Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 50 min
Éléments de cette leçon
les 6
Slide 1 - Diapositive
Lesplan
1. Check in
2. Herhaling vorige les: Lidwoorden en voorzetsels
3. Dictee
4. Alsjeblieft en Dankjewel
5. Spreekoefening lichaam
6. Leestekst A1
7. Afsluiting: Wat wil je volgende les leren?
Slide 2 - Diapositive
Hoe gaat het met je?
Check in
Slide 3 - Diapositive
De, het, een
voorzetsels
Slide 4 - Diapositive
wordwall.net
Slide 5 - Lien
Alsjeblieft en Dankjewel
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Diapositive
spreekoefening Het lichaam
Slide 8 - Diapositive
nt2taalmenu.nl
Slide 9 - Lien
Wat zijn lidwoorden?
Slide 10 - Diapositive
Schrijf het meervoud en het verkleinwoord van elk woord op. Let goed op welk lidwoord je moet gebruiken! Voorbeeld: de stoel → de stoelen, het stoeltje
Woorden: de plant - het huis - de boom - het boek - de tafel - het raam - de kat - het kind - de auto - het brood
Slide 11 - Question ouverte
Schrijf de woorden met de juiste lidwoorden: stoel - stoeltje - boeken - boekje - ramen - huisje - fiets - fietsen - kopje - bomen