Thema: levenseinde

Levenseinde
1 / 86
volgende
Slide 1: Tekstslide
OpvoedkundeSecundair onderwijs

In deze les zitten 86 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 6 videos.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Levenseinde

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Inleiding
Dit thema gaat over verlies, verdriet en rouwen. Dit kan voor bepaalde mensen moeilijk zijn of bepaalde gevoelens naar boven brengen.

Daarom overlopen we eerst enkele duidelijke afspraken:

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Klasafspraken:
  • je bent respectvol naar elkaar
  • je luistert aandachtig naar het verhaal van anderen
  • wees zelf eerlijk en oprecht
  • je hoeft niets te delen met de klasgroep dat je niet wil delen
  • geef goed je eigen grenzen aan
  • geef aan als je een time-out nodig hebt en even alleen wil zijn
  • je mag na de lessen altijd nog even blijven zitten in de klas

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

We luisteren nogmaals naar de song van Eric Clapton maar kijken nu aandachtig naar de videoclip!

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Vraag
Na het bekijken van de videoclip en de informatie die je nu gekregen hebt, kwamen er toen andere gevoelens bij je naar boven dan de eerste keer?



Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe wordt er in de videoclip gereageerd op het verlies?

Slide 7 - Woordweb

  • Zichtbaar verdriet
  • handen in het haar
  • tobben
  • slaap niet vatten
  • depressief
  • koorts & ziekte
Betekenis song: tears in heaven by Eric Clapton:

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Rouwen is voor mij:

Slide 9 - Woordweb

Rouwen is een werkwoord. Wat betekent rouwen voor jou?
Last day dream
We bekijken een kort fragment.
Een man ziet zijn leven voorbij flitsen.
Daarna volgt een klasgesprek rond dit videofragement.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Verdriet
Noteer in de cursus op pag. 4:
  • Wat is voor jou verdriet?
  • Wat maakt jou verdrietig?
  • Toon jij je verdriet? Waarom wel/niet?

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is verdriet?
  • Verdriet is een normale, menselijke emotie.
  • Wordt meestal veroorzaakt door een pijnlijke situatie.
  • Verdriet is een reactie op een situatie die we niet prettig vinden.

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Manu Keirse

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Manu Keirse

  • Manu Keirse is een Belgische psycholoog en schrijver. 
  • Hij is expert in rouwverwerking, palliatieve zorg en patiëntenbegeleiding. Rond deze thema’s bracht hij al enkele boeken uit. 

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lees de stelling van Manu Keirse op pag. 4

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ben je akkoord met de stelling van Manu Keirse?
JA
NEE

Slide 17 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Welke soorten/vormen van
verdriet hebben we vorige les besproken?

Slide 18 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Soorten verdriet:
  1. Somberheid
  2. Liefdesverdriet
  3. Rouwverwerking 

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welk verlies/verdriet maakte jij al mee?

Slide 20 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Geef 2 situaties waarbij jij te maken kreeg met een vorm van verdriet.

Slide 21 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Verlies
Wat kan allemaal onder de term 'verlies' vallen?
Vul in op pagina 6

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Omgaan met verlies (pag. 9)
Elke persoon verwerkt verlies op zijn eigen manier.
Hierdoor gaan mensen op zoek naar copingsmechanismen.

Copingsmechanismen = strategieën die mensen gebruiken om problemen waarmee ze geconfronteerd worden, het hoofd te bieden. Ze vinden hier steun in. 

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Coping
*Copingstrategieën zijn de reacties van de zorgvrager op stress door de verliessituatie.
 
*Coping is het Engelse woord voor ‘iets aankunnen’, ‘ergens mee om leren gaan’.

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn copingmechanismen?
Copingmechanismen zijn de strategieën die mensen gebruiken om met stress, moeilijke emoties of ingrijpende gebeurtenissen, zoals rouw en verlies, om te gaan. Deze strategieën kunnen bewust of onbewust worden ingezet en helpen om het emotionele leed te verzachten, de situatie beter te begrijpen of praktische oplossingen te vinden.

