2.3 Hoe wil je wonen?

Vandaag:
Nakijken 2.2
Theorie
Aan de slag 
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 3

In deze les zitten 20 slides, met tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Vandaag:
Nakijken 2.2
Theorie
Aan de slag 

Slide 1 - Tekstslide

§2.3 Hoe wil je wonen?

Slide 2 - Tekstslide

Doelen vandaag
Je kunt uitleggen welke verschillen er zijn tussen het huren of het komen

Slide 3 - Tekstslide

De woningmarkt: bestaat uit de totale vraag naar woningen en het totale aanbod van woningen.
De woningmarkt: bestaat uit de markt voor huurwoningen (sociale en vrije markt) en de markt voor koopwoningen.
Woningmarkt

Slide 4 - Tekstslide

De woningmarkt bestaat uit het totaal van alle woningen die te koop staan en alle mensen die op zoek zijn naar een woning.

Slide 5 - Tekstslide

Huurhuis
Als je een huis huurt, sluit de verhuurder een huurovereenkomst met jou af. Hierin staan rechten en plichten.
Recht: om er te wonen; plicht: elke maand huur betalen.
Huurtoeslag: financiële bijdrage van de overheid om de huur te betalen. Wel moet je inkomen, vermogen en de huur niet te hoog zijn.

Slide 6 - Tekstslide

Huurtoeslag
Huurtoeslag is een financiële bijdrage van de overheid waarmee je een deel van de huur kunt betalen.​
 

Om huurtoeslag te krijgen, moet je aan bepaalde voorwaarden voldoen.​
​Huurtoeslag vraag je aan bij de Belastingdienst.​


Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Koopwoning
Als je een bestaande woning koopt, betaal je naast de aankoopprijs ook extra kosten: de Kosten Koper (k.k.):
- Overdrachtsbelasting:
 2% van de aankoopprijs
- Notariskosten: Notaris maakt transportakte. Deze akte wordt ingeschreven bij het Kadaster

Bij nieuwbouwwoningen geen extra kosten -> V.O.N.

Slide 9 - Tekstslide

Aan de slag
Maken:
Blz 48
Opdracht 1 tot 8

Slide 10 - Tekstslide

Vandaag:
Terugblik eerste deel 2.3
2.3 theorie deel 2
Aan de slag

Slide 11 - Tekstslide

Doelen van deze les 

  • Je weet wat een hypothecaire lening is.
  • Je kunt voorbeelden geven van gemeentelijke belastingen.

Slide 12 - Tekstslide

Hypothecaire lening
  • Lening om een huis te kunnen kopen
  • Meestal een looptijd van 30 jaar
  • Het huis is een onderpand voor de bank bij   betalingsproblemen
  • Voordeel voor de huisbezitter: hypotheekrente is deels aftrekbaar op te betalen belasting

Slide 13 - Tekstslide

Wat zijn gemeentelijke belastingen?

Voor huisbezitters:
WOZ-waarde: waarde van je woning die door de gemeente
                             wordt vastgesteld
- Onroerend zaakbelasting/OZB: deel van de WOZ-waarde (WOZ 
                                                                    Wet Onroerendezaakbelasting)
Voor iedereen:
- rioolheffing en afvalstoffenheffing



Slide 14 - Tekstslide

Bijvoorbeeld:
WOZ waarde = 850.000 euro
onroerendezaakbelasting (ozb) = 0,15%

Berekening =
0,15% : 100 x 850.000 = 1.275 euro jaarlijks.

Slide 15 - Tekstslide

Kees en Mirah willen een sociale woning huren. 
Hun gezamenlijke inkomen is €35.000 p/j. De huur is € 650 p/m. Hoeveel % van hun inkomen betalen zij aan huur per jaar?
35.000 : 12 = 2916,67

2916,67        1              650          
 100%      0,0342       22,3% per 




Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Aan de slag:
Vanaf blz. 50 - Opdracht 8 t/m 10

Klaar?

Op blz. 61 - Opdracht 8 t/m 11

Slide 18 - Tekstslide

Vandaag:
- Nakijken 2.3
- Herhaling en aan de slag.

Slide 19 - Tekstslide

Aan de slag:
Blz 60
Opdracht 1 tot 11

Slide 20 - Tekstslide