erosie in de bovenloop, sedimentatie in de benedenloop
B
Sedimentatie in de bovenloop, erosie in de benedenloop
C
Sedimentatie in de benedenloop, erosie in de middenloop en sedimentatie in de bovenloop
D
Erosie in de benedenloop, erosie in de middenloop en sedimentatie in de bovenloop

Slide 14 - Quiz

De bovenloop van de Rijn ligt onder andere in...............  en in ...................
De middenloop van de Rijn ligt in ......................... daar gaat de Rijn al ......................
De benedenloop van de Rijn ligt in het ...................... van 
..................... Daar gaat de Rijn zich .....................    en mondt uit als ..................
Antwoorden: 
vertakken
Zwitserland 
Nederland
Duitsland 
laagland 
meanderen
de Alpen
Delta

Slide 15 - Drag question

Slide 16 - Slide

in de binnenbocht van de rivier vindt met name......1...... plaats en in de buitenbocht met name......2........
A
1 erosie 2 sedimentatie
B
2 erosie 1 sedimentatie

Slide 17 - Quiz

Slide 18 - Video

Slide 19 - Slide

Hoe heet zo'n meertje dat is gevormd door de afsnijding van een meander van een rivier.

Slide 20 - Open question

Nu de vragen maken van 2.3

Slide 21 - Slide

Bij de monding van een rivier is het verhang heel klein.
A
goed
B
fout

Slide 22 - Quiz

Leg uit waarom door "verstening" het stroomgebied 3 keer zo groot is geworden

Slide 23 - Open question

Het debiet is de hoeveelheid water die op een bepaald punt door de rivier stroomt. Het debiet wordt uitgedrukt in m3 per seconde.
A
goed
B
fout

Slide 24 - Quiz

Welk woord hoort bij deze grafiek?

Slide 25 - Slide

welk woord hoort bij de grafiek?

Slide 26 - Open question