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Concrete vormen van coping:
Probleemgerichte coping: De persoon besluit professionele hulp te zoeken, zoals therapie of een rouwgroep, om beter met het verlies om te gaan.

Emotiegerichte coping: De persoon praat veel met vrienden en familie over zijn gevoelens of schrijft in een dagboek om emoties te verwerken.

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vermijdende coping: In plaats van het verdriet onder ogen te zien, werkt de persoon extra veel of zoekt afleiding in alcohol, drugs of sociale activiteiten.

Betekenisgerichte coping: De persoon vindt troost in spiritualiteit of zet zich in voor een goed doel ter nagedachtenis aan de overledene.

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht
Maak een mindmap of schema over de vier vormen van coping. Dit mag digitaal of op papier.

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oefening coping

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Na het overlijden van haar vader stortte Sophie zich volledig op haar werk. Ze maakte lange dagen en vermeed gesprekken over haar verlies. Wanneer ze zich toch emotioneel voelde, probeerde ze zichzelf af te leiden door veel te feesten en alcohol te drinken. Hierdoor kon ze tijdelijk aan haar verdriet ontsnappen, maar uiteindelijk merkte ze dat het verlies haar bleef achtervolgen.
A
betekenisgerichte coping
B
emotiegerichte coping
C
vermijdende coping
D
probleemgerichte coping

Slide 30 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Na het overlijden van zijn vrouw besloot Mark iets positiefs te doen ter ere van haar. Omdat ze altijd betrokken was bij dierenwelzijn, richtte hij een stichting op om zwerfdieren te helpen. Dit gaf hem niet alleen een doel, maar ook het gevoel dat hij haar nalatenschap in ere hield en iets zinvols uit zijn verdriet haalde.
A
betekenisgerichte coping
B
emotiegerichte coping
C
vermijdende coping
D
probleemgerichte coping

Slide 31 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Lisa verloor haar moeder en voelde zich overweldigd door verdriet. Om haar emoties te verwerken, begon ze dagelijks een dagboek bij te houden waarin ze haar gevoelens opschreef. Daarnaast luisterde ze vaak naar muziek die haar hielp haar emoties te uiten en had ze diepe gesprekken met een goede vriendin over haar verdriet.
A
betekenisgerichte coping
B
emotiegerichte coping
C
vermijdende coping
D
probleemgerichte coping

Slide 32 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Na het plotselinge overlijden van zijn broer zocht Tom actief naar manieren om met zijn rouw om te gaan. Hij meldde zich aan bij een rouwtherapeut en sloot zich aan bij een lotgenotengroep. Door met anderen te praten die hetzelfde hadden meegemaakt, voelde hij zich gesteund en leerde hij praktische strategieën om zijn verdriet te verwerken.
A
betekenisgerichte coping
B
emotiegerichte coping
C
vermijdende coping
D
probleemgerichte coping

Slide 33 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 34 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Vertel in je eigen woorden wat je denkt dat coping is (max 4 a 5 woorden)

Slide 35 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Coping mechanisme 

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is coping?
A
Het ervaren van problemen en stress
B
De manier waarop iemand met problemen en stress omgaat
C
De hanteerbaarheid van een ziekte
D
Geen van bovenstaande

Slide 37 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht 9 meter
We bekijken de kortfilm 9 meter.
Lees eerst de korte inhoud in de cursus op pag. 7
Beantwoord nadien de verwerkingsvragen

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 39 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Manu Keirse


Manu Keirse is een Belgische psycholoog en schrijver. 
Hij is expert in rouwverwerking, palliatieve zorg en patiëntenbegeleiding. Rond deze thema’s bracht hij al enkele boeken uit. 


Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Manu Keirse
Onderscheidt 4 rouwtaken die een rouwend persoon (zowel volwassene als een kind) doorloopt wanneer men geconfronteerd wordt met verlies.

