13.4 Kou en hitte (Doorstromers)

Welkom
Les in groepen:
Kies je biologie in havo 4: Ga Links/Midden zitten

Kies je geen biologie in havo 4: Ga rechts zitten



1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Welkom
Les in groepen:
Kies je biologie in havo 4: Ga Links/Midden zitten

Kies je geen biologie in havo 4: Ga rechts zitten



Slide 1 - Diapositive

Wat ga je doen:
  • Kies je biologie in havo 4: We gaan samen 13.4 doornemen en daarna opdracht maken

  • Kies je geen biologie in havo 4: Maak de oefentoets die staat in de Lesson Up 'oefenen voor toets H13' en daarna leren (zelfstandig)


Slide 2 - Diapositive

13.4 Kou en hitte
Je weet hoe dieren en planten zijn aangepast aan koude of warme omstandigheden.

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Vidéo

Aanpassingen om warm te blijven
Warm blijven kost heel veel energie, 
dus dieren passen zich in de winter aan waardoor dit energieverbruik omlaag gaat.


Dieren kunnen in een winterrust of winterslaap gaan.
Een eekhoorn neemt een winterrust. 
Die wordt af en toe wakker om wat te eten.
Een egel neemt een winterslaap. 
Zijn lichaamstemperatuur zakt gedurende de hele winter.

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Koudbloedige dieren en kou
- Koudbloedige dieren zijn in de winter niet actief. 

- Ze houden allemaal een winterslaap.

- In de zomer zie je reptielen vaak 's ochtends opwarmen in de zon. Hoe warmer het wordt, hoe actiever ze worden.

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Vidéo

Vorm - functie denken
- Hoe groter een dier, hoe groter zijn inhoud is ten opzichte van zijn oppervlak

- Olifanten verliezen relatief gezien dus veel minder warmte dan een muis


Slide 9 - Diapositive

Vorm - functie denken
- Om warmte vast te houden is het handig om je extremiteiten (oren, neus) klein te hebben

- Om warmte te verliezen is het handig om je extremiteiten groot te hebben

Slide 10 - Diapositive

Hoe overleven planten droogte?
Planten verliezen water door verdamping via:

1) Huidmondjes aan de onderkant van bladen

2) Via het oppervlak

Slide 11 - Diapositive

Aanpassingen droogte & kou

Slide 12 - Diapositive

Huiswerk
1. 13.4 opdrachten 3 t/m 14 + 17 t/m 21
2. Maken van deze Lesson-Up 13.4

Slide 13 - Diapositive

Kleine dieren zoals koolmezen of muizen zijn constant op zoek naar mogelijkheden om te eten. Grote dieren zoals olifanten of mensen doen dit slechts maar een bepaalde tijd.

Leg uit hoe dat komt. (I-vraag)

Slide 14 - Question ouverte

Leg uit of de ijsbeer of de pandabeer relatief gezien grotere oren heeft

Slide 15 - Question ouverte

Wat is het verschil tussen warmbloedige en koudbloedige dieren?

Slide 16 - Question ouverte

Bekijk de afbeelding. Wat zal er uiteindelijk in het onderste plaatje gebeuren met de schildpadden als ze zo blijven staan?

Slide 17 - Question ouverte

Welke aanpassingen hebben warmbloedige dieren om warm te blijven in een koude omgeving?

Slide 18 - Question ouverte

Herhaling. Geef de formule van fotosynthese

Slide 19 - Question ouverte

Kijkend naar het antwoord van de vorige vraag, wat zal de beperkende factor voor fotosynthese zijn bij woestijnplanten?

Slide 20 - Question ouverte

Vorm-functie denken.
Hiernaast zie je cactussen. Welke twee aanpassingen hebben deze om verdamping tegen te gaan?

Slide 21 - Question ouverte