Laat de leerlingen stemmen:
EENS of ONEENS
Er is geen goed of fout antwoord — het gaat juist om het gesprek dat daaruit volgt.
🎤 Vraag:
Wie wil zijn of haar keuze toelichten?
Begeleidende vragen:
Wat bedoelen we eigenlijk met ‘gebruiken’?
– Is een schilderij ‘te gebruiken’? En een stoel wel?
Kun je een voorbeeld noemen van iets dat heel mooi is, maar niet handig of bruikbaar?
– Zou dat nog steeds design zijn?
Zijn er dingen die je nooit zelf gebruikt, maar die tóch belangrijk zijn?
– Denk aan verkeersborden, een rolstoel of machines op een bouwplaats.
Wat vind jij belangrijker in design: dat het mooi is of dat het goed werkt? Waarom?
Kun je voorbeelden geven van design dat allebei is: handig én mooi?
– Denk aan sneakers, een telefoon, een fiets.
Stel dat iets niet bruikbaar is, maar wel een sterk verhaal vertelt of mensen aan het denken zet (bijvoorbeeld kunst of een modeontwerp). Hoort dat volgens jou ook bij design?
Zonder device:
Laat leerlingen hun keuze opschrijven op papier, of laat ze fysiek positie kiezen in het lokaal:
→ Links = EENS,
→ Rechts = ONEENS