spelling pv tt en vt

Spelling persoonsvorm samengestelde zin

We checken de leerdoelen!
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

Onderdelen in deze les

Spelling persoonsvorm samengestelde zin

We checken de leerdoelen!

Slide 1 - Tekstslide

Wat is bijzonder aan samengestelde zinnen?

Slide 2 - Woordweb

Persoonsvorm tegenwoordige tijd

Zin: Hou... jij je meestal aan die regels?
A
Houdt
B
Houd
C
Hout

Slide 3 - Quizvraag

Het gebeur... regelmatig dat men fouten maakt in werkwoordspelling.
A
gebeurd
B
gebeurt
C
gebeurdt

Slide 4 - Quizvraag

TT: Op maandag (gebeuren) het vaak dat mijn moeder bloemen (kopen).
A
gebeurd, koopt
B
gebeurt, koopt
C
gebeurt, kocht
D
gebeurd, kocht

Slide 5 - Quizvraag

persoonsvorm t.t.
Hij (verbranden) de houtblokken.
A
verbrand
B
verbrandt

Slide 6 - Quizvraag

Bedenk een zin met twee of meer persoonsvormen!

Slide 7 - Open vraag

persoonsvorm t.t.
Het weer (veranderen) elke dag.
A
veranderd
B
verandert

Slide 8 - Quizvraag

De docent (starten) de les en (controleren) het huiswerk.

Slide 9 - Open vraag

Persoonsvorm t.t.:
(Vinden) ... jij het leuk om deze quiz te doen?
A
Vindt
B
Vond
C
Vind
D
Vondt

Slide 10 - Quizvraag

persoonsvorm t.t.
Deze week (worden) het lekker weer.
A
wordt
B
word

Slide 11 - Quizvraag

Vul de persoonsvorm verleden tijd in: Wanneer (zenden) je me het boek terug?

Slide 12 - Open vraag

Vul de persoonsvorm verleden tijd in: De hond van de buren (blaffen) erg hard

Slide 13 - Open vraag

Ik weet wat een samengestelde zin is
Ik kan pv in samengestelde zin spellen
😒🙁😐🙂😃

Slide 14 - Poll