§ 9 Autotroof en Hetrotroof § 10 De energiestroom in een ecosysteem

Ecologie
§ 9 Autotroof en Hetrotroof
§ 10 De energiestroom in een ecosysteem
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolVoortgezet speciaal onderwijshavoLeerroute HLeerjaar 2,3

In deze les zitten 11 slides, met tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les

Ecologie
§ 9 Autotroof en Hetrotroof
§ 10 De energiestroom in een ecosysteem

Slide 1 - Tekstslide

wat gaan we deze les doen?

Doelen

-Aan het einde van de les kun je uitleggen wat heterotroof en autotroof is en hier voorbeelden van noemen

- Aan het einde van de les kun je de energiestroom in een ecosysteem beschrijven en verklaren


Uitleg

Aan de slag

Slide 2 - Tekstslide

autotroof en heterotroof
  • autotroof betekent zelfvoedend, kan uit anorganische moleculen organische moleculen maken

  • heterotroof betekent dat een ander nodig is om organische stof te krijgen, moet dus organische stoffen opnemen

Slide 3 - Tekstslide

producent: autotroof (plant)
consumenten : heterotroof (dier)

Slide 4 - Tekstslide

Autotroof
Heterotroof

Slide 5 - Tekstslide

Energiestroom in een ecosysteem

De verschillende schakels van een voedselketen noemt men trofische niveaus.

Producenten zijn het eerste trofische niveau, consumenten 1e orde het tweede trofische niveau, etc.

Als organismen opgegeten worden, worden hun energierijke stoffen doorgegeven aan het volgende trofische niveau.

Slide 6 - Tekstslide

Energie gaat verloren

- Elk organisme verbruikt energie

-Energie komt vrij als warmte en verlaat het organisme


- Elke trofische schakel bevat minder organisme

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Slide 9 - Video

Slide 10 - Video

Huiswerk voor
Opdrachten maken 30 t/m 32

Slide 11 - Tekstslide