aantekeningen gedrag B1+2

Basisstof 1
Gedrag hoort bij mens & dier NIET bij planten.
prikkel ----------------------> respons              
vieze geur ----------------------> neus dicht knijpen

Handeling = onderdeel van gedrag
bijv. lopen, slapen, geeuwen, schrijven, geluid maken, geurstoffen afscheiden, van kleur veranderen, staan

1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
Middelbare school

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Basisstof 1
Gedrag hoort bij mens & dier NIET bij planten.
prikkel ----------------------> respons              
vieze geur ----------------------> neus dicht knijpen

Handeling = onderdeel van gedrag
bijv. lopen, slapen, geeuwen, schrijven, geluid maken, geurstoffen afscheiden, van kleur veranderen, staan

Slide 1 - Tekstslide

Wat zie je hier?

Slide 2 - Tekstslide

Gedrag beschrijven
Objectief!  Geen mening (bijv. hond vind je aardig), maar feiten

*ethogram = Lijst van handelingen --> Afkorting & beschrijving

*protocol = lijst van waargenomen handelingen + tijd

Slide 3 - Tekstslide

Ethogram
- handeling
- afkorting
- beschrijving

Slide 4 - Tekstslide

Protocol
- lijst van handelingen van het dier
(hoe vaak handeling, hoe lang duurt een handeling, zit er een vaste volgorde in?

Slide 5 - Tekstslide

Gedragsketen
Gedragsketen = serie 
handelingen in vaste volgorde

Vaak te zien bij paringsgedrag

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Wat is gedrag?

Slide 8 - Open vraag

Hoe heet de studie van gedrag
A
Ecologie
B
Ethologie
C
Gedragsonderzoek
D
Ethiek

Slide 9 - Quizvraag

Wat is belangrijk bij gedrag bestuderen?
A
Objectief blijven
B
Gedrag interpreteren
C
Je mening geven over gedrag

Slide 10 - Quizvraag

Wat schrijf je niet in een ethogram
A
Handeling
B
Afkorting
C
Duur van een handeling
D
Beschrijving

Slide 11 - Quizvraag

Wat is een gedragsketen?
A
Serie handelingen in vaste volgorde
B
Gedrag dat altijd gebeurt

Slide 12 - Quizvraag

Basisstof 2: oorzaken gedrag

Slide 13 - Tekstslide

Prikkels
Inwendige prikkels = ontstaan  in het lichaam 
vb. honger en dorst, hormonen, angst

Uitwendige prikkels = neem je waar met je zintuigen 
vb. licht, geluid, lichte aanraking, smaak, kou

Slide 14 - Tekstslide

Sleutelprikkel
sleutelprikkel=  Doorslaggevende prikkel
Is een prikkel die steeds tot dezelfde vaste respons leidt.


Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Supranormale prikkel
Supranormale prikkel = kunstmatige sterkere prikkel
prikkel die sterkere respons veroorzaakt dan de normale sleutelprikkel

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video

Slide 20 - Tekstslide

Drempelwaarde
Je kunt niet altijd iedere prikkel waarnemen.
Zo kan het geluid van je mobiel te zacht staan zodat je hem niet hoort: =>         de drempelwaarde is niet bereikt.

Drempelwaarde is de minimum sterkte van de prikkel waarbij je hem nog kunt waarnemen.
Is de drempelwaarde te laag, dan neem je het niet waar!

Slide 21 - Tekstslide