3H - Herhaling gonio + wortel verband

• Wiskunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

Welkom!

Leg klaar:

Je laptop (dicht)

Ruitjesschrift

Etui

Rekenmachine

Herhaling -> Exponentieel verband

Je kan lineaire verbanden herkennen

Gonio - startopgave

∠GBH

Bereken

Je kan lineaire verbanden herkennen

Gonio - startopgave

∠GBH≈60°

10​2​​+6​2​​=BG​2​​

BG​2​​=136

BG​​​=√​136​​​

Reken BG uit met Pythagoras:

Reken ∠GBH uit met gonio:

tan(∠GBH)=​√​136​​​​​20​​

(​√​136​​​​​20​​)≈59,753...

tan^-1

Je kan lineaire verbanden herkennen

Terugblik - exponentieel verband

Je kan lineaire verbanden herkennen

Aantekening - wortel verband

Het ⁣randpunt⁣ is het beginpunt 

van de grafiek.    ( -2 , -3 )

Wanneer er een variabele onder de wortel staat is er sprake van een wortelverband.

Je kan lineaire verbanden herkennen

Aantekening - wortel verband

Het ⁣randpunt⁣ berekenen:

Wanneer staat er onder de wortel '0'   ->     x 

Vul deze x -waarde in in de formule     ->     y

Voorbeeld: 

       

Je kan lineaire verbanden herkennen

Aantekening - wortel verband

Het ⁣randpunt⁣ berekenen:

Wanneer staat er onder de wortel '0'   ->     x 

Vul deze x -waarde in in de formule     ->     y

Voorbeeld: 

2x + 1 = 0

2x       = -1

  x       = -0,5        

y=1+√​2⋅−0,5+1​​​=1

dus het randpunt is (-0,5 ; 1)

__

Je kan lineaire verbanden herkennen

Toetsopgave 1 - wortel verband

Los de volgende vergelijkingen op:

3+√​2−x​​​=6

√​4x​​​−2=4

Je kan lineaire verbanden herkennen

Toetsopgave 1 - wortel verband

Vergelijkingen met wortels oplossen:

Voorbeeld 1 : 

       

Voorbeeld 2 : 

       

3+√​2−x​​​=6

√​2−x​​​=3

(√​2−x​​​)​2​​=3​2​​

2−x=9

x=−7

√​4x​​​−2=4

√​4x​​​=6

(√​4x​​​)​2​​=6​2​​

4x=36

x=9

Je kan lineaire verbanden herkennen

Toetsopgave 2 - wortel verband

a) Welke grafiek hoort bij deze formule?

b) Bereken het randpunt van de grafiek.

Je kan lineaire verbanden herkennen

Toetsopgave 2 - wortel verband

a) Welke grafiek hoort bij deze formule?

     De onderste

b) Bereken het randpunt van de grafiek.

2x−3=0

2x=3

x=1,5

2+√​2⋅1,5−3​​​=2

Het randpunt is (1,5 ; 2)

____

___

Maken

Herhaling Wortel verband