vakdidactische opdracht

Doel van de les
Na deze les weet je waarom en hoe je je handen moet wassen voordat je aan de slag gaat in de keuken.
1 / 49
volgende
Slide 1: Tekstslide
Zorg en WelzijnMBO

In deze les zitten 49 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Doel van de les
Na deze les weet je waarom en hoe je je handen moet wassen voordat je aan de slag gaat in de keuken.

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is hygiëne?
A
handen wassen
B
dweilen
C
tandenpoetsen
D
stofzuigen

Slide 2 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar moet je aan denken als het gaat om hygiënisch werken?

Slide 3 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

De persoonlijke hygiene in de keuken
  • Wassen van de handen

  • Haar in de staart

  • Gebruik maken van kokskleding

  • Snijplank (kleur)

  • Gebruik maken van een schoon en scherp mes

  • Scheiden van groente en afval

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hygiënisch werken
  • Hygiënisch werken = voorkomen van besmetting door micororganismen
  • Micro-organismen = kleinste levende wezens die bestaan
  • Schadelijke micro-organismen = ziektekiemen

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke maatregelen zijn persoonlijke hygiëne maatregelen?
A
Sieraden dragen tijdens het werk, geen lange nagels hebben
B
Je handen wassen, schoeisel dragen met grof profiel
C
Werkkleding dragen, geen lange haren hebben
D
Geen sieraden dragen tijdens het werk, je handen wassen

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat kun je doen om hygiënisch te werken?

Slide 7 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Voedselvergiftiging 
Kernzin: 'Wanneer er in de keuken niet hygiënisch gewerkt wordt, kunnen er bacteriën in het eten komen
Bijzaken (voorbeeld): Denk bijvoorbeeld aan vieze vaatdoekjes op het aanrecht of het niet goed wassen van de handen voor je gaat koken.'

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat moet je doen om voedselbederf te voorkomen?
A
snel opeten
B
hygienisch werken
C
in de aanbieding kopen
D
Bewaren op de juiste manier

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Handen wassen

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Handen wassen

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer moeten wij handen wassen?
Welk antwoord is juist.
A
Na een toiletbezoek, voor elke maaltijd, na het geven van een hand.
B
Na een toiletbezoek, voor het bereiden van eten, na het wrijven in de ogen.
C
Na een toiletbezoek, na het wrijven in de ogen en na het geven van een hand.
D
Na een toiletbezoek, na het snuiten van de neus, na het hoesten

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Op welke momenten moet je
tijdens het werk in de keuken je handen
(opnieuw) wassen?

Slide 14 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht
Handen wassen

Jullie krijgen een demo van de docent daarna gaan jullie zelf handen wassen.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Het niet goed wassen van de handen kan leiden tot besmetting met
A
gezonde bacterien
B
ziekteverwekkers
C
micro-organismen
D
schimmels en gisten

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies



Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
Aan het eind van de les kunnen jullie:

HACCP leerdoelen?

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weten jullie al over HACCP?

Slide 20 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

HACCP
  • Haccp = Hazard Analysis and Critical Control Points.
  • Nederlands = gevarenanalyse van kritische beheerspunten.
  • Wettelijk verplicht systeem om te onderzoeken of de voedselveiligheid ergens tijdens het proces gevaar loopt.
  • Kritische punten waar besmetting kan ontstaan moet een werkinstructie voor geschreven worden.
  • Voorbeeld: handen wassen:



Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is FIFO?
A
merknaam voedingsmiddelen
B
een regel voor wassen van handen
C
first in first out
D
wat het eerst in de koeling gaat,moet er ook het eerst weer uit

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


professionele keuken.

Slide 24 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Hygienisch werken
Was je handen 
Droog je handen goed af met keukenpapier
Proef geen rauw vlees/ei
Gebruik heet water met afwasmiddel voor het afwassen/afwasrouting
Maak de materialen goed droog/opbergen op juiste plaats
Let op voor kruisbesmetting !

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schoonmaakinstructie: Keuken

Vooraf:
- alle spullen aan de kant zetten
- Keuken controleren op hygiëne/veiligheid.
- Persoonlijke hygiëne controleren (haar vast, geen ringen of nagellak, dichte
schoenen, lange broek, schort ).
- Handenwas
instructie/protocol
- Onhygiënische en onveilige zaken melden bij de docent.

