Taalkundig ontleden: Voegwoorden

Hoe zat het ook alweer?
Je kunt een zin in stukken hakken. 

Hak je in zin in woorden?
Dan doe je aan taalkundig ontleden.

Je kan dan de woordsoorten benoemen.
1 / 8
volgende
Slide 1: Tekstslide
TaalSpeciaal OnderwijsLeerroute 4

In deze les zitten 8 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Hoe zat het ook alweer?
Je kunt een zin in stukken hakken. 

Hak je in zin in woorden?
Dan doe je aan taalkundig ontleden.

Je kan dan de woordsoorten benoemen.

Slide 1 - Tekstslide

Hoe zat het ook alweer?
Welke vijf woordsoorten ken je?

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoel
Ik kan voegwoorden in een zin aanwijzen.

Slide 3 - Tekstslide

Voegwoorden
Een voegwoord verbindt woorden en zinnen met elkaar.

Voorbeelden van voegwoorden zijn:

en, maar, of, dan, dus en want

Dit zijn nevenschikkende voegwoorden.

Slide 4 - Tekstslide

Voorbeeld
Ik stond vanochtend op en ging naar school.

Ik liet wat vallen, maar raapte het ook op.

Slide 5 - Tekstslide

Onderschikkende voegwoorden
Onderschikkende voegwoorden verbinden 
een zin met een bijzin.

wanneer, als, terwijl, zodra, voordat, voor, nu, toen, nadat, zolang als, totdat, sinds, doordat, zodat

Slide 6 - Tekstslide

Voorbeelden
Ik zei hem gedag, zodat ik weg kon.

Ik woon hier, sinds vorig jaar.

Bijzinnen vormen op zichzelf geen zin.

Slide 7 - Tekstslide

Aan de slag
Voegwoorden verbinden woorden en zinnen.

Log in bij Gynzy Kids.
Maak de opdracht die klaar staat.

Slide 8 - Tekstslide