VWO 2 Bestimmwörter und Wiederholung

VWO 2 
Bestimmwörter
und Wiederholung starke Verben

1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

VWO 2 
Bestimmwörter
und Wiederholung starke Verben

Slide 1 - Tekstslide

deze/dit
welke
elke,iedere
alle
sommige
zulke/zo'n
dies-
welch-
solch-
manch-
jed-
all-

Slide 2 - Sleepvraag

Welke uitgang krijgt dies- als het zelfstandig naamwoord mannelijk is? (Nominativ)

Slide 3 - Open vraag

Welke uitgang krijgt manch- als het zelfstandig naamwoord onzijdig is? (Nominativ)

Slide 4 - Open vraag

Welke uitgang krijgt solch- als het zelfstandig naamwoord vrouwelijk of meervoud is? (Nominativ)

Slide 5 - Open vraag

Welke uitgang krijgt dies- als het zelfstandig naamwoord mannelijk is? (Nominativ)

Slide 6 - Open vraag

Welke uitgang krijgt all- als het zelfstandig naamwoord mannelijk is? (Akkusativ)

Slide 7 - Open vraag

Hausaufgabe besprechen

Slide 8 - Tekstslide

Woran erkennst du ein starkes Verb (sterk werkwoord)?

Slide 9 - Open vraag

Sterke werkwoorden
  • Klinkerwisseling
  • Nederlands sterk > Duits meestal ook sterk
  • Je kan een lijst  leren


Slide 10 - Tekstslide

Bij sterke werkwoorden met een a-klank verandert
A
a ->ä
B
a-> i
C
er verandert niets

Slide 11 - Quizvraag

Bij sterke werkwoorden met een korte e-klank in de stam:
A
e->ie
B
e-> ee
C
e->i

Slide 12 - Quizvraag

Bij sterke werkwoorden verandert met een lange e-klank:
A
e->i
B
e->ie
C
e->ee
D
er verandert niets

Slide 13 - Quizvraag

Was sind die Außnahmen (uitzonderingen), die nur ein "i" bekommen? (3)

Slide 14 - Open vraag

Hij rijdt
A
er fahrt
B
er fährt

Slide 15 - Quizvraag

jij ziet
A
du siehst
B
du sehst

Slide 16 - Quizvraag

zij geeft
A
sie giebt
B
sie gebt
C
sie gibt

Slide 17 - Quizvraag

u leest
A
Sie liest
B
Sie lezen
C
Sie lehst
D
Sie Lesen

Slide 18 - Quizvraag

jij gaat

Slide 19 - Open vraag

jij eet

Slide 20 - Open vraag

het loopt

Slide 21 - Open vraag

Hausaufgabe
S. 

Slide 22 - Tekstslide