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Keuken Hygiëne
  • Snijplanken
  • Vloer
  • Vuilnisbakken
  • Bestekbordje kookgerei/bestek (behalve koksmes)
  • Opgeruimde werkplek/tussendoor afspoelen/wassen

Veiligheid:

  • Direct opruimen als er iets valt/met papier dan evt dweilen.
  • Stekkers los, direct melden bij docent
  • Niet lopen met messen



Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorbereiden excursie
Groepjes: activiteiten

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de volgorde bij de start van een kookopdracht?
A
Handen wassen, doeken ophangen ingrediënten halen, handen wassen bestekbord en afvalbak klaarzetten
B
Ingrediënten halen, doeken ophangen, bestekbord klaarzetten, handen wassen
C
Doeken ophangen, ingrediënten halen, handen wassen, bestekbord klaarzetten

Slide 29 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer moeten wij handen wassen?
A
Na een toiletbezoek, voor elke maaltijd, na het geven van een hand.
B
Na een toiletbezoek, voor het bereiden van eten, na het wrijven in de ogen.
C
Na een toiletbezoek, na het wrijven in de ogen en na het geven van een hand.
D
Na een toiletbezoek, na het snuiten van de neus, na het hoesten

Slide 30 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hygiëne in de keuken
1. Doe hand en polssieraden af(horloge etc.)
2. Geen lange nagels
3. Platte schoenen
4. Schort om
5. Haar vast
6. Jas uit(leren jasjes)

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tips!
1. Bestek bord
2. Gebruik je theedoek, handdoek en vaatdoek juist!
3. Lees je recept van te voren/streep weg wat je al hebt gedaan!
4. Pak je ingrediënten in een keer!
5. Geen kauwgom!
6. Was groente en fruit van te voren!
7. Was je handen na het snijden van vlees!

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat heb ik nodig bij afwassen? 

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 35 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Volgorde afwassen

1. Verwijder etensresten van de vuile vaat.

2. Voeg een theelepel afwasmiddel toe.

3. Leg vuil bestek in de teil(weken)

4. Plaats kopjes en kommetjes in de teil en maak dezde schoon.

5. Was borden en de geweekte pannen.

6. Leg je schone vaat te drogen op een droogrek.

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ruim je rommel op, zo voorkom je ongelukken
Loop alleen met gereedschappen als dit moet. En zeker NOOIT rennen in de keuken.
Als je in de keuken werkt concentreer je je op je taak. Dat is wel zo veilig!!

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Veilig werken in de keuken bestaat dus uit:

1) Hygiënisch werken
2) Jij bent alleen bezig met jouw taak!
3) Je gebruikt de juiste materialen en middelen
4) Je houdt je aan de afspraken.
5) Je laat je werkplek schoon achter.
6) Je zorgt er samen voor dat ook de andere taken zoals de vuilnis wegbrengen worden uitgevoerd.


Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht 2: mijn boodschappenlijst.
Op de volgende slide maak je een boodschappenlijst voor 4 personen. 
Dit doe je in een woordweb.
Schrijf alle ingrediënten op en zet er ook bij hoeveel je ervan nodig hebt.

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht 3: onbekende ingrediënten.  
Kijk je boodschappenlijstje nog eens na. 
Zijn er ingrediënten bij die je niet kent?
Zoek een plaatje op internet.
Voeg dat plaatje in de volgende slide toe.


Slide 42 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ik wil dit in november gebruiken.
Kan dat?
A
ja
B
nee

Slide 43 - Quizvraag

15 kilo
Tot wanneer is dit houdbaar?
A
18 januari 2012
B
2 december 2018
C
12 februari 2018
D
18 februari 2012

Slide 44 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Tot welke maand is dit product houdbaar?
A
april
B
oktober
C
mei
D
augustus

Slide 45 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

maak een foto als het gerecht klaar is.

Slide 46 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Maak een foto van keuken en maak een foto van de keuken als je alles hebt opgeruimd.

Slide 47 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is je het meest bijgebleven van de excursie van gisteren?

Slide 48 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat vond je van de excursie?

Slide 49 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies