Creatief schrijven

Nederlands
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo t, havoLeerjaar 1

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Nederlands

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag

  • H4 Schrijven
  • H4 Woordenschat

  • Vanaf nu iedere les op school een kort dictee

Slide 2 - Tekstslide

Joram beschrijft in de tekst wat hij afgelopen zaterdag heeft gedaan. 

Slide 3 - Tekstslide

Zaterdag
Zaterdag ging ik met mijn moeder naar de stad om nieuwe kleren te kopen. Toen we in de winkel waren, ging ineens het alarm van de poortjes af. En toen rende een beveiliger keihard door de winkel heen om iemand aan te houden. Maar toen hij bij de poortjes kwam, zat daar alleen een monteur. Die had niks gestolen, maar was de poortjes aan het testen. En toen werd de beveiliger knalrood. Dat was grappig.

Slide 4 - Tekstslide

Wat kan er beter in deze tekst?

Slide 5 - Woordweb

Een persoonlijk verslag schrijven

Lesdoel:
  • Een eenvoudig persoonlijk verslag schrijven
  • Met een inleiding, middenstuk en slot
  • Je gebruikt hierbij volgordewoorden

Slide 6 - Tekstslide

Welke 5w+h-vragen
weet je nog?

Slide 7 - Woordweb

5w+h-vragen

  1. wie
  2. wat
  3. waar
  4. wanneer
  5. waarom
  6. hoe
  7. (waardoor)

Slide 8 - Tekstslide

Zo schrijf je een persoonlijk verslag
  • Schrijf op een papiertje kort de antwoorden op de 5w+h-vragen.
  • Schrijf in de inleiding kort waar je verslag over gaat.
  • Vertel in het middenstuk de gebeurtenissen in de volgorde waarin ze gebeurd zijn (chronologisch). Gebruik woorden die een volgorde noemen. Bijvoorbeeld:
  •                       eerst, daarna, vervolgens, toen, dan, verder, ten slotte.
  • Verdeel je tekst in alinea’s.
  • Vertel in het slot wat je er zelf van vond.

Slide 9 - Tekstslide

Aan de slag
Maken:
H4 Schrijven - een persoonlijk verslag schrijven
Opdracht 1 en 2 

  • Daarna:
  • H4 Woordenschat
  • Maak startopdracht, kijk de uitlegvideo op NN online
  • Maak daarna opdracht 1 t/m 3

Slide 10 - Tekstslide

H4 Woordenschat
Tegenstellingen van onbekende woorden

  • Zoek je een tegenstelling van een onbekend woord? Let dan op deze signaalwoorden: 
  • maar, anderzijds, daarentegen, echter, evenwel, hoewel, aan de andere kant.
  • Aan deze woorden kun je zien dat er een tegenstelling in de zin staat.


Slide 11 - Tekstslide

Aan de slag
Maken:
H4 Schrijven - een persoonlijk verslag schrijven
Opdracht 1 en 2 

  • Daarna:
  • H4 Woordenschat
  • Maak startopdracht, kijk de uitlegvideo op NN online
  • Maak daarna opdracht 1 t/m 3

Slide 12 - Tekstslide