Zie pag. 9

Slide 42 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Rouwtaken (Manu Keirse)
  1. eerste rouwtaak:   het verlies onder ogen zien
  2. tweede rouwtaak: ervaren van de pijn van het verlies
  3. derde rouwtaak:    aanpassing aan de omgeving/leven zonder de overledene
  4. vierde touwtaak:   opnieuw leren genieten van het leven en de herinnering aan de overledene levendig houden

Slide 43 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht:
  • Maak groepjes van 2
  • Elk groepje gaat op zoek naar informatie rond 1 bepaalde rouwtaak. 
  • Elk groepje legt in eigen woorden aan de klasgroep de rouwtaak uit. 
  • Elk groepje krijgt hiervoor 8 minuten
timer
8:00

Slide 44 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vormen van verdriet zijn:
A
Neerslachtigheid, depressie, fysieke problemen
B
Liefdesverdriet, rouwverwerking, somberheid
C
Liefdesverdriet, verdriet rond verloren voorwerpen, depressie

Slide 45 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een voorbeeld van verlies is:

Slide 46 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Geef 2 rouwtaken:

Slide 47 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Rouwverwerking
De dood is onvermijdelijk. Toch zijn we nooit klaar om iemand te verliezen.

Hoe kijk jij zelf naar de dood?

Slide 48 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 49 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe ervaren kinderen en jongeren de dood?

  • Tot 3 jaar: kunnen het nog niet verwoorden
  • 3 tot 5 jaar: zijn ontredderd maar denken dat het tijdelijk is
  • 6 tot 9 jaar: beseffen dat de dood onomkeerbaar is
  • 10 tot 12 jaar: willen anderen beschermen 
  • 13 tot 18 jaar: zoeken veiligheid en bescherming, vinden het moeilijk om erover te praten

Slide 50 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 51 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 52 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 53 - Link

Getuigenis van jongere over rouw.
Say it with a song

Welk lied betekent voor jou afscheid nemen? Deel de link en de tekst in Google Classroom.
Deadline: 

Slide 54 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Modellen voor rouwverwerking:
  1. Kübler-Ross
  2. Duaal procesmodel (Stroebe en Schut) 

Slide 55 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De dood is een onderwerp dat vaak vermeden of genegeerd wordt. Toch is het nodig om hierover te kunnen spreken. 

Slide 56 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Mensen praten niet graag over de dood, pijn, verlies en verdriet. Mensen duwen verdriet graag in een hoekje.

Toch werd dankzij het onderzoek van Elisabeth Kübler-Ross de dood meer bespreekbaar gemaakt. Sindsdien werd er meer onderzoek gevoerd en kwamen er nieuwe theorieën.

Slide 57 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Elisabeth Kübler-Ross

  • Beschrijft 5 rouwfases
  • Kwam tot stand door interviews die zij afnam van terminaal zieke patiënten
  • Deze reacties zijn een vorm van copingmechanismen 

Slide 58 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

5 rouwfases:
  1. Ontkenning
  2. Woede
  3. Onderhandelen en vecht
  4. Depressiviteit
  5. Aanvaarding 

Slide 59 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 60 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. Ontkenning
Het slechte nieuws wordt niet geloofd, wordt afgewezen of geminimaliseerd. 

Hierdoor wordt uitstel gecreërd om op krachten te komen na het horen van het slechte nieuws.

Mag niet eindeloos duren.

Slide 61 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2. Woede
  • Actieve vorm van verzet: men komt in opstand tegen het onrecht dat hen is aangedaan.
  • De persoon uit in deze fase vaak beschuldigingen (zoekt een schuldige voor het verlies)

Slide 62 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3. Onderhandelen en vecht
  • er treden schuldgevoelens op
  • de persoon neemt allerlei voornemens of probeert uitstel te krijgen (vb. stoppen met roken, gezonde voeding, plots gaan sporten, ...)
  • de omgeving dient hier te proberen de schuldgevoelens weg te nemen 

Slide 63 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4. Depressiviteit
  • de persoon is niet meer kwaad maar voelt enkel verdriet en wordt lusteloos
  • woorden helpen hier niet steeds
  • proberen het leed te verzachten door te luisteren, aanwezig te zijn, even de hand vast te nemen, ... 

Slide 64 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

5. Aanvaarding
  • de persoon is terug in staat zijn leven op te nemen.
  • is moeilijk in te schatten wanneer dit gebeurt want is bij elke persoon anders en hangt af van verschillende factoren (persoonlijkheid, waarden, religieuze achtergrond, ...) 

