Oefentoets TLK energiesystemen

• tlk
• MBO
• Studiejaar 2

Wat is de 'brandstof' van onze spieren?

1. Adenosinetrifosfaat (ATP)
2. Adenosinedifosfaat (ADP)
3. Creatinefosfaat (CP)
4. Calcium

Het lichaam is NIET in staat om ADP om te zetten in ATP.

1. Juist
2. Onjuist

Wat bepaald welk substraat je gebruikt bij een inspanning?

1. Tijd (duur)
2. Intensiteit
3. Kracht
4. De spieren die gebruikt worden.

Bij welk energiesysteem ontstaat voelbaar lactaat?

1. Aeroob
2. Anaeroob lactisch
3. Anaeroob a-lactisch
4. Aeroob lactisch

Welk substraat wordt niet gebruikt bij een aerobe verbranding

1. Creatine fosfaat
2. Vetten
3. Koolhydraten

Welk substraat kan zowel aeroob als anaeroob verbrandt worden?

1. Creatine fosfaat
2. Vetten
3. Koolhydraten
4. Eiwitten

Welk energiesysteem is dominant bij het volgende onderdeel:
100m Sprint.

1. Anaeroob lactisch
2. Aeroob
3. Aeroob lactisch
4. Anaeroob a-lactisch

Welke energiesysteem is dominant bij het volgende onderdeel:
Marathon

1. Anaeroob lactish
2. Anaeroob a-lactisch
3. Aeroob
4. Aeroob lactisch

Een inspanning boven de aerobe drempel herken je aan:

1. Verzuring in de spieren
2. Ademhalingsstress
3. Branderige longen
4. Allen zijn onjuist

Wanneer een inspanning boven de aerobe drempel is....

1. Kan lactaat minder snel verwerkt dan dat dit aangemaakt word.
2. Verband je alleen maar vetten
3. Stap je geleidelijk over van een verbranding van vetten naar koolhydraten
4. Verzuren de spieren

Wanneer een inspanning boven de anaerobe drempel is....

1. Kan lactaat minder snel verwerkt dan dat dit aangemaakt word.
2. Verband je alleen maar vetten
3. Stap je geleidelijk over van een verbranding van vetten naar koolhydraten
4. Verzuren de spieren

Bij welke onderdeel speelt zowel het anaeroob-lactische en het aeroob systeem een grote rol bij het leveren van een prestatie?

1. 5km hardlopen
2. 110m hordes
3. Marathon
4. Kogelstoten