3.5 Is onze verzorgingsstaat de beste?

H3 Verzorgingsstaat
3.5 Is onze verzorgingsstaat de beste?
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 16 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

H3 Verzorgingsstaat
3.5 Is onze verzorgingsstaat de beste?

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
Je kunt de drie typen verzorgingsstaten van Esping-Andersen beschrijven en de onderlinge verschillen toelichten.

Je kunt de praktische invulling van de verzorgingsstaat in verschillende westerse landen (waaronder Nederland) classificeren aan de hand van de drie typen verzorgingsstaat van Esping-Andersen.

Je kunt een oordeel formuleren over het presteren van de verschillende verzorgingsstaattypen

Slide 2 - Tekstslide

Is onze verzorgingsstaat de beste?
Westerse landen verschillen van elkaar. Ze organiseren de zorg anders en gaan verschillend om met het bieden van kansen op onderwijs en de arbeidsmarkt.

Toch zijn al die landen verzorgingsstaten. Wat zijn de verschillen? En welke verzorgingsstaat presteert het best?
Geeft Zweden het goede voorbeeld?

Zweedse ouders krijgen 1,5 jaar betaald verlof en gratis kinderopvang

Slide 3 - Tekstslide

Bestaat dé verzorgingsstaat?

De verzorgingsstaten in westerse landen zijn door de Deense socioloog Esping­Andersen ingedeeld in drie typen:
- sociaaldemocratische verzorgingsstaten
- liberale verzorgingsstaten
- conservatief­-corporatistische verzorgingsstaten



De onderzoeken laten behoorlijke verschillen zien tussen verzorgingsstaten: dé verzorgingsstaat bestaat dus niet.

Slide 4 - Tekstslide

Sociaaldemocratische verzorgingsstaten
KernwaardenGelijkheid en sociale integratie
  • Streven naar volwaardige deelname aan de samenleving voor iedereen.
  • Hoog niveau van overheidsvoorzieningen en uitgebreid sociaalzekerheidsstelsel met hoge uitkeringen-> Herverdeling van middelen om gelijkheid te bevorderen.
  • Streven naar volledige werkgelegenheid 
  • Kinderopvang/verlofregeling 

Slide 5 - Tekstslide

Sociaaldemocratische verzorgingsstaten
  • Hoge belastingen -> middelen zo herverdelen dat er (meer) gelijkheid ontstaat.
  • Vrouwen en mannen werken
  • Welfare triangle -> Overheid
  • Voorbeeld landen: Denemarken, Finland, Noorwegen en Zweden

Slide 6 - Tekstslide

Liberale verzorgingsstaten
KernwaardeIndividuele vrijheid staat centraal.
  • Meer keuzevrijheid in verzekeringen en voorzieningen.
  • Lage belastingen -> gebrek aan herverdeling / gelijkheid
  • Lage niveau van overheidsvoorzieningen.
  • Beperkt sociaalzekerheidsstelsel; beroep op overheid alleen voor degenen die zichzelf niet kunnen redden.
  • Voorbeeld landen: V.S. Canada en V.K.
  • Welfare triangle -> Markt

Slide 7 - Tekstslide

 Conservatief-corporatistische verzorgingsstaten 
Kernwaarde: traditionele gezin
  • Relatief hoge bedragen voor kinderbijslag -> zelf voor het gezin zorgen.
  • Wel beperkt kinderopvang.
  • Vrouwen werken vaak minder dan mannen.
  • Uitkeringen gericht op gezinnen en de man.
  • Belasting redelijk hoog -> overheid herverdelende taak
  • Gezin boven individu.
  • Voorbeeld landen; Duitsland, Oostenrijk, Frankrijk en België

Slide 8 - Tekstslide

Welk type verzorgingsstaat heeft Nederland?
  • Past deels bij sociaaldemocratische verzorgingsstaten vanwege hoge uitkeringen en progressieve belastingen.
  • Lage minimumuitkeringen neigen naar liberaal beleid.
  • Verlofregelingen voor jonge ouders zijn uitgebreid maar beperkter dan in Scandinavische landen.
  • Veel Nederlandse vrouwen werken in deeltijd, vooral bij zorg voor kinderen, wat wijst op conservatief-corporatistische elementen.

Nederlandse verzorgingsstaat is een mix. 


Slide 9 - Tekstslide

Wie verzekert het best?
De verzekeringsfunctie zorgt voor een (minimum) inkomen als het wegvalt
Beoordeling -> aantal mensen in armoede
Conclusie -> sociaaldemocratische en conservatief­ corporatistische verzorgingsstaten de minste mensen in armoede. 

Slide 10 - Tekstslide

Verzorgen, hoe goed lukt dat?
De verzorgingsfunctie zorgt voor medische (psychische) hulp/hulp aan kwetsbaren.
Beoordeling -> a.d.h.v. levensverwachting.
  • Verschillen tussen landen zijn klein
  • Geen sterk verband is tussen het type verzorgingsstaat en de levensverwachting
  • V.S. / Scandinavische landen.


Denemarken     81,4
Finland                82
Noorwegen        83,2
Zweden               83,2
België                  81,9
Duitsland            80,9
Frankrijk              82,5
Oostenrijk           81,3
Canada                81,7
V.S.                        77,0
V.K                        80,4
Nederland          81,4























Slide 11 - Tekstslide

En verheffen, lukt dat?
Verheffingsfunctie van de verzorgingsstaat wordt vooral vormgegeven door onderwijs.
  • Pisa onderzoek: wetenschap, taal en wiskunde -> veel verschillen.
  • Lastig te koppelen aan verzorgingsstaattypen
  • Geen eenduidige conclusie

Slide 12 - Tekstslide

Verbinden, hoe zit het met de sociale cohesie?
Verbindingsfunctie gaat het om het overbruggen van sociale afstanden.
Beoordeling: Gini-coëfficiënt voor netto-inkomensongelijkheid

Het gaat dan om het geld dat overblijft nadat mensen belastingen en premies hebben afgedragen en uitkeringen hebben ontvangen.
Liberaal: grote inkomensongelijkheid
Sociaaldemocratisch: minste ongelijkheid

Slide 13 - Tekstslide

Waar is de welvaart het hoogst?

Welvaart is van belang voor het geluk.
  • Beïnvloedt een uitgebreide verzorgingsstaat de welvaart van een land?
Meten op 2 manieren:
  • Bruto Nationaal Product (bnp) totale waarde van goederen en diensten gedeeld door het aantal inwoners.
  • Koopkrachtpariteit (kkp): corrigeert voor prijsverschillen tussen landen.
Geen duidelijk antwoord -> een ruimere verzorgingsstaat gaat ten koste van welvaart is niet duidelijk 

Slide 14 - Tekstslide

Is onze verzorgingsstaat de beste?

Een duidelijk antwoord op die vraag is niet te geven.

Het is afhankelijk van de functies van de verzorgingsstaat die je centraal stelt en de waarden die je nastreeft.

Slide 15 - Tekstslide

Lezen H3.5 Is onze verzorgingsstaat de beste?

Blz. 158 t/m 163

Opdrachten maken: 1 tot en met 6
Opdrachten
timer
1:00

Slide 16 - Tekstslide