(WEEK 7) 2M2 - Herhaling Unit 4 (4.1 & 4.3 & 4.4)

to online English class 👋🏻
1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 25 min

Onderdelen in deze les

to online English class 👋🏻

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

t/m WEEK 6

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

WEEK 7 (this week)
GEEN HUISWERK DEZE WEEK!

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

WEEKPLANNING
TUESDAY
WEDNESDAY
Herhaling grammatica 
Online proeftoets via LessonUp
Weging 0 in Magister
FRIDAY
Herhaling grammatica 

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

PROEFTOETS Unit 4
FRIDAY
Online proeftoets via LessonUp
Weging 0 in Magister
- Vocabulaire HS 1, 2 & 4
- Grammatica HS 4:
   - 4.1 Bezitsvorm 's / ' / of
   - 4.2 Onregelmatige werkwoorden
   - 4.3 Must & Mustn't
   - 4.4 Gerund (ing-vorm)
   - 4.5 Aanwijzende vnw.
   - 4.6 Have to./ has to

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

HUISWERK NIET OP ORDE:
- Latisha (week 2 & 6)                    - Joram (week 6)
- Nick (week 2, 3, 4, 5 & 6)            - David (week 6)
- Sven V (week 2, 3, 4, 5)               - Bo (week 4)
- Lenny (week 3 & 6)                      - Djem (week 3, 4 & 6)
- Joëlla (week 3)                              - Rens (week 4)
- Darya (week 4)                              - Bram (week 5 & 6)
- Boris (week 5 & 6)                       - Jill (week 5 & 6)
- Justice (week 6)



Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat gebruik je bij bezit van een persoon of dier
bijvoorbeeld 'de vriend van Sarah'?
A
's
B
of

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat gebruik je bij bezit van dingen bijvoorbeeld de
'blaadjes van de bloem' ?
A
's
B
of

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

People, animal

'S - S'



Things

OF
Maria
milk
cat
room
boys
garage

Slide 11 - Sleepvraag

Quiz gedaan met 2B
Welke "Possessive" is
GOED geschreven?
A
This is Marys' car.
B
This is Mary's car.
C
This is Marys's car.
D
This is Marys car.

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Welke "Possessive" is GOED geschreven?
A
The boys' dogs
B
The boy's dogs

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

"They painted ... ."
A
The garage's door
B
The door of the garage

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

"She drinks a ... ."
A
a glass of milk
B
a milk's glass

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

"The ... is open."
A
room's window
B
window of the room

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

"The ... is Tiger."
A
cat's name
B
name of the cat

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

" ... lives in London."
A
Maria's cousin
B
The cousin of Maria

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

"These are ... ."
(er zijn meerdere jongens)
A
the boys' pencils
B
the pencils of the boys
C
the boy's pencils

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

" ... is twelve years old."
A
The sister of John
B
Johns' sister
C
John's sister

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf in het Engels:
"De bladzijden van dit boek zijn vies."

Slide 21 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf in het Engels:
"De poten van de spin zijn dun."

Slide 22 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe denk je nu over
de Engelse bezitsvorm met 'S / ' ' OF ?
😒🙁😐🙂😃

Slide 23 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

GERUND
Je gebruikt de '-ing vorm' als een soort zelfstandig naamwoord:

 1. Als het onderwerp van de zin.
Example: Biking in the mall is forbidden. 

2. Na voorzetsels. (kastwoorden)
Example: She's fond of cycling.

3. Na werkwoorden die zeggen hoe je iets vindt. (like, love, hate, enjoy, etc.)
Example: I love going to the movies. 

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Thanks for inviting me to the party!
A
Onderwerp
B
Werkwoorden (die zeggen hoe je iets vindt)
C
Voorzetsels

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Smoking is forbidden in this school.
A
Onderwerp
B
Werkwoorden (die zeggen hoe je iets vindt)
C
Voorzetsels

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


I enjoy spending time with you.
A
Onderwerp
B
Werkwoorden (die zeggen hoe je iets vindt)
C
Voorzetsels

Slide 29 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Everybody had finished speaking.
A
Werkwoorden (begin, einde, doorgaan)
B
Uitdrukkingen
C
Andere werkwoorden

Slide 30 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


... (to write) in English is easy.

Slide 31 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies


I love ... (to go) out to restaurants.

Slide 32 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies


They suddenly stopped ... (to run).

Slide 33 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe denk je nu over de "Gerund"?
😒🙁😐🙂😃

Slide 34 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

WEEKPLANNING
TUESDAY
WEDNESDAY
Herhaling grammatica 4.1, 4.3 & 4.4 
Online proeftoets via LessonUp
Weging 0 in Magister
FRIDAY
Herhaling grammatica 
4.2, 4.5 & 4.6

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies