Les 3 - H2.5 + H2.7 Rekenen aan moleculen

§2.5 & §2.7 - Molecuulmassa + massa%
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

§2.5 & §2.7 - Molecuulmassa + massa%

Slide 1 - Tekstslide

Planning
  • Voorkennis (toets vorige les)

  • Leerdoelen

  • Uitleg §2.5

  • Aan de slag

Slide 2 - Tekstslide

Welke deeltjes bevinden zich in een atoom?

Slide 3 - Open vraag

Welke deeltje bepalen de massa van een atoom?

Slide 4 - Open vraag

Waaruit bestaat de kern van een fosfor atoom ?
A
9 protonen en 10 neutronen
B
10 neutronen en 9 protonen
C
15 protonen en 16 neutronen
D
15 neutronen en 16 protonen

Slide 5 - Quizvraag

Een ion is ......
A
Een deeltje zonder lading
B
Een deeltje met evenveel protonen als neutronen
C
een deeltje met een lading
D
Een deeltje met evenveel protonen als elektronen

Slide 6 - Quizvraag


Hoe is dit ion opgebouwd?
Ca2+
A
20 protonen 20 neutronen 20 elektronen
B
20 protonen 20 neutronen 22 elektronen
C
20 protonen 20 neutronen 18 elektronen

Slide 7 - Quizvraag

Wat is de volledige naam van:

H2O2

Slide 8 - Open vraag

Aan het einde van deze les:
Weet ik:
  • Wat de molecuulmassa inhoud

Kan ik:
  • De molecuulmassa van een molecuul berekenen
  • Het massa% van een element in een verbinding berekenen

Slide 9 - Tekstslide

Wat heb je nodig

  • Periodiek systeem
  • Rekenmachine

  • Schrift voor aantekeningen

Slide 10 - Tekstslide

Wat moet je weten

Molecuulformule = welke atomen een molecuul bevat en hoeveel


Index geeft aan hoe vaak een atoom voorkomt binnen een molecuul

Slide 11 - Tekstslide

Atoommassa's en molecuulmassa's 
Atoommassa kun je aflezen in het Periodiek systeem 

Molecuulmassa kun je niet aflezen...
-> Berekenen
-> Door atoommassa's van atomen bij elkaar op te tellen.

Slide 12 - Tekstslide

Atoommassa's en molecuulmassa's 
  • De atoommassa en molecuulmassa druk je uit in 'u'
  • u = atomaire massaeenheid

  • 1 u = 1,66*10-27 kg

  • Met andere woorden:
  • 0,00000000000000000000000000166 kg (heel klein dus)


Slide 13 - Tekstslide

Molecuulmassa berekenen
Voorbeeld: Molecuulmassa van NO2
  • 1 x massa van stikstof = 1 x 14,007 u = 14,007 u
  • 2 x massa van zuurstof = 2 x 15,999 u = 31,998 u

  • 14,007 + 31,998 = 46,005 u

  • Molecuulmassa van NO2  = 46,005 u

Slide 14 - Tekstslide

Molecuulmassa Berekenen
Stappenplan:
  1. Schrijf de molecuulformule op
  2. zoek de atoommassa's in periodiek systeem op
  3. tel alle atoommassa's bij elkaar op
Voorbeeld:
Molecuulmassa van ammoniak
  1.   NH3
  2. atoommassa N = 14,007 u atoommassa H = 1,008 u
  3. 1 x N: 1 x 14,007 = 14,007 u  3 x H: 3 x 1,008 = 3,024 u molecuulmassa ammoniak is 14,007 + 3,024 = 17,031 u

Slide 15 - Tekstslide

Bereken de massa van ijzerroest
(Fe2O)

Slide 16 - Open vraag

Bereken de massa van methaan

Slide 17 - Open vraag

Massapercentage
  • Massa%
  • = Gehalte van iets

  • Hoeveel procent van de totale massa van een verbinding uit een bepaald element bestaat.




Slide 18 - Tekstslide

Massapercentage
Berekenen met de volgende formule:

Massa% = 

Slide 19 - Tekstslide

Massapercentage in een verbinding berekenen
Bereken het massapercentage koolstof in de verbinding rietsuiker C₁₂H₂₂O₁₁

  • De molecuulmassa van C₁₂H₂₂O₁₁ = 342,3 u
  • In één molecuul C₁₂H₂₂O₁₁ zitten 12 C-atomen. 
  • De massa van een C atoom    12 ∙ 12,01 = 144,12 u
  • In 342,3 u C₁₂H₂₂O₁₁ is dus 144,12 u C aanwezig.
  • We willen weten hoeveel u C in 100,0 u C₁₂H₂₂O₁₁ zit.
  • (144,12 / 342,3) ∙ 100  = 42,10 %  C atomen in C₁₂H₂₂O₁₁

Slide 20 - Tekstslide

Massapercentage in een verbinding berekenen
  1. Geef de molecuulformule
  2. Bereken de molecuulmassa met de stappen die je hebt geleerd
  3. Massapercentage = (massa atoom : massa molecuul) x 100
  4. Controleer: massapercentage ligt tussen 0% en 100%

Slide 21 - Tekstslide

Bereken het massapercentage zuurstof in:
C9H8O4

Slide 22 - Open vraag

Bereken het massapercentage koolstof in glucose
C6H12O6

Slide 23 - Open vraag

Aan de slag 

  • Doorlezen §2.5
  • Maken:
       * §2.5
           => opdr. 48, 50, 54, 55, 58, 60




  • Eerste 5 minuten in stilte
  • Daarna fluisterend overleggen met buur / muziek

  • Vraag? Steek je vinger op
  • Klaar? => Géén huiswerk

Slide 24 - Tekstslide