Link B1 Thema 9 Taak 4

1 / 27
suivant
Slide 1: Diapositive
NT2Beroepsopleiding

Cette leçon contient 27 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Thema 9 Taak 4
Wat is jouw ideale vakantie?
Bespreek in tweetallen.


Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lesdoelen
  1. Lezen, spreken en schrijven over vakantiedagen.
  2. Het passief gebruiken in imperfectum en perfectum
Programma
Terugblik: Grammatica
Lezen
Schrijven
Spreken

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Het Passief: 2 vormen:
  1. Tegenwoordige tijd: worden + voltooid deelwoord
    Mijn moeder bakt de taart. - De taart wordt gebakken door mijn moeder. 
  2. Verleden tijd/Imperfectum: werden + voltooid deelwoord
    Mijn moeder bakte de taart. - De taart werd gebakken door mijn moeder.

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Een vorm erbij:
  1. Tegenwoordige tijd: worden + voltooid deelwoord
    Mijn moeder bakt de taart. - De taart wordt gebakken door mijn moeder. 
  2. Verleden tijd: werden + voltooid deelwoord
    Mijn moeder bakte de taart. - De taart werd gebakken door mijn moeder.
  3. Voltooide tijd: zijn + voltooid deelwoord
    Mijn moeder heeft de taart gebakken. - De taart is gebakken door mijn moeder.

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Tegenwoordige tijd
Actief: Men rookt hier niet.
Passief: Hier wordt niet gerookt.

Actief: De cursisten werken hard.
Passief: Er wordt hard gewerkt (door de cursisten)

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Verleden tijd
Actief: De glazenwasser zeemde elke maand de ramen.
Passief: De ramen werden elke maand gezeemd.

Actief: De monteur repareert morgen mijn auto.
Passief: Mijn auto wordt morgen gerepareerd.

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Voltooide tijd
Actief: De nieuwslezer heeft het nieuwsbericht gelezen.
Passief: Het nieuwsbericht wordt gelezen.

Actief: De baas heeft de werknemer ontslagen.
Passief: De werknemer is ontslagen

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Iemand heeft alle chocola opgegeten.

Slide 10 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Kim leest mijn reactie.

Slide 11 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Mijn vriend verraste mij gisteren met een etentje.

Slide 12 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Het passief met ER
De man bezorgt de krant

De krant wordt bezorgd (door de man).

De studenten lachen veel.                                 Geen subject?

Er wordt veel gelachen (door de studenten).

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

De cursisten kletsen.
A
De cursisten worden gekletst.
B
De cursisten zijn gekletst.
C
De cursisten werden gekletst.
D
Er wordt gekletst (door de cursisten).

Slide 14 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

De kinderen speelden buiten.
A
De kinderen worden buiten gespeeld.
B
De kinderen zijn buiten gespeeld.
C
Er wordt buiten gespeeld (door de kinderen).
D
Er werd buiten gespeeld (door de kinderen).

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hij heeft gevoetbald.
A
Hij is gevoetbald.
B
Hij wordt gevoetbald.
C
Er wordt gevoetbald (door hem).
D
Er is gevoetbald (door hem).

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Maak een passieve zin bij de vorige foto

Slide 18 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Maak een passieve zin bij de vorige foto

Slide 20 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Maak een passieve zin bij de vorige foto

Slide 22 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Vragen?

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Taak 4: Dan ben ik op vakantie.
Luister naar de tekst en lees mee in je boek. 

Welke woorden ken je (nog) niet? Onderstreep deze in je boek.

Slide 24 - Diapositive

Onbekende woorden worden op het bord geschreven. Vervolgens deze woorden bespreken met de klas.
Opdrachten maken in je boek:

Zelfstandig of Samen maken in je BOEK!
Opdr. 2 
Opdr. 3
Opdr. 4
Opdr. 5
Opdr. 6  
Met de docent: 
Opdr. 7

Klaar? Maak grammatica 8.3 Verwijzen naar een ding: er.



timer
20:00

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Terugkijken 
Lesdoelen:
Lezen, spreken en schrijven over vakantiedagen.
Het passief gebruiken in imperfectum en perfectum

Schrijf een vraag op de post-it om dinsdag te bespreken. 




Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Huiswerk (HW)
Huiswerk vrijdag KNM
- Laatste les. Heb je een vraag, dan kan je die nog stellen.
- Oefentoets KNM





Huiswerk DINSDAG (5 mei = feestdag)
Thema 10 Taak 1 - 1 t/m 6
Test Jezelf Thema 9

Slide 27 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions