kledingstukken en schoenen geleerd, zinnen gemaakt met kleuren; een rode trui, hij draagt een witte broek
Grammatica (er/hier/daar): ('Daar' is met dat, 'hier' is met dit) oefening 33 besproken
Daar is 'ver'. Hier is 'dichtbij'
maak een zin met hier, daar, er
Er zijn appels op de markt. Er zijn schoenen in de schoenenwinkel.
taalhulp blz 122 en 123 geluistered: kleren en schoenen passen en geoefend met de dialoog
oefening 32 en 37 in de klas gedaan