lesplan
TisTaal | lesplan week 10 | groep 7-8 | fase 5
Wil je met dit lesplan aan de slag? Klik op de knop hieronder om een eigen kopie te maken in 'Mijn Lessen'. Vervolgens kun je de lessen aanpassen naar jouw wensen.
Dit lesplan bevat:
- startbladen - herhaling lesstof lesweek 09
- spelling voor groep 7-8
- taal voor groep 7-8
- werkwoordspelling voor groep 7-8
De bijlages die nodig zijn voor de lessen zijn toegevoegd als PDF-bestand. Elke les bevat ook een reflectieblad, want doelgericht werken vraagt om doelen stellen en erop reflecteren. De les begint met de startbladen. Met deze werkbladen wordt de lesstof van week 09 herhaald. Je kan hiermee zien of de lesstof wordt beheerst. Een klein toetsmoment dus en een mooie herhaling om je les mee te starten.
Startbladen herhaling lesstof week 09
antwoorden startbladen lesweek 09
groep 7-8 spelling woorden met trema
Doel: ik weet wanneer ik een trema moet gebruiken. Ik kan deze woorden zonder fouten schrijven.
De leerlingen maken voor het eerst kennis met het gebruik van het trema. Wij maken woorden met klinkers en medeklinkers. Wanneer twee klinkers samen een nieuwe klank maken dan noemen we dat een dubbelklank. Maar wanneer twee klinkers naast elkaar staan die geen nieuwe klank maken dan noemen we dat klinkerbotsing. Wanneer twee klinkers in een woord botsen gebruiken we het trema zodat we het woord juist uitspreken. Groep 8 heeft nog een verlengde instructie en krijgt accenten aangeboden. Dit is de eerste keer dat ze deze accenten leren. De volgende accenten komen aan bod: accent aigu (é), accent grave (è) en accent circonflexe (ê).
Aanbod
De les start met uitleg over het trema met uitlegfilmpjes en uitlegslides. Bekijk klassikaal de uitlegkaart en woordkaart en ga dan aan de slag met de opdrachten. De leerlingen oefenen met het schrijven van woorden met een trema. Wanneer je op de laptop werkt, leg leerlingen uit hoe zij het trema op een letter kunnen plakken.
Daarna volgt wederom een stuk uitleg over woorden met een trema in het meervoud en dat het trema ook de klemtoon aangeeft in een woord. Dit wordt gedifferentieerd geoefend. Voor groep 7 is hierna de instructie klaar.
Groep 8 krijgt nog een verlengde instructie over accent aigu (é), accent grave (è) en accent circonflexe (ê).
Per accent wordt er uitleggegeven en is er een oefening om een woord met het accent te schrijven. Dit is soms op het toetsenbord even zoeken.
De les eindigt met reflectie op het doel (zie reflectieblad in de bijlage).
uitlegblad
woordkaart
Ideetje voor in de klas
Paintball
Deel gekleurde blaadjes uit aan de leerlingen. Ze schrijven op elk briefje één aangeleerd woord, maar zonder trema.
Als ze klaar zijn dan maken ze een prop van het briefje en gooien de briefjes door de klas. Nu gaan ze zo snel mogelijk propjes rapen, openmaken en het woord opschrijven in hun schrift, maar nu wél met trema op de juiste plaats. De propjes mogen niet meegenomen worden naar hun plaats. Dus: openmaken – lezen – propje maken – naar je plaats om te schrijven.
Maak zelf voor groep 8 met een andere kleur briefjes met woorden met een accent. Natuurlijk laat je het accent weg. Geef de instructie dat die kleur alleen voor de leerlingen van groep 8 zijn.
Wie verzamelt de meeste woorden en heeft ze ook goed geschreven?
werkbladen GROEP 7 en 8
antwoorden werkbladen
reflectieblad
groep 7-8 taal persoonlijke voornaamwoorden
Doel: ik kan de juiste vorm van het persoonlijk voornaamwoord gebruiken.
