WISK X HOOFDSTUK 6 Meten 1 - Les 6.4 Voorzetsels en aanzichten

WISK - X
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
NT2Secundair onderwijs

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

WISK - X

Slide 1 - Diapositive

Hoofdstuk 1
HOOFDSTUK 6 
Meten
LES 6.4
Voorzetsels en aanzichten 

Slide 2 - Diapositive

Uitleg tekens in je boek
  • Nieuwe woorden.  
  • Oefening met de klas.
  •  Nazeggen.
  •  Leren. 
  • Invuloefening/trek een lijn
  • Kleuren. 
  • Oefening met een vraag. 
  • Oefening met zoeken. 
  • Oefening waarbij met een liniaal getekend wordt.
  •  Oefening waarbij de rekenmachine gebruikt wordt. 
  • Spel. 

Slide 3 - Diapositive

Deze les gaat over voorzetsels en aanzichten.
Met en voorzetsel geef je een plaats aan. Voorzetsels worden bij wiskunde veel gebruikt. Hieronder zie de voorzetsels die veel worden gebruikt.

Slide 4 - Diapositive

Nieuwe woorden Schrijf de woorden in jouw taal.
op/boven/onder/tegenover/voor/achter/naast/tussen

Slide 5 - Question ouverte

Nazeggen
De docent spreekt de nieuwe woorden uit. Zeg na. 
  • op
  • boven
  • onder
  • tegenover
  • voor
  • achter
  • naast
  • tussen

Slide 6 - Diapositive

Vul in. Schrijf je antwoord in letters.
Welk getal staat voor 4?

Slide 7 - Question ouverte

Vul in. Schrijf je antwoord in letters.
Welk getal staat achter 7?

Slide 8 - Question ouverte

Vul in. Schrijf je antwoord in letters.
Welk getal staat tussen 4 en 6?

Slide 9 - Question ouverte

Vul in. Schrijf je antwoord in letters.
Welk getal staat voor 19?

Slide 10 - Question ouverte

Vul in. Schrijf je antwoord in letters.
Welk getal staat voor 1?

Slide 11 - Question ouverte

Vul in. Schrijf je antwoord in letters.
Welk getal staat tussen 78 en 80?

Slide 12 - Question ouverte

Een aanzicht is een tekening van 1 kant van een voorwerp.
In dit voorbeeld zie je drie aanzichten van deze balk.

Slide 13 - Diapositive

Nieuwe woorden. Schrijf de woorden in jouw taal.
het aanzicht/het voor aanzicht/ het zij aanzicht/ het bovenaanzicht/links/rechts

Slide 14 - Question ouverte

Nazeggen
De docent spreekt de nieuwe woorden uit. Zeg na. 

  • het aanzicht
  • het voor aanzicht
  • het zij aanzicht
  • het bovenaanzicht
  • links
  • rechts

Slide 15 - Diapositive

Samen met de klas
  • Teken met de klas op het bord een bovenaanzicht van het lokaal.
  • Teken op het aanzicht ook de tafels
  • Aan welke tafel op het aanzicht zit jij?

Slide 16 - Diapositive

Teken de aanzichten van de cilinder
Deze opdracht staat in je boek op blz. 213

Slide 17 - Diapositive

Bij welk ruimtefiguur hoor de aanzichten?

A
balk
B
piramide
C
bol
D
kegel

Slide 18 - Quiz

Bij welk ruimtefiguur hoor de aanzichten?

A
balk
B
piramide
C
bol
D
kegel

Slide 19 - Quiz

Bij welk ruimtefiguur hoor de aanzichten?

A
balk
B
piramide
C
bol
D
kegel

Slide 20 - Quiz

Bij welk ruimtefiguur hoor de aanzichten?


A
balk
B
piramide
C
bol
D
kegel

Slide 21 - Quiz

Extr

Slide 22 - Diapositive

Taak 6.4 Voorzetsels en aanzichten
  • Maak de taken van Blz. 215 tot en met blz. 217
  • Doe dit in stilte (stoplicht)

  • Heb je de taken niet af dan is het huiswerk
  • Als je de taken af hebt laat je dit aftekenen/zien.

Slide 23 - Diapositive

Uitleg tekens in je boek
  • Nieuwe woorden.  
  • Oefening met de klas.
  •  Nazeggen.
  •  Leren. 
  • Invuloefening/trek een lijn
  • Kleuren. 
  • Oefening met een vraag. 
  • Oefening met zoeken. 
  • Oefening waarbij met een liniaal getekend wordt.
  •  Oefening waarbij de rekenmachine gebruikt wordt. 
  • Spel. 

Slide 24 - Diapositive