4H 3.2 De Beatrijs


4H, welkom 
bij Nederlands! 


Pak vast je lesboek op blz. 220
  • Pitch Timothy en Merel
  • Literatuurgeschiedenis
  • (middeleeuwen/Beatrijs)

1 / 42
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 42 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les


4H, welkom 
bij Nederlands! 


Pak vast je lesboek op blz. 220
  • Pitch Timothy en Merel
  • Literatuurgeschiedenis
  • (middeleeuwen/Beatrijs)

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Symbolen blz. 220
Kleuren en getallen

Dieren (maar ook planten)

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kleuren en getallen

blauw (adel, reinheid, vroomheid),
wit (reinheid, maagdelijkheid, waarheid)


Symbolen (blz. 220)

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3 en 7

3 = goddelijke volmaaktheid
       (Vader, Zoon en Geest)
7= afgeronde periode (getal van de volheid)
Symbolen (blz. 220)

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3.2 Beatrijs
Lezen:
Introductie en Geestelijke literatuur


Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3.2 Beatrijs
Lezen:
Introductie en Geestelijke literatuur

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3.2 Beatrijs
Lezen:
Introductie en Geestelijke literatuur


Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3.2 Beatrijs
Geestelijke literatuur

  • exempelen > marialegende


Maria bemiddelt tussen God en mens
De trouw aan God en Maria staan centraal

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdrachten maken
  • Maak opdracht 1 en 2 blz. 221
    opdracht 2 vraag 7: zie voor hoofsheid de alinea 'eer en schande' blz. 218. 
  • Daarna: lees voor jezelf verder in Beatrijs blz. 37 t/m 43
    Schrijf in een paar zinnen wat Beatrijs in deze pagina's overkomt.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4H, welkom
bij Nederlands!

Pak vast je lesboek op blz. 221 en leg je
huiswerk op tafel.
  • Pitch Emma T. en Daniella
  • Opdr. 1 en 2 nakijken
  • Hoe klonk dat oud-Nederlands eigenlijk?
  • Beatrijs uitlezen (?), opdracht maken.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

  1. Ik verdien weinig geld met gedichten schrijven; anderen raden me aan om het niet te doen.
  2. Bijvoorbeeld drie van de volgende antwoorden:
    - De k-klank wordt geschreven als een c.
    - De ij-klank wordt geschreven als i: mi (mij), minen (mijn), twivel (twijfel).
    - Sommige woorden die we nu los schrijven, worden aaneen geschreven: ict (ik het), hebbic (heb ik), teren (te eren)
    - In enkele gevallen ontbreekt een meervouds-n (liede, late).


Opdracht 1

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

  1. Beide, want de ‘oprechte liefde’ is het werk van God. In het geval van Beatrijs is de liefde echter het werk van de duivel; zij heeft als non trouw gezworen aan God en wordt door haar verliefdheid op het verkeerde pad gebracht.
  2. God zou haar begeerte kunnen wegnemen.
  3. Om het klooster te verlaten.
  4. Blauw symboliseert adel, reinheid, vroomheid; wit symboliseert bovendien maagdelijkheid en waarheid. Daardoor wordt benadrukt dat Beatrijs puur, nobel is.
Opdracht 2

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

  • 5 Ze is bang dat haar geliefde haar in de steek zal laten (dat hij haar niet trouw is).
  • 5 Beatrijs zegt: ‘Onbehouwen pummel! Moet ik hier in ’t gras gaan liggen als een vrouw die zonder eergevoel geld met haar lichaam verdient? Dan zou ik wel weinig schaamtegevoel hebben.’ Ze beschouwt buiten de liefde bedrijven als oneervol en 'boers'.
  • 6 De jongeling gedraagt zich weinig hoofs. Hoofs gedrag omvatte onder meer zelfbeheersing, galante omgangsvormen en respect voor vrouwen. Zijn voorstel getuigt van het tegendeel.

Opdracht 2

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Samenvatting blz. 37-42

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Link

fragment laten horen, stukje tekst laten zien/samen lezen

Slide 16 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht maken
Maak voor de volgende les opdracht 3 blz. 223

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Periodes

middeleeuwen (500-1500)

renaissance (1500-1700)

verlichting (1700-1800)


Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Middeleeuwen

500 - 1500

  • standenmaatschappij
  • 1 geloof: zonde, berouw, duivel
  • eer en schande: hoofsheid
  • eercultuur: collectieve moraal






Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

In de middeleeuwen was er een standenmaatschappij. Wie stond hierin bovenaan?
A
De koning
B
De adel
C
De geestelijkheid
D
De boeren

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Standenmaatschappij
--> 3 standen:

1. Geestelijkheid
2. Adel
3. Boeren/burgers

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Standenmaatschappij
in de middeleeuwen

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Geestelijke literatuur 
Genres: 
- Heiligenleven: soort biografie over een heilige
- Mystiek: beschrijving van een mystieke ervaring 
- Marialegende: verhaal waarin Maria een wonder verricht

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


De hulp van God


  • Het leven van de mensen in de vroege Middeleeuwen was zwaar.
  • Veel van de dingen om hen heen begrepen ze niet.

