H2 Les 3 + Les 4 Organische en anorganische stof

H3 + H4 organische en anorganische stof
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
GroenMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 23 slides, met tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

H3 + H4 organische en anorganische stof

Slide 1 - Tekstslide

H3: Leerdoelen
Je kunt uitleggen wat organische mest is
Je kunt de benodigde hoeveelheid organische mest berekenen
Je kunt organische mest toepassen op grond en substraat 
Je kunt uitleggen wat N, P, K, Ca en Mg is
Je kunt effecten van teeltwerkzaamheden op milieu beschrijven

Slide 2 - Tekstslide

Organische mest
Organische mest is mest die afkomstig is van organismen: dieren en planten. Denk aan mest van dieren, maar ook aan groenafval. 
Mineralen maken de grond vruchtbaarder.  

Het bodemleven breekt de mest af en zorgt voor opneembare voedingsstoffen en meer lucht. 

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Dierlijke mest: Drijfmest, stalmest 
Plantaardige mest: Compost 

Slide 5 - Tekstslide

Andere bodemverbeteraars
Tuinturf: is gemaakt van veen. Houdt veel water vast, bevat weinig voedingszouten en verlaagt de pH van de grond

Groenbemesters: soort levende meststof. Het zijn planten die je zaait en onder de grond het werk laat doen. 
Er zijn bijvoorbeeld planten die stikstof opslaan in de wortels. 
Of planten die ziektes of het voedingsstofgehalte in de grond verhogen. 

 

Slide 6 - Tekstslide

Groenbemester
Groenbemesters: soort levende meststof. Het zijn planten die je zaait en onder de grond het werk laat doen.
Er zijn bijvoorbeeld planten die stikstof opslaan in de wortels.
Of planten die ziektes of het voedingsstofgehalte in de grond verhogen. 

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Mineralen
De mineralen die in mest zitten noemen we de werkzame stoffen. Deze stoffen worden vaak met scheikundige afkortingen aangegeven. 
N: stikstof 
P: fosfor
K: kalium 
Ca: calcium 
Mg: magnesium 

Slide 9 - Tekstslide

Mineralen 
De hoeveelheid van elke element in mest hangt af van de herkomst van de mest. 

Paardemest: veel calcium (kalk) 
Kippenmest: veel stikstof en fosfor 

Slide 10 - Tekstslide

Organische mest toedienen
Mest mag alleen toegediend worden in het seizoen dat planten groeien. 
Ongeveer van februari tot september. 
Anders nemen de planten het niet op. 

Slide 11 - Tekstslide

Vloeibare dierlijke mest wordt direct in de grond gespoten, zo komt minder ammoniak in de lucht. 

Ruige stalmest wordt verspreid met een meststrooier 

Slide 12 - Tekstslide

Mest schadelijk
Teveel mest kan schadelijk zijn voor het milieu, de waterkwaliteit en de dieren die er leven. 

Daarom zijn er strenge regels voor het gebruik van welke soort mest en hoeveelheid

Slide 13 - Tekstslide

H4 Anorganische mest
Je kunt het verschil uitleggen tussen organische en anorganische mest
Je kunt de benodigde hoeveelheid anorganische mest berekenen
Je kunt anorganische mest gebruiken op grond en substraat

Slide 14 - Tekstslide

Anorganische mest
Organische mest wordt al eeuwen gebruik, maar kan soms een 'verkeerde' verhouding. 

Kunstmest ontstond door onderzoek naar de beste verhouding mest op het land. Het is dus niet echte mest. Daarom anorganische mest. An betekend niet. 

Kunstmest wordt in fabrieken gemaakt. 

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Organisch
Organisch

Slide 17 - Tekstslide

Voedingselementen
Kunstmest heeft een nauwkeurige samenstelling van elementen. 
Een kweker heeft dan meer grip op het telen van zijn gewassen. 

Hoofdelementen (voedingselementen): N, P, K, Ca en Mg 

Spoorelementen zijn: Fe (IJzer), Zn (Zink) en Cu (Koper)

Slide 18 - Tekstslide

Mest doseren
Net als bij mensen is het voor planten belangrijk om goede voeding binnen te krijgen. 
De dosering van de voedingsstoffen kan aangepast worden zodat de groei van een plant beter verloopt. 

Kunstmest is te koop in allerlei verschillende samenstellingen. En kan je dus heel precies toepassen. 
Bij organische mest kan dat niet, deze mest is dan ook vooral handig als bodemverbeteraar voor de teelt. 

Slide 19 - Tekstslide

Toedienen van anorganische mest
In glastuinbouw worden de voedingsstoffen via het water meegegeven. Denk aan druppelaars, eb en vloedsystemen of via regenleiding. 

Bij open teelt gebeurd dit vaak door kunstmeststrooiers. Of vloeibare kunstmest met een veldspuit achter de tractor. 

Slide 20 - Tekstslide

Overbemesting
Als planten te veel mest krijgen, noem je dat overbemesting. Er komen meer voedingselemeten in de grond dan de planten kunnen opnemen. De zouten in de mest onttrekken dan water aan de plant. De plant verdroogt, die noem je verbranden. 


Slide 21 - Tekstslide

Overbemesting
Teveel mest is ook slecht voor het milieu. De overtollige voedingsstoffen komen in het grondwater, het oppervlaktewater en in de lucht terecht. 

Het veroorzaakt bijvoorbeeld algen groei, wat weer slecht is voor de waterkwaliteit en dieren in het water. 

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide