Criminaliteit 1

Bij het einde van de timer
  • Stil
  • Ipad plat op tafel
  • Mobiel weg

Klassenregels:
  •     We gaan tijdens de les niet naar de wc
  •     We blijven van elkaar af
  •     Tijdens de les is het stil
  •     We letten op ons taalgebruik
timer
5:00
M.andringa@hondsrugcollege.nl
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Bij het einde van de timer
  • Stil
  • Ipad plat op tafel
  • Mobiel weg

Klassenregels:
  •     We gaan tijdens de les niet naar de wc
  •     We blijven van elkaar af
  •     Tijdens de les is het stil
  •     We letten op ons taalgebruik
timer
5:00
M.andringa@hondsrugcollege.nl

Slide 1 - Tekstslide

Criminaliteit
Criminaliteit; alle misdrijven zoals deze in wet staan. Het overtreden van de wet maakt je dus een crimineel.

  • Asociaal gedrag; voordringen bij de kassa
Straf? geen

  • Overtreding (licht vergrijp); door rood licht fietsen
Straf? Geldboetes, taakstraf

  • Misdrijf (zwaar vergrijp); diefstal, moord, etc.
Straf? Bepaald de rechter, celstraf, geldboetes

Slide 2 - Tekstslide

Gebonden aan
tijd en plaats
Homohuwelijk; In Nederland toegestaan per wet.


Vroeger (voor 2001); per wet verboden.
  • We hanteren de huidige wet en die is gebonden aan tijd.

In landen in het Midden-Oosten staat de doodstraf op het homohuwelijk
  • De wetten die in andere landen gelden niet voor Nederland, de wet is gebonden aan plaats.


Dat iedereen zich in Nederland aan de moet houden en dat niemand boven de wet staat hoort bij een rechtstaat.

Slide 3 - Tekstslide

Schade
Criminaliteit kost jaarlijks veel geld

Schade in geld noemen we materiële schade, dit kun je berekenen in geld.

Criminaliteit levert ook niet-materiële schade op, dit kun je niet berekenen in geld. Denk aan trauma's die een geweldadige overval opleveren.

Slide 4 - Tekstslide

Opgepakt en dan?
Stel:.....

Je hebt iets gestolen met vrienden, zij kwamen weg en jij niet. De politie heeft je gepakt en jij bent nu de hoofdverdachte.

Slide 5 - Tekstslide

Wat mag de politie dan niet doen?
A
Ze mogen je arresteren en meenemen naar het bureau voor verhoor
B
Ze mogen je fouilleren.
C
Ze mogen je huis doorzoeken
D
Ze mogen een blaastest afnemen

Slide 6 - Quizvraag

Opgepakt en dan?
Huiszoeking mag alleen op bevel van de rechter!


De politie begint te fouilleren, ze vinden een telefoon, beurs, en een zakmes. De politie vertrouwd het niet en arresteert je....

Slide 7 - Tekstslide

Na het verhoor wat moet de politie dan doen?
A
je een dag vasthouden op verdenking
B
Je in vrijheid stellen tot de dagvaarding
C
Een proces-verbaal schrijven
D
De zaak overdragen aan de officier van justitie

Slide 8 - Quizvraag

Opgepakt en dan?
Proces verbaal; politie verslag over het misdrijf en de verdachte


Tijdens het verhoor komt naar voren dat tijdens de overval iemand is komen te vallen en zwaar gewond is geraakt. Tevens is op de camera beelden te zien dat jij aanwezig was en een rol hebt gespeeld in het voorval.

Slide 9 - Tekstslide

Bewezen is dat je hebt deelgenomen aan de actie, wat gebeurt er nu?
A
De zaak wordt overgedragen aan de officier van justitie
B
De zaak wordt overgedragen aan de rechter
C
De zaak wordt overgedragen aan bureau halt
D
De politie geeft je een boete en je mag vertrekken

Slide 10 - Quizvraag

Opgepakt en dan?
Tussen de 12 en 18 jaar gaat de zaak naar Bureau Halt > voordeel geen strafblad.

Boven de 18 wordt je zaak overgedragen aan de officier van justitie:
  • Seponeren; Onvoldoende bewijs, de zaak wordt los gelaten.
  • Schikken; De zaak komt niet voor de rechter, en wordt omgezet in een geldboete.
  • Vervolgen ; De zaak wordt overgedragen aan de rechter.

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video