Deze les wordt gedifferentieerd aangeboden. De leerlingen hebben al eerder kennisgemaakt met het persoonlijk voornaamwoord. Dit is dus deels herhaling. Groep 8 heeft nog een verlengde instructie en leert ook de persoonlijke voornaamwoorden hen en hun.
De les start met uitleg over het persoonlijk voornaamwoord. Na de uitleg krijgen de leerlingen een opdracht voor in tweetallen. Ze gaan samen een verhaal schrijven over de Nederlandse school met behulp van het Rad van Fortuin. Laat ze het verhaal inleveren en/of presenteren aan de klas.
Er wordt een spel gespeeld op Wordwall en er volgen daarna nog enkele opdrachten waarbij de leerlingen de persoonlijke voornaamwoorden aangeven. De opdrachten worden gedifferentieerd aangeboden.
Groep 8 heeft nog een verlengde instructie over het gebruik van hen en hun. Dit wordt uitgelegd en daarna ook geoefend.
De les eindigt met reflectie op het doel (zie reflectieblad in de bijlage).
uitlegblad
Ideetjes voor in de klas
Persoonlijke voornaamwoorden estafette
De leerkracht noemt een persoonlijk voornaamwoord. Met de beurtstokjes kies je een leerling. Hij/zij maakt een zin met dat persoonlijk voornaamwoord. Daarna noemt hij/zij een nieuw persoonlijk voornaamwoord. De beurtstokjes bepalen de leerlingen die een zin moet maken met het gegeven persoonlijk voornaamwoord.
Zoek het persoonlijk voornaamwoord
Hang briefjes in de klas met persoonlijke voornaamwoorden.
Lees een zin voor. De leerlingen gaan naar het juiste persoonlijke voornaamwoord.
Na een paar zinnen lees je een zin voor en zeg je BIEP op de plek van het persoonlijk voornaamwoord. De leerlingen moeten nu zelf bedenken welk persoonlijk voornaamwoord op de plaats van BIEP past en gaan bij dat briefje staan.
Zorg dat je van tevoren de zinnen en briefjes voorbereidt.
werkbladen GROEP 7 en 8
antwoorden werkbladen
reflectieblad
Groep 7-8 werkwoordspelling taxi kofschip verleden tijd
Doel: ik kan de verleden tijd van klankvaste werkwoorden schrijven met behulp van TaXi KoFSCHiP.
Deze les wordt in groep 7 en groep 8 aangeboden. Voor beide groepen is het herhaling. De verleden tijd is in groep 6 voor de eerste keer aangeboden. Gezamenlijke instructie en gedifferentieerd oefenen met werkbladen. Herhaal dat de spellingsregels voor de werkwoorden niet hetzelfde zijn als de spellingsregels van gewone woorden. Werkwoorden goed spellen doe je volgens een stappenplan. Het stappenplan is de leidraad voor alle werkwoordspellingslessen. Hang het op een zichtbare plaats in de klas. Deze heeft een andere kleur als de gebruikelijke oranje uitlegbladen. Hiermee zien de leerlingen ook dat de regels voor de werkwoordspelling losstaan van de normale spellingsregels.
Aanbod
De les start met de denkstappen en het stappenplan om woorden in de verleden tijd op de juiste manier te schrijven. Daarna neem je stap voor stap door hoe je de verleden tijd maakt met behulp van het Taxi Kofschip. Daarna wordt dit geoefend met verschillende werkwoorden die de leerlingen in de verleden tijd gaan zetten.
De les eindigt met reflectie op het doel (zie reflectieblad in de bijlage).
Uitlegblad
Ideetje voor in de klas
Historische dag
Laat de leerlingen naar de website www.defeestkamer.nl gaan [telefoon of laptop]. Daar typen ze hun geboortedatum in en vinden alle gebeurtenissen die plaats hebben gevonden op die dag door de eeuwen heen.
Ze bereiden een korte presentatie voor over hun historische dag. Deze presentatie schrijven ze eerst uit. Natuurlijk gebruiken ze alleen de verleden tijd.