Leesvaardigheid les 2: soorten publiek, voorbeeld of toelichting

Nederlands
Leesvaardigheid
Les 2:
VWO 2
 P1 2019-2020
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 12 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Nederlands
Leesvaardigheid
Les 2:
VWO 2
 P1 2019-2020

Slide 1 - Tekstslide

Vorige les…

… hebben we onze voorkennis opgehaald



Terugblik

Slide 2 - Tekstslide

vooruitblik
Aan het einde van deze les…

heb je de tekstdoelen, tekstsoorten en tekstvormen nog een keer herhaald.
ken je de 3 soorten publiek.
weet je welke functies de rest van een alinea kan hebben (toelichting of voorbeeld).  
heb je geoefend met: tekstdoelen, manieren van inleiden van de tekst, kernzinnen bepalen, tussenkopjes bedenken, hoofdgedachte bepalen

Slide 3 - Tekstslide

Tekstdoelen en tekstsoorten
Vanaf nu heb je niet meer te maken met 6 tekstdoelen en 6 tekstsoorten, maar het wordt iets simpeler.



Slide 4 - Tekstslide

Tekstdoelen & tekstsoorten
Tekstdoel                                             Tekstsoort            
  • informeren                                   informerende tekst/  uiteenzettende tekst        
  • Opniniëren                                   beschouwende tekst
      (een mening laten vormen)
  • overtuigen / activeren            betogende tekst                 
         
  • amuseren                                   amuserende tekst

Slide 5 - Tekstslide

 3 soorten publiek
Breed publiek - alle leerlingen van het ATC
Het publiek weet nog niets/bijna niets over het onderwerp.    

Kleiner, gespecialiseerd publiek - brugklasleerlingen van het ATC
Het publiek weet al iets over het onderwerp.

Een persoon, een kleine groep personen
- mentoren van V2d
Het publiek weet al wat meer/veel over het onderwerp.

Slide 6 - Tekstslide

Voorbeeld of toelichting
Kernzin
belangrijkste zin van de alinea

Rest van de alinea
voorbeeld
of
toelichting

Slide 7 - Tekstslide

Kernzin + Voorbeeld
Coffeeshops moeten niet in de buurt van scholen staan. Op het mbo in Rotterdam waar ik eerst werkte, zag ik regelmatig in de pauze leerlingen een jointje halen. Dat is niet goed voor hun gezondheid, niet goed voor hun schoolprestaties en niet goed voor hun motivatie. Op de mbo in Hilversum waar ik nu werk is geen coffeeshop in de buurt en gebeurt dat niet. Coffeeshops horen dus niet thuis in een schoolomgeving.

Slide 8 - Tekstslide

Kernzin + toelichting
Coffeeshops moeten niet in de buurt van scholen staan. Jongeren experimenteren graag, choqueren graag en zoeken grenzen op. In coffeeshops waar drugs verkocht worden, worden jongeren op hun wenken bediend: met drugs wordt door sommige jongeren volop geëxperimenteerd en ouders zijn vaak gechoqueerd als hun kind blijkt te blowen. Dingen doen die niet mogen, is van alle tijden. Socrates in de 5e eeuw voor Christus klaagde al over de jongeren van zijn tijd. Dat betekent echter niet dat we het jongeren zo gemakkelijk moeten maken. Het blowen in tussenuren of pauzes is gemakkelijk te vermijden door coffeeshops in de buurt van scholen niet toe te staan.

Slide 9 - Tekstslide

Aan de slag!
Open je boek Op Niveau.
Ga naar Blok 1: Lezen (blz. 43.)

Maak opdracht 4:
vraag 1, 2a en 2b, 3, 8a en 8b, 10a en 10b, 13 en 14

Dus: niet alle vragen!

Slide 10 - Tekstslide

Klaar?
Maak opdracht 6 (blz.45-47)
vraag 1a, 1b, 1c en 1d, 2a en 2b, 4a, 4b en 4c, 7a en 7b, 10a en 10b en 11a, 11b en 11c.

Slide 11 - Tekstslide