Blok 1: Grammatica, Spelling en Over Taal

Blok 1: Grammatica

zinsontleding          woordbenoeming
= Zinsdelen onderscheiden     = Woordsoorten
en benoemen                                    benoemen
1 / 9
volgende
Slide 1: Tekstslide
Alfabetisering NT2Middelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

In deze les zitten 9 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Blok 1: Grammatica

zinsontleding          woordbenoeming
= Zinsdelen onderscheiden     = Woordsoorten
en benoemen                                    benoemen

Slide 1 - Tekstslide

Voorbeeld
''Mevr. Valda eet een appel.''

Zinsontleding:       I Mevr. Valda     I     eet      I     een appel. I

Woordbenoeming:      Mevr. Valda eet een appel.
                                           znw.   znw.   ww. lw. znw.

Slide 2 - Tekstslide

Kenmerken werkwoorden
1. Het zijn doe-woorden.
2. Vertellen wat er gebeurt of wat iemand doet.
3. Het kan verschillende vormen hebben (vervoegen).
4. Zinnen zonder werkwoord noemen we elliptische zinnen.

''Wie heeft jou daarbij geholpen? --> Mijn broer.''
 

Slide 3 - Tekstslide

Maken oefening:
Verplicht: 8, 9, 10, 11, 12, 13, 14, 15, 17, 18, 20, 21
Optioneel: 22 (2F)

Slide 4 - Tekstslide

Blok 1: Spelling
Waarom is spelling belangrijk?

Slide 5 - Tekstslide

Werkwoordspelling
Terminologie:
Stam = werkwoord -en
ik-vorm = stam aangepast aan de ik-vorm
1. Een klinker toevoegen
     prat --> praat         
2. Een medeklinker weglaten
     bakk --> bak
3. Een letter veranderen (z -> s  of  v -> f)
     schrijv --> schrijf

Slide 6 - Tekstslide

Klinkers
Korte klank
Lange klank
Tweeteken klanken
a
o
i
u
e
aa
oo
uu
ee
ie
ij    (gijzelaar)
ei   (Eiffeltoren)
au (auto)
ou (goud)
eu
oe
ui

Slide 7 - Tekstslide

Maken oefening:
Verplicht: 23, 24, 25 en 26 samen, 29 en 31
Optioneel: -

Dictee plannen!

Slide 8 - Tekstslide

Blok 1: Over taal
Klassikaal oefening: 33
Zelfstanding of in tweetallen oefening: 34, 35, 36 en 42.

Slide 9 - Tekstslide