Verkeer Brommer
1 / 52
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
1.
A
Ja
B
Nee
Slide 2 - Quizvraag
1
2
3
Slide 3 - Sleepvraag
3.
A
Ja
B
Nee
Slide 4 - Quizvraag
4.
A
Ja
B
Nee
Slide 5 - Quizvraag
5.
A
Ja
B
Nee
Slide 6 - Quizvraag
6.
A
Ja
B
Nee
Slide 7 - Quizvraag
7.
A
Ja
B
Nee
Slide 8 - Quizvraag
8.
A
Ja
B
Nee
Slide 9 - Quizvraag
9.
A
snor- en bromfietsers mogen aan beide zijden deze weg inrijden
B
verboden linksaf te slaan voor motorvoertuigen
C
houd rekening met tegemoetkomende motorvoertuigen en brommobielen
Slide 10 - Quizvraag
10.
A
Ja
B
Nee
Slide 11 - Quizvraag
11.
A
alleen de schade van de tegenpartij
B
allen de schade aan het eigen voertuig
C
de schade van alle betrokkenen bij het ongeval
Slide 12 - Quizvraag
12.
A
B
C
Slide 13 - Quizvraag
13.
A
Ja
B
Nee
Slide 14 - Quizvraag
14.
A
Ja
B
Nee
Slide 15 - Quizvraag
15.
A
Ja
B
Nee
Slide 16 - Quizvraag
16.
A
voorrangskruispunt
B
voorrangsweg
C
gevaarlijk kruispunt
Slide 17 - Quizvraag
17.
A
Ja
B
Nee
Slide 18 - Quizvraag
18.
A
Ja
B
Nee
Slide 19 - Quizvraag
19.
A
alle verkeer
B
alle kruisende bustuurders
C
alle kruisende weggebruikers
Slide 20 - Quizvraag
20.
A
alleen rechtsaf
B
alleen linksaf
C
link- en rechtsaf
Slide 21 - Quizvraag
21.
A
Ja
B
Nee
Slide 22 - Quizvraag
22.
A
Ja
B
Nee
Slide 23 - Quizvraag
23.
A
Ja
B
Nee
Slide 24 - Quizvraag
24.
A
Ja
B
Nee
Slide 25 - Quizvraag
25.
A
Ja
B
Nee
Slide 26 - Quizvraag
26.
A
Ja
B
Nee
Slide 27 - Quizvraag
27.
A
Ja
B
Nee
Slide 28 - Quizvraag
28.
A
Ja
B
Nee
Slide 29 - Quizvraag
29.
A
Ja
B
Nee
Slide 30 - Quizvraag
30.
A
Ja
B
Nee
Slide 31 - Quizvraag
31.
A
het rijbewijs AM
B
een kopie van het rijbewijs AM
C
niets, je bent niet verplicht om mee te werken
Slide 32 - Quizvraag
32.
A
Ja
B
Nee
Slide 33 - Quizvraag
33.
A
dit is altijd toegestaan
B
dit is alleen toegestaan met aangepaste snelheid
C
dit is verboden
Slide 34 - Quizvraag
34.
A
Ja
B
Nee
Slide 35 - Quizvraag
35.
A
Ja
B
Nee
Slide 36 - Quizvraag
36.
A
in de huisvuilcontainer deponeren
B
repareren
C
aanbieden als klein chemisch afval
Slide 37 - Quizvraag
37.
A
Ja
B
Nee
Slide 38 - Quizvraag
38.
A
15 km/h
B
25 km/h
C
30 km/h
D
45 km/h
Slide 39 - Quizvraag
39.
A
Ja
B
Nee
Slide 40 - Quizvraag
1
2
3
Slide 41 - Sleepvraag
1
2
3
Slide 42 - Sleepvraag
42.
A
Ja
B
Nee
Slide 43 - Quizvraag
43.
A
verbetert de reactietijd
B
verbeterd het reactievermogen
C
verminder de rijvaardigheid aanzienlijk
Slide 44 - Quizvraag
44.
A
Ja
B
Nee
Slide 45 - Quizvraag
45.
A
Ja
B
Nee
Slide 46 - Quizvraag
46.
A
Ja
B
Nee
Slide 47 - Quizvraag
47.
A
Ja
B
Nee
Slide 48 - Quizvraag
48.
A
Ja
B
Nee
Slide 49 - Quizvraag
49.
A
Ja
B
Nee
Slide 50 - Quizvraag
50.
A
1 groene vlag
B
1 blauwe vlag
C
2 blauwe vlaggen