Slide 65 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Belangrijk!
Er is geen vaste volgorde in deze rouwfases.
De reacties kunnen door elkaar lopen of in een andere volgorde voorkomen.
Rouwen is persoonlijk, individueel en een uniek proces!

Slide 66 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oefening op de rouwfases
Herken je in volgende situaties de juiste rouwfase?

Slide 67 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een vrouw gooit alles dat breekbaar is stuk nadat haar mama is gestorven.

A
aanvaarding
B
woede
C
ontkenning
D
depressie

Slide 68 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Nadat zijn vrouw de echtscheiding heeft aangevraagd, stapt hij naar de rechter om dit aan te vechten.
A
onderhandelen en vechten
B
depressie
C
ontkenning
D
woede

Slide 69 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een man gelooft de dokter niet die net is komen zeggen dat zijn vrouw dood is. De man zegt een hele tijd: 'Je liegt!'.
A
onderhandelen en vechten
B
woede
C
ontkenning
D
depressie

Slide 70 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een man blijft dagen in zijn bed liggen nadat hij ontslagen is.

A
onderhandelen en vechten
B
depressie
C
ontkenning
D
woede

Slide 71 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Na de operatie zegt de dokter tegen een patiënt dat hij niet meer zal kunnen lopen. De patiënt brult tegen de dokter: 'Dit is jouw schuld, jij hebt dit gedaan!'.
A
onderhandelen en vechten
B
depressie
C
ontkenning
D
woede

Slide 72 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een vrouw die een dochtertje heeft dat terminaal ziek is, kijkt naar de hemel en fluistert de volgende zin ‘ Ik beloof een beter mens te worden als je mijn kind laat leven.’
A
onderhandelen en vechten
B
depressie
C
ontkenning
D
woede

Slide 73 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Een jaar nadat zijn vrouw is overleden, gaat hij op date met een vrouw.
A
onderhandelen en vechten
B
depressie
C
ontkenning
D
aanvaarding

Slide 74 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een jongen verliest zijn beste vriend en grijpt naar de alcohol en pijnstillers.
A
onderhandelen en vechten
B
depressie
C
ontkenning
D
aanvaarding

Slide 75 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Nadat een meisje het heeft uitgemaakt met een jongen blijft hij haar stalken met berichtjes. In welke fase zit de jongen?
A
ontkenning
B
depressie
C
onderhandelen en vechten
D
aanvaarding

Slide 76 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een terminaal zieke vrouw neemt in alle rust afscheid van haar familie.
A
aanvaarding
B
depressie
C
ontkenning
D
onderhandelen en vechten

Slide 77 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Rouwen heeft altijd met de dood te maken.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 78 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Duaal procesmodel

Slide 79 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Duaal procesmodel
Roeien met 2 riemen (de ene keer gericht op het verlies, de andere keer gericht naar het oppikken van de draad.
  1. Verliesgericht (de persoon is vooral bezig met het verlies, denkt aan het afscheid, het verlies wordt toegelaten op diverse manieren)
  2. Herstelgericht (zoeken naar een evenwicht zonder de persoon, afleiding zoeken, proberen door te gaan)

Slide 80 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welk model vind je beter en welk minder? Wat kunnen voor -en nadelen zijn?

Slide 81 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Hulpverlening rouw
  • Maak groepjes van 2
  • Jullie verwerken informatie over mogelijke hulpverlening voor rouwverwerking en brengen dit aan de hand van een presentatie voor de klas
  • Uitvoering is op: 24  april
  • Mogelijke hulpverlening: Boven de wolken, Berre fonds, OVK, Missing You, CGG

Slide 82 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Evaluatie
Vul op pagina 17 in de cursus de thema-evaluatie in.
Toets op 24 april 2025

Slide 83 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Thema-evaluatie:
Wat kan je minder goed? Wat wil je nog eens verduidelijkt zien?

Slide 84 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Filmopdracht
Bekijk de film Cleo en maak de verwerkingsopdracht.

Slide 85 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 86 - Link

Deze slide heeft geen instructies