  • Bij ziektes, natuurrampen of hongersnoden vroegen ze God om hulp.
  • De mensen van de kerk, de geestelijken, hielpen hen hierbij.
  • Hiervoor moesten de boeren wél belasting betalen...

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies




  • In de kloosters werden soms ook oude boeken overgeschreven. 
  • Dit duurde heel lang: het was dus echt 'monnikenwerk'.

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Video

Deze slide heeft geen instructies

De middeleeuwse maatschappij was theocentrisch. Wat betekent dat?
In het dagelijks leven ...
A
... staat de wetenschap centraal.
B
... staan God en godsdienst centraal.
C
... staan geld en economie centraal.
D
... staat iemand die Theo heet centraal.

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Middeleeuwse literatuur is bedoeld om .....
A
te lezen
B
te luisteren

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Literatuur in de middeleeuwen
  • Rijm - luisteren
  • Middelnederlands 1200-1500
  • Andere woorden 
  • Dubbele ontkenningen
      - en/ne ...ww...niet
  • Klanken
      - aa = ae / ai / a / aa

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 30 - Link

fragment laten horen, stukje tekst laten zien/samen lezen

Slide 31 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Symboliek

Voor en tijdens de middeleeuwen had bijna alles een symbolische betekenis. Een stuk hout was niet zomaar een stuk hout, maar het was het symbool voor het kruis waar Christus aan was vastgespijkerd. Bloemen en beesten hadden ook een symbolische betekenis. Een roos bijvoorbeeld, verwees naar de liefde en een haas stond voor lafheid


Waarom zoveel symbolen in de middeleeuwen?



   

      





Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Symboliek - kleuren

rood

zonde / geweld

wit

maagdelijkheid, reinheid en waarheid 

blauw

kleur van adel, reinheid en vroomheid en Maria




   

      





Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Symboliek - Cijfers 
 
aards / waarschuwing voor gevaar. (tweedeling Goed-Kwaad) 
3   
is een heilig getal. Het verwees naar God die de Drie-eenheid had van  vader, Zoon en Heilige Geest Als je 3x dezelfde boodschap/opdracht kreeg, dan wist je dat het van God kwam.
hoort bij Maria, omdat haar naam uit 5 letters bestaat.
ook een heilig getal, staat voor compleetheid (God schiep de wereld in      6 werkdagen + 1 rustdag) 

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Beatrijs
  • Marialegende, medium
  • anno 1347 
  • Schrijver?
  • Symboliek: blauw, eleantier, 7
  • Handschrift in Koninklijke
     Bibliotheek Den Haag

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De moraal van "Beatrijs"


Iemand die op Maria

vertrouwt, kan, ondanks

alles, op haar steun

blijven rekenen.

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 37 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

  1. Je moet niet op mensen vertrouwen, maar op God.
  2. Ze heeft niet voldoende weerstand geboden aan de verleiding van de duivel. Ze heeft het klooster verlaten (en daardoor haar kloostergelofte gebroken). Ze heeft seks met mannen gehad voor geld.
  3. Ze bidt elke dag trouw de zeven Mariagebeden.
  4. Beatrijs kan van haar zonden worden verlost door berouw te hebben, te biechten en boete te doen.
  5. ‘Genade’ betekent dat een straf die je eigenlijk zou moeten worden opgelegd je wordt kwijtgescholden.
Opdracht 3 

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


  • 6 Eigen antwoord, bijvoorbeeld:
    - dat Beatrijs zoveel bidt;
    - de jongeling die als een prins op het witte paard wordt beschreven;
    - het wonder dat Beatrijs’ afwezigheid door tussenkomst van Maria onopgemerkt is gebleven.

Opdracht 3 

Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies




  • 7 Eigen antwoord, bijvoorbeeld:
    - Beatrijs’ verliefdheid;
    - dat de jongeling mooie kleren voor Beatrijs koopt;
    - dat Beatrijs zich prostitueert om eten voor haar kinderen te kunnen kopen;- dat de relatie stukloopt als er problemen ontstaan / het geld op is.
  • 8 De moraal van dit verhaal is dat Maria diegenen te hulp schiet die trouw aan haar zijn / oprecht berouw hebben.

Opdracht 3 

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 42 - Link

Deze slide heeft